U kunt ons steunen door lid van de Heemkundekring Schijndel te worden. Iedere dinsdagochtend zijn wij tussen 9 en 12 uur in de heemkamer: Cultureel Centrum Spectrum, Steeg 9 g, Schijndel. |
Kweekschool
De Kweekschool.[1][bewerken | brontekst bewerken]
Van normaalschool naar kweekschool.[bewerken | brontekst bewerken]
Vanaf 1858, drie jaren voor de dood van de stichter Antonius van Erp (1797 – 1861), is er in het moederhuis sprake van een normaalschool, een oudere benaming voor kweekschool. De kwekelingen noemde men toentertijd educandinnen. Vermoedelijk is Schijndel in deze geïnspireerd door de liefdezusters van de Oude Dijk in Tilburg. De Tilburgse generale overste schrijft hierover het volgende:
- “In het educandaat worden meisjes van fatsoenlijke familiën tusschen de 12 en 16 jaren, tegen een matig kostgeld van f 120,- opgenomen. Deze kinderen, welke eenvormig gekleed zijn, worden door bekwame zusters in alle vakken grondig onderwezen, welke er noodig zijn om haar tot geschikte schoolzusters voor te bereiden. Het ligt geenszins in de bedoeling dezer inrigting, om die jeugdige kinderen op eene of andere manier te verpligten zich later aan een geestelijk leven toe te wijden. Er wordt ongetwijfeld zorg gedragen, dat er aan de vorming van het hart der kinderen en aan de godsdienstige leiding niets ontbreekt. Wanneer de tijd der opleiding, die minsten vier jaren zal duren, verstreken is, worden zij in de keus van eenen staat volkomen vrij gelaten. Ook krijgen ze elk jaar een maand vacantie”.
- “In het educandaat worden meisjes van fatsoenlijke familiën tusschen de 12 en 16 jaren, tegen een matig kostgeld van f 120,- opgenomen. Deze kinderen, welke eenvormig gekleed zijn, worden door bekwame zusters in alle vakken grondig onderwezen, welke er noodig zijn om haar tot geschikte schoolzusters voor te bereiden. Het ligt geenszins in de bedoeling dezer inrigting, om die jeugdige kinderen op eene of andere manier te verpligten zich later aan een geestelijk leven toe te wijden. Er wordt ongetwijfeld zorg gedragen, dat er aan de vorming van het hart der kinderen en aan de godsdienstige leiding niets ontbreekt. Wanneer de tijd der opleiding, die minsten vier jaren zal duren, verstreken is, worden zij in de keus van eenen staat volkomen vrij gelaten. Ook krijgen ze elk jaar een maand vacantie”.
Van de Schijndelse normaalschool (1858-1896) is niet zo heel veel historische informatie bewaard gebleven, maar we hebben toch wel enige boeiende aanknopingspunten, die iets verraden over de sfeer en de uitgangspunten van toen. Het belangrijkste document is een geschreven reglement uit 1872 waarvan overigens niet bekend is wie het heeft opgetekend. In de inleiding zet de eerste de beste volzin meteen de toon van de normen en waarden die belangrijk worden gevonden nl……
- “Het is niet genoeg om het goede te doen, men moet dat goede ook naar behoren, dat is ordelijk en regelmatig verrichten. Wie bij al zijne handelingen orde en regel in acht neemt, arbeidt met veel gemak, met veel verdiensten, met standvastigheid”. En aan het einde leest men: “De kweekelingen die zich op de getrouwe onderhouding van het reglement met ijver toeleggen mogen zich verzekerd houden, dat zij dien innerlijken vrede, die kalmte der ziel zullen smaken, welke in de H.Schrift vergeleken wordt met een voortdurend feestmaal”.
- “Het is niet genoeg om het goede te doen, men moet dat goede ook naar behoren, dat is ordelijk en regelmatig verrichten. Wie bij al zijne handelingen orde en regel in acht neemt, arbeidt met veel gemak, met veel verdiensten, met standvastigheid”. En aan het einde leest men: “De kweekelingen die zich op de getrouwe onderhouding van het reglement met ijver toeleggen mogen zich verzekerd houden, dat zij dien innerlijken vrede, die kalmte der ziel zullen smaken, welke in de H.Schrift vergeleken wordt met een voortdurend feestmaal”.
Als belangrijkste deugden worden dan aangehaald die van gehoorzaamheid, orde, waakzaamheid, liefde en inschikkelijkheid. En waar de schrijfster melding maakt van de doelstelling van de kweekschool, daar kan men haar niet misverstaan. Zij houdt ons het volgende voor:
- “Het doel dezer inrichting is de kweekelingen op te leiden tot de beoefening der deugden, die eene christelijke maagd, vooral eene aan God toegewijde maagd, moeten sieren en haar tevens die grondige kennis, dat degelijk karakter te doen verkrijgen, die de onderwijzeres bijzonder moeten kenmerken. Als middel tot bevordering van dit dubbel doel moet alles strekken, wat in dit reglement wordt voorgeschreven”.
- “Het doel dezer inrichting is de kweekelingen op te leiden tot de beoefening der deugden, die eene christelijke maagd, vooral eene aan God toegewijde maagd, moeten sieren en haar tevens die grondige kennis, dat degelijk karakter te doen verkrijgen, die de onderwijzeres bijzonder moeten kenmerken. Als middel tot bevordering van dit dubbel doel moet alles strekken, wat in dit reglement wordt voorgeschreven”.
Dat was in die tijd de basisfilosofie en de gewoonste zaak van de wereld. Die orde en regelmaat zien we al direct terugkeren in de dagorde der kwekelingen, waarin alles van uur tot uur is voorgeprogrammeerd.
Regeltucht boven alles.[bewerken | brontekst bewerken]
We hebben het hier over een reglement van 84 artikelen bestaande uit maar liefst 14 hoofdstukken waarbij niets aan het toeval wordt overgelaten. Alle belangrijke aspecten t.a.v. de opvoeding en vorming der jonge meisjes, die later doorstromen naar postulaat en noviciaat en uiteindelijk als onderwijzeres intreden in de congregatie, worden uiterst gedetailleerd beschreven en aan het einde zijn zelfs een hele serie formulegebeden voor allerhande gelegenheden opgenomen, zoals bv. morgen- en avondgebed, tafelgebeden, gebed tot de H. Maagd Maria op de laatste dag van het schooljaar, gebed dat de kwekelingen tijdens de vakantiedagen voor elkaar zullen bidden, gebed bij terugkeer in de kweekschool, opdracht aan Maria bij terugkomst na de vakantie, oefening van berouw, het gebed om de genade der volharding te verwerven dat de kwekelingen bij het Allerheiligste Sacrament verrichten voordat ze op vakantie gaan, om er enkele te noemen.
Ter illustratie ook enkele markante artikelen onder de rubriek ONDERDANIGHEID.
- “Alle kwekelingen volbrengen met de grootste bereidvaardigheid alles wat haar vanwege de onderwijzeressen of andere zusters bevolen wordt. Hare hoofddeugd bestaat in gehoorzaamheid van hart en geest aan al haar oversten, in dezen God zelf beschouwende” (artikel 7).
- Als onbestaanbaar met deze christelijke gehoorzaamheid vermijden zij zorgvuldig alle tegenspraak, bedilzucht, ja zelfs de minste oneerbiedigheid; zij gedragen zich met eene eerbiedige vertrouwelijkheid, spreken haar niet aan dan op een wijze en in bewoordingen, die de wellevendheid en de verschuldigde eerbied vorderen” (artikel 8).
- Men kent in die dagen ook een systeem van belonen en straffen en werkt op de rapporten of gedragskaarten met zgn. goede en kwade insignes. Men hanteert daarbij termen als uitmuntend, zeer goed, goed, vrij goed, redelijk en slecht, iets wat ons ook nu nog niet al te raar in de oren klinkt. De kwade insignes zijn vooral gericht op gedragsafwijkingen als ongehoorzaamheid, tegenspreken, oneerbiedigheid onder het gebed, oneerbiedigheid jegens de zusters, „onleerzaamheid‟, het breken van de silence (stilteregeling), onbescheidenheid, onvoorkomendheid, onwellevendheid en onordelijkheid (artikel 80).
- “Alle kwekelingen volbrengen met de grootste bereidvaardigheid alles wat haar vanwege de onderwijzeressen of andere zusters bevolen wordt. Hare hoofddeugd bestaat in gehoorzaamheid van hart en geest aan al haar oversten, in dezen God zelf beschouwende” (artikel 7).
DAGORDE DER KWEKELINGEN
Weekdagen Zon- en feestdagen 5.30 Opstaan 5.30 Opstaan 6.00 Morgengebed en meditatie 6.00 Morgengebed en meditatie 6.30 Studie 7.00 H.Mis 7.00 H.Mis 7.30 Ontbijt 7.30 Ontbijt 8.00 Slaapvertrek in orde brengen 8.00 Slaapvertrek in orde brengen + uitspanning 8.15 Klas 8.30 Reglement + uitspanning 9.45 Uitspanning 9.30 Sermoen (= preek) + kruisweg 10.00 Klas 10.15 Uitspanning 11.00 Catechismus of handwerken 11.00 Catechismus + zangles 12.00 Diner of middageten 12.00 Diner of middageten 12.30 Uitspanning 12.00 Uitspanning 13.30 Studie 13.30 Tuin 14.00 Klas 14.00 Rozenhoedje 15.00 Rozenhoedje + bezoek aan de H.Sacrament 14.30 Lof 15.00 Goûter + uitspanning 15.30 Goûter + uitspanning 16.00 Congregatie 16.00 Klas + 10 min. uitspanning 16.45 Uitspanning 17.00 Klas + 10 min. uitspanning 17.00 De groten naar de klas 18.00 Klas 19.00 Souper of avondeten 19.00 Souper of avondeten 19.30 Uitspanning 19.30 Uitspanning 20.15 Avondgebed 20.15 Avondgebed
Eindelijk subsidie voor de kweekschool.[bewerken | brontekst bewerken]
Op 23 april 1896 richt algemene overste Wilhelmina van Vlokhoven (Zr. Ignatia) een schrijven aan Z.E. de minister van Binnenlandse Zaken en licht daarin het voornemen van de congregatie toe t.a.v. de kweekschoolopleiding. De vierjarige cursus is volgens deze brief gebaseerd op het regeringsbesluit uit 1890 - 1891. Het personeel zal bestaan uit 3 onderwijzeressen en 4 vakonderwijzeressen, die uitsluitend aan de kweekschool zijn verbonden. Daarnaast kent men ook nog externe docenten die normaliter verbonden zijn aan andere scholen en slechts in een deeltijdfunctie lesgeven aan de kweekschool. Zij meldt dit in het perspectief van een mogelijke subsidiëring.
Het docententeam waarmee de bijzondere kweekschool is begonnen in 1896:
- Mej. H.H.M. Bogaerts (Zr. Joseph) hoofd en directrice (1865-1897)
- Mej. E.M.F. Renders (Zr. Felicité) onderwijzeres met akte B (1872-1929)
- Mej. M. Koenraads (Zr. Augustine) onderwijzeres met akte A (1877-1908)
- Mej. H. van Os (Zr. Christina) vakonderwijzeres b (1858-1937)
- Mej. M.C. Jongbloets (Zr. Virginia) vakonderwijzeres k (1870-1954)
- Mej. H.M. Cooijmans (Zr. Francoise) vakonderwijzeres j en k (1872-1906)
- Mej. J. Rutten (Zr. Antonio) vakonderwijzeres j (1873-1896)
- Mej. C.H. de Gier (Zr. Gonzaga) onderwijzeres verbonden aan de „binnenschool‟ (1860-1944)
- Dhr. J.B. Michels hoofd van de openbare school te Schijndel
- Dhr. J.H. Steenbergen onderwijzer van de leerschool te Nijmegen
Het heeft weliswaar tot 1 mei 1896 geduurd maar vanaf dat moment kan men rekenen op de nodige rijkssubsidie en worden de nieuwe plannen ingediend bij allerlei instanties. Een forse stap in de goede richting. Meteen wordt een nieuwe prospectus opgesteld waarin de basis voor de nieuwe „bijzondere kweekschool voor onderwijzeressen‟ helder wordt omschreven. Ze is bedoeld „voor jonge juffrouwen uit den fatsoenlijke stand die zullen worden opgeleid tot deugdzame en degelijke onderwijzeressen‟. In de toelatingseisen klinkt dit basisprincipe al meteen door, want men zoekt jonge dames van een onbesproken gedrag, een godsdienstige inslag en zoals het letterlijk gedefinieerd staat „met aanleg voor wetenschappelijke studie‟. De toelatingsleeftijd mag niet beneden de 15 zijn noch boven de 16 jaren. Wat hebben deze jonge meisjes te verwachten…..op de eerste plaats „onderwijs in de christelijke lering dat gegeven zal worden door een RK priester‟, studie van alle vakken die vereist zijn om staatsexamen te kunnen afleggen ter verkrijging van het diploma van hulponderwijzeres, naar verkiezing, dus blijkbaar facultatief, vertrouwd raken met de beginselen van de Franse taal, vrouwelijke handwerken en tenslotte de vrije en ordeoefeningen te beschouwen als een vorm van gymnastiek.
In de prospectus wordt aan de ouders meegedeeld dat aan de gezondheid van de kwekelingen de uiterste zorg besteed zal worden en in geval van ziekte krijgen ouders of voogden meteen bericht. De jaarlijkse grote vakantie begint in augustus en duurt 5-6 weken, de paasvakantie 14 dagen en het „verblijf in het gesticht‟ (lees: internaat) wordt gesteld op 4 cursusjaren.
Er wordt geen directe druk uitgeoefend op de kwekelingen om die vier jaren vol te maken, want, zo schrijft de directrice, het staat de jonge kwekelingen vrij om, op last of onder goedkeuring van ouders of voogden, het „gesticht‟ weer te verlaten. Constateert het docententeam dat er sprake is van ongeschiktheid en de bovenstaande doelstelling werkelijk niet haalbaar is voor de studente, dan wordt daarvan bij de eerstvolgende vakantie kennis gegeven aan de ouders of voogden, die deze kennisgeving het beste kunnen beschouwen als een verzoek om hun kinderen na die vakantie dan ook maar thuis te houden. Tenslotte verzoekt men bij de toelating een deugdelijk geboortebewijs mee te brengen, een vaccinatiebewijs en een document in verband met de verandering van woonplaats.
Wie verdere inlichtingen wenst, kan zich vervoegen bij de directie van de kweekschool.
Deze prospectus en andere details over leerplan e.d. worden door Zr. Ignatia van Vlokhoven en het hoofd onderwijszaken Zr. Innocentia Eijcken aan diverse personen toegestuurd zoals Hare Majesteit de Koningin weduwe en regentes der Nederlanden, Zijne Excellentie de minister van Binnenlandse Zaken, Mr. J.F. Coolen schoolopziener in het arrondissement Veghel, Mr. D.H. van den Acker schoolopziener in het district Eindhoven en Jonkheer J.B. Verheijen inspecteur van het Lager Onderwijs in de 1e inspectie te Loon op Zand.
De inhoud van het onderwijs.[bewerken | brontekst bewerken]
In genoemde prospectus wordt voorts voor 1896 - 1897 een volledig overzicht gepresenteerd van alle vakken, verdeeld over de vier cursusjaren, steeds opklimmend in moeilijkheidsgraad met duidelijk aangegeven welke boeken men gebruikt per vak, per cursusjaar en de wettelijke letteraanduiding per vakgebied. Als we ons realiseren dat we het hier hebben over kweekschooltoestanden van 110 jaren geleden, dan zijn die overzichten natuurlijk „onderwijs historisch gezien‟ bijzonder interessant.
Op de Mariakweekschool te Schijndel, die vrij snel heel goed bekend staat in de regio, kiest men voor een vrij uitgebreid pakket bestaande uit:
Nederlandse taal (d) onderverdeeld in spraakleer (grammatica) en stijlleer; lezen (a) nl. technisch op een goed niveau, natuurlijk en vloeiend met een perfecte uitspraak en het bekende begrijpend lezen wat toen werd aangeduid met „logisch lezen‟; veel aandacht voor mooi methodisch schrijven (b); het vak rekenen (c) verdeeld in theorie van de onderscheiden onderdelen en de dagelijkse praktijk via allerlei oefenboeken; geschiedenis (e) met aandacht voor de vaderlandse historie en allerlei regeringsvormen; aardrijkskunde (f) gericht op kennis van de aarde, de werelddelen, speciaal Europa en bijzonderheden in eigen land; kennis der natuur (g) onderverdeeld in natuurkunde, plant- en dierkunde en in de 4e cursus nadere beschouwingen over het menselijk lichaam en de functie der organen; het vak zingen (h) met overigens ruim aandacht voor notenschrift, maat en ritme, toonsoorten e.d. waarbij de bundel „Zangvogeltjes‟ maatgevend is; tenslotte volgt men lessen in tekenen (i), gymnastiek (j), nuttige handwerken (k) onderverdeeld in breien, knippen, naaien, mazen en stoppen opklimmend in een steeds verdere verfijning der technieken. Een omvangrijk lespakket!
In de 3e en 4e cursus krijgen de jonge meisjes de nodige lessen in pedagogiek of opvoedkunde en onderwijskunde in allerlei facetten, de didactiek van het vakgebied en de manier van lesgeven in al die vakken als ze straks als hulponderwijzeres voor de klas zullen staan.
Jeugdherinneringen aan de kweekschoolperiode[bewerken | brontekst bewerken]
- Verhaal van een oude zuster, die een mooi sfeerbeeld heeft geschetst van de kweekschool in haar tijd. Zij schrijft o.a. het volgende: “Ik ben kwekeling geworden in 1895. Op de slaapzaal brandden kleine petroleumlampjes. Kinderen moesten Frans spreken. Wie het niet deed kreeg een rode band om en wie plat sprak een blauwe band. Op het patroonfeest van zuster Gonzaga de Gier (1860-1944) kregen we stijve rijstepap met suiker. Dat was een buitengewone traktatie. In het begin kregen we 's morgens niets op ons brood, maar op zekere zondag kondigde Zr. Gonzaga, die de zorg voor de kwekelingen had, onder het reglement af, dat we in het vervolg aan het ontbijt één boterham belegd met spek zouden krijgen. De andere boterham bleef onbelegd. We maakten grote wandelingen. Ieder jaar werden we uitgenodigd door de zusters in Sint Oedenrode en Den Dungen, wat toen vanwege het kleine getal kinderen (ca. 50) nog wel mogelijk was. Ons voornaamste uitstapje was de reis naar Volkel naar de heeroom van Zr. Leonard de Vaan (1870-1923) nl. pastoor de Vaan, waar we feestelijk werden onthaald. Dat gebeurde in de kersentijd. We gingen met de trein naar Uden en verder te voet.
- Op de binnenplaats der oorspronkelijke kweekschool was het een geliefkoosde sport over de drie stenen paden te springen. Rector Kluijtmans beloonde de sprong over de drie stoepen tegelijk met een dubbeltje, waarmee we dan bij Zr. Gonzaga wat lekkers konden kopen. Tot deze prestatie waren echter maar een paar kinderen in staat.
- Daar de speelplaats klein en vlak bij de kapel was, gingen we onder de retraite van de Eerwaarde Moeders spelen „in de Buunder‟. Daar vingen we kikvorsen. Die werden gedood en dan namen we de kikkerbilletjes mee naar huis om ze in een pan, die Zr. Dymphna Valenberg (1858-1935) ter beschikking had gesteld, te braden. Dat was voor ons allen op één na een lekkernij”.
Het kweekschoolgebouw van toen is ontworpen door architect Heijkants uit Erp en gebouwd door de aannemers F. Rooijakkers uit Gemert en J. van de Waardenburg uit Dinther voor een bedrag van f 26.479,88. In april 1898 werd het in gebruik genomen. Wel zijn er typische elementen uit het verhaal van Zr. Theresia te distilleren zoals bv. het voorschrift in de prospectus van de kwekelingen om klompen mee te brengen en wel een paar zwarte klompen voor nat weer in de tuin. Die werden steevast opgeborgen in het zgn. „stenen kamertje‟. Op de binnenplaats, waar het gasthuis aan grensde, moet een wip en schommel gestaan hebben. Op een nog onbestrate speelplaats stonden banken met daarnaast een hardstenen plaat, waarop de kwekelingen „bikkelden‟.
Zuster Alphonsina schrijft, bij gelegenheid van het gouden feest van de kweekschool in 1946, over de jaren '90 van de 19e eeuw enkele markante details. Zij was de laatste kwekeling die algemene overste zuster Emmanuël de Gier in 1894 nog had aangenomen. Zuster Gonzaga, bekend als een goede moeder, had samen met zuster Hubertina de zorg voor 42 kwekelingen.
En dan volgt een persoonlijke ontboezeming als ze schrijft: “Wat had ik de eerste dagen heimwee! Had ik me maar enigszins kunnen oriënteren, ik had beslist het hazenpad gekozen. De goede God, die me immer zo trouw leidde en bijstond, wilde niet dat ik den weg naar Olland, mijn geboorteplaats, terugkende, al had ik die vroeger zeer dikwijls begaan. Stilletjes aan gevoelde ik me beter thuis en spoedig werd de kweekschool me zeer dierbaar. Toen de nieuwe kweekschool werd geopend en de nieuwe kapel ingewijd (1898) kregen we voor het eerst paasvakantie, later zelfs ook nog kerstvakantie.”
Zuster Augusta van de Westelaken heeft nog vóór de nieuwe kweekschool van 1896 de hulpakte gehaald. Ze moest studeren in een studiekamer staande aan een lessenaar met aan weerszijden drie à vier plaatsen. 's Morgens om 6 uur werd verwacht dat de kwekelingen gangen en trappen zouden vegen, daarna een misviering, gevolgd door het ontbijt en dan afwassen in de bijkeuken. Het lesrooster zag er toen nog redelijk simpel uit…..maandag taal, dinsdag rekenen, woensdag taal, donderdag rekenen etc..
Een andere anonieme zuster schrijft over het begin van de kweekschool het volgende:
- “Op een morgen begin 1896 werd aan de leerlingen der normaalschool aangekondigd, dat de taalles die dag niet door zou gaan omdat de lerares Zr. Joseph Bogaerts met de eerwaarde Zr. Innocentia Eijcken op reis was. Enige weken later werd ons verteld dat HEW (hunne eerwaarden) op verkenning waren geweest bij de eerwaarde Zusters van Dongen, waar het jaar tevoren de R.K. Kweekschool was opgericht. Dit was de eerste in Nederland. Weer een poos later vernamen wij, dat onze normaalschool ook zou worden omgezet in kweekschool. Op 1 mei 1896 werd dan de Schijndelse kweekschool als de tweede R.K. Kweekschool in Nederland geopend. Vereisten nu waren: 4 cursussen, voorafgegaan door de voorbereidende klassen A en B. Als directrice werd aangesteld Zr. Joseph Bogaerts tevens lerares in de Nederlandse Taal. Verder nog Zr. Felicité Renders voor rekenen, opvoedkunde en aardrijkskunde. Tevens Mijnheer Michels leraar N. Taal, rekenen en de bijvakken. Mijnheer Steenbergen voor tekenen; Mijnheer Tielstra hoofd der school in Boxtel uitsluitend N. Taal. Na enige maanden is jammer genoeg deze Heer verongelukt. In diens plaats werd aangesteld Mijnheer van Gils hoofd der school in Wijbosch, die enige maanden later overleed. Sindsdien trad als leraar op Mijnheer Baudoux. Reeds op 27 febr. 1897 overleed de 1e directrice Zr. Joseph. Als de 2e directrice werd benoemd Zr. Felicité Renders en als nieuwe lerares in de N. Taal werd aangesteld Zr. Vincentia van Esch. Handwerken en muziek werden resp. gegeven door Zr. Virginia Jongbloets en Zr. Leonard de Vaan. De hoogste klas der normaalschool werd nu de 4e cursus en begon met 4 kandidaten, Zr. M. Helena van der Stappen, Zr.Matheo van Heeswijk, Zr. Christiana Teunissen en Theodorine van Vugt. Van deze 4 eerste kandidaten zijn op 5 mei 1897 de drie eerstgenoemden geslaagd. Op 31 mei hebben deze drie met goed gevolg ook examen gedaan voor handwerken en kwamen 's avonds om 8 uur thuis, gereed om ergens als onderwijzeres geplaatst te worden, wat niet lang op zich liet wachten. Reeds den volgenden morgen om 5 uur verlieten Zr. M. Helena en Zr. Matheo het Moederhuis. De eerste om reeds te 9 uur in Woensel voor de klas te staan en de tweede moest dien zelfden dag in Borne ook nog haar taak aanvangen. No.3 kon nog een maand in het Moederhuis blijven, om eind juni, met Zr. Mathilde van de Dennen als hoofd, naar St. Anthonis te vertrekken en daar samen op 1 juli de school voor het L.O. te beginnen”.
Het wekelijks aantal lesuren in 1896-1897 in de vier cursusjaren met voor de meisjes zoals men kan zien een zwaar accent op de nuttige handwerken, overigens exclusief de uren godsdienstonderwijs.
Vak CI CII CIII CIV A. Lezen 4 3 3 2 B. Schrijven 2½ 1½ 1 1 C. Rekenen 5 5½ 5 6 D. Taal 4 4 6 7 E. Geschiedenis 1 2 2 2 F. Aardrijkskunde 2 2 2 2 G. Kennis der natuur 2 2 2 3 H. Muziek 2 1 1 1 I. Tekenen 2 2 2 3 J. Gymnastiek 1 1 1 1 K. Nuttig handwerken 6 6 6 7 Subtotaal 31½ 30 31 35 Totaal 127½ lesuur.
De bouw van een nieuwe kweekschool[bewerken | brontekst bewerken]
Op de 1e vrijdag in september 1923 wordt een eerder beraamd plan uit de kast gehaald nl. de bouw van een nieuwe kweekschool, verbetering van de voorbereidende klassen en restauratie van de rechtervleugel van het moederhuis, nadat het jaar daarvoor al een nieuwe verdieping is gezet op de hoofdbouw van het moederhuis. Na aanbesteding wordt het werk gegund aan de firma Segers uit Nijmegen voor een geldsom van f 238.400,-. Door sterke toename van het aantal kwekelingen was de noodzaak tot uitbreiding extra urgent geworden. Algemene overste Zr. Theodora Slits stelt het college van B&W op 26 november 1923 in kennis van het congregatiebesluit en schrijft: “Geacht College, het bestuur der kweek- en opleidingsschool der Zusters van Liefde te Schijndel aan de Heikant geeft met verschuldigde eerbied te kennen, dat door haar is aanbesteed een nieuwe opleidingsschool ter vervanging en verbetering der bestaande. Dat door vermeld bestuur echter geen aanspraak zal worden gemaakt op een hogere uitkering wegens gebruikswaarde aan gebouwen, terreinen en meubelen dan de thans voor hare opleidingsschool vastgestelde vergoeding, ook al wordt die waarde door vernieuwing aanzienlijk verhoogd”.
Architect C.J. Chris van Liempd maakte destijds een raming van de bouwkosten en kwam tot de volgende conclusie:
Bedrag Grondwerk en riolering f 8.485, - Kelder centrale verwarming f 15.000,- Kweekschool zonder kapel f 157.485,- Vloer speelplaats en putjes f 3.000,- Centrale verwarmingsinstallatie f 10.000,- Architect- en opzichtkosten f 8.530,- Totaal f 202.050,-
Er wordt voortvarend gebouwd, zelfs zo dat de voorbereidende klassen al op 1 september 1924 in de nieuwbouw gehuisvest kunnen worden tot grote tevredenheid van personeel en leerlingen. De kweekschool zelf volgt op 1 mei 1925.
Rector Rubbens heeft, op verzoek van monseigneur Diepen, de nieuwbouw en de nieuwe kapel van de Mariakweekschool op 8 december 1925 ingezegend en ook de wijding verricht van de aangebrachte kruisweg.
Inmiddels heeft de kweekschool een nieuw privilege verworven. Per 28 december 1923 is nl. bepaald dat men in de toekomst niet meer hoeft deel te nemen aan landelijke staatsexamens, maar door het zgn. „jus promovendi‟ wordt het docententeam de bevoegdheid toegekend zelf voortaan in eigen huis de eindexamens af te nemen en de akte van bekwaamheid uit te reiken. Dit alles gebeurt vanaf 1924 in de gastenzaal van het moederhuis. Het examen omvat dan de vakgebieden lezen, schrijven, taal, rekenen, vaderlandse geschiedenis, aardrijkskunde, natuurkunde, zingen, tekenen en opvoedkunde. In 1925 worden daar aan toegevoegd de vakken wiskunde, rekenkunde in plaats van het gewone rekenen, algemene geschiedenis, handwerken, vrije en ordeoefeningen (een vorm van lichamelijke oefening) later de akten J en K en de talen Frans, Duits en Engels.
Het vak godsdienst met als onderdelen godsdienstkennis, bijbelse geschiedenis en kerkgeschiedenis, wordt op dat examen niet vereist. Men haalde hier destijds een apart diploma voor.
Het bijzondere jaar 1929.[bewerken | brontekst bewerken]
Had in oktober 1918 de Spaanse griep voor de nodige opschudding gezorgd, overleden enige meisjes en stuurde men de overige kwekelingen naar huis, in februari 1929 openbaart zich roodvonk. Het is een besmettelijke ziekte, gepaard gaande met koorts, keelpijn en helderrode huiduitslag. Deze bacteriële infectie wordt veroorzaakt door een streptokokkenbacterie en is een typische kinderziekte, die overigens ook bij volwassenen kan voorkomen. Vroeger was het een gevreesde ziekte die weken kon duren en soms oor-, nier-, hart- of gewrichtsaandoeningen tot gevolg kon hebben. Sinds de komst van penicilline en antibiotica kan men de besmetting efficiënter bestrijden. Logisch dat men op het internaat uiterst zorgvuldig omging met deze ziekteverschijnselen. Op de 16e van die maand wordt bij twee meisjes de ziekte ontdekt en nog dezelfde dag worden ze overgebracht naar de barakken in 's-Hertogenbosch. Op andere kostscholen in de regio was al een besluit gevallen de internen naar hun ouders te laten gaan, zodat zich de ziekte niet verder zou uitbreiden. Op de 22e constateert men dat zich op de Schijndelse kweekschool bij een derde meisje de ziekte openbaart, zodat op medisch advies van de huisarts toch iedereen huiswaarts moet keren. Alle families worden telefonisch en telegrafisch in kennis gesteld. Met name de meisjes uit de voorbereidende klassen had men uit voorzorg al afgezonderd van de rest. Pas op 13 april, dus na de paasvakantie, keert iedereen weer terug naar het internaat. Bij aankomst volgt meteen een nauwkeurige medische controle. Men wil niets meer aan het toeval overlaten, te meer omdat ook al sinds eind februari twee jonge zusters besmet waren en men geen enkel risico meer nam. Nadat iedereen genezen was verklaard, werd de hele kweekschool grondig ontsmet.
In september wordt iedereen opgeschrikt door een andere niet voorziene gebeurtenis. Op de 1e dag van die maand overlijdt directrice Zr. Felicité Renders die met ingang van de zomervakantie al ziek was geworden. Ondanks het feit dat ze voortdurend aangaf na de vakantie haar lessen weer te willen hervatten, was de huisarts van mening dat bedrust de enige remedie zou zijn. Ze zou helaas niet meer op haar post terugkeren.
Na ruim 32 jaren intensieve en voortreffelijke bestuursjaren moet de kweekschoolgemeenschap definitief afscheid van haar nemen. Op 14 september wordt een opvolgster benoemd in de persoon van Zr. Anselma Tijhuis en gaat de opleidingsschool voor onderwijzeressen weer een nieuwe fase in.
De start van zuster Anselma Tijhuis.[bewerken | brontekst bewerken]
Het is interessant om te zien hoe de congregatie ten aanzien van de zusters-docenten van de Mariakweekschool de meesten van hen lang op hun post laat blijven en ze ogenschijnlijk vrijwaart van allerlei overplaatsingen van het ene klooster naar het andere. Op zich natuurlijk wel logisch, want het aantal zusters dat de bevoegdheden bezat om kweekschooldocente te worden was uiteraard beperkt! Een kweekschool is immers een uiterst belangrijke beroepsopleiding die zonder meer „een docentenkorps dient te hebben van een bijzonder hoog kwaliteitsgehalte'. Daar heeft de congregatie dan ook altijd een professioneel beleid in gevoerd en er zéér terecht de uiterste zorg aan besteed. Over die langdurige aanstellingen is het een en ander af te lezen van de volgende tabel van 1 september anno 1929, waarin naast de naam ook de diensttijd vermeld staat. Er is dus ook een enkele externe leerkracht in dienst bv. vanuit een praktijkschool, als de nieuwe directrice Zr. Anselma aantreedt.
Naam Kloosternaam Diensttijd in jaren en maanden J.M. Tijhuis Zr. Anselma 0 G. Gebbink Zr. Constantina 15 + 1 maand A.M. Lambooij Zr. Carmela 17 + 10 maanden G. Strevers Zr. Gonzalina 17 + 1 maand Dhr. G.M. van Velthoven 29 + 11 maanden M.P. Aarts Zr. Stephana 17 + 6 maanden W.J. van Dam Zr. Stephano 17 + 1 maand Th.E.J. van de Boom Zr. Alphonsini 3 + 7 maanden J.G. Horbach Zr. Theresiana 15 + 6 maanden Dhr. F. van de Laarschot tijdelijk - hij was hoofd in Den Dungen H.F. van de Leemputten Zr. Jesualda 17 + 2 maanden A.M.W. Onzenoort Zr. Antonilla 13 + 10 maanden A.M.J. Rubbens rector 9 + 10 maanden E.M.H.Th. Sprangers Zr. Henricia 4
Van deze groep docenten zien we in de lijst van 1940 nog terug: Zr. Anselma met 11 dienstjaren, Zr. Constantina (26 +1), Zr. Carmela (28 + 10), Dhr. van Velthoven (40 + 11), Zr. Theresiana (26 + 6) en Zr. Antonilla (24 + 9).
Zij hebben gezamenlijk de Mariakweekschool grote bekendheid en een goede naam bezorgd hier in de regio.
Voor het verdere feitenmateriaal over de historie van de kweekschool uit de jaren '30 van de vorige eeuw zijn we grotendeels aangewezen op een totaal andere archiefbron. Voor 1929 kan men terugvallen op het bekende memoriaalboek van de congregatie (1836-1929) wat bv. intensief is gebruikt om het gedenkboek van 1926 samen te stellen. Vanaf 1929 zijn het de zgn. hectografen of circulaires van de algemene oversten, die overigens meer direct betrekking hebben op het intern beleid binnen de congregatie en het gemeenschappelijk leven van de zusters, met al z'n regels en bijzondere gebruiken. Tenslotte is er een derde belangrijke informatiebron bestaande uit 14 dagboeken (1931-1967) die zéér minutieus zijn bijgehouden en waarin men haast van dag tot dag de belangrijkste gebeurtenissen „in telegramstijl opgetekend‟ kan nalezen. Enige opmerkelijke wapenfeiten binnen de Schijndelse kweekschool zijn natuurlijk eerst het zilveren ambtsjubileum van docent Van Velthoven op 8 september 1930. Dat is onder meer herdacht met een prachtige hulde, maar klap op de vuurpijl is zeker geweest de groots opgezette en druk bezochte reünie van oud-leerlingen.
Ook mag niet onvermeld blijven hoe met name alle studenten van het mulo- en kweekschoolinternaat samen met alle zusters van het moederhuis steevast aanwezig waren bij de bekende sacramentsprocessies, een typische uiting van het rijke roomse leven, waar ook de inwoners van Schijndel zich sterk bij betrokken voelden. In de grote kloostertuin trok men destijds met de monstrans onder het baldakijn, flambouwen en kaarsen rond en de slotplechtigheid vond plaats bij de bekende koepel. Een indrukwekkende stoet die al biddend en zingend rondtrekt.
Om de sfeer te proeven van de kweekschool van die dagen is de neerslag van een interview met Sjaan Verschuren die toen in Schijndel studeerde, tekenend:
- “De zusters, zo vertelt Sjaan, eisten van ons stipte gehoorzaamheid, weerhielden ons van contacten met de buitenwereld, lieten ons dagelijks een kort wandelingetje in de directe omgeving van het moederhuis maken en eenmaal per week een lange wandeling in rijen van drie naar alle windstreken in en om Schijndel met zijn prachtige buitengebied. We werden geconfronteerd met vaste studie- en ontspanningsuren, slechts driemaal per jaar op vakantie nl. met Kerst, Pasen en een maand zomervakantie, geen permanent in je haar, verplicht dragen van een uniform, dagelijks een mis bijwonen in de kweekschoolkapel, 's avonds gezamenlijk het rozenhoedje bidden, saaie weekenden waarin we heel vaak gedichten zaten over te schrijven.
- Typerend voor die strakke discipline is de anekdote over een van de leerlingen, die het waagde met Schijndelkermis vanuit het openstaande raam wat té uitbundig naar feestvierende jongelui te zwaaien…..de waaghals kon uit Schijndel vertrekken. Wij waren nogal gezagsgetrouw opgevoed in die tijd. De regelgeving was duidelijk en van thuis uit hadden we geleerd „volgzaam‟ te zijn. Enigszins rebelse typen onder de internen hadden geleerd hun gevoelens redelijk te onderdrukken en zich maar aan te passen. Op de kweekschool golden logischerwijs de normen en waarden die in de ogen van de toenmalige zusters heel belangrijk waren en de meisjes werden in een religieuze sfeer door hun studietijd heen geleid en begeleid, in de hoop, dat velen van hen zouden intreden.
- Sjaan herinnert zich van de lange wekelijkse wandelingen o.a. de specialiteit van zuster Constantina, die werkelijk elk willekeurig bermplantje in het buitengebied met naam en toenaam kende. Ze ziet ook nog met ongelofelijk veel plezier terug op de kunstkring van de Mariakweekschool, waar men o.a. toneelstukken schreef en feestliederen en cantates instudeerde. Zelf heeft Sjaan eens een behoorlijke toneelrol gespeeld in een historisch stuk over de bekende Frankische koning Clovis en zijn Clothilde. Het maakte je wat cultuurgevoeliger, iets waar je je hele leven plezier van zou kunnen hebben, was vaak de achterliggende filosofie. Ook bezochten de kwekelingen, meestal klassiek getinte, toneeluitvoeringen op de abdij van Heeswijk en bij de paters Damianen te Sint Oedenrode. Buiten een wat huiselijker aangeklede recreatie- of ontspanningszaal zag je verder saaie gangen, klassen en een strak ingerichte studiezaal met een surveillerende zuster die vanuit haar iets hoger geplaatste katheder alles nauwkeurig in de gaten hield. Ook op de slaapzalen was toentertijd weinig te beleven. Op je slaapcel, die van boven gewoon open was, had je een gordijn als „deur‟ en verder naast je bed een kleine eenvoudige wastafel. Dat was overigens al luxe in vergelijking met het mulo-internaat, want daar had je alleen maar lange rijen wasbakken voor gemeenschappelijk gebruik. De slaapzaalzuster riep met luide stem wanneer het tijd voor je was om je te verschonen. Baden deden we met een rokje aan”.
Dan de feestelijke viering van het 40-jarig bestaan van de kweekschool met een gezongen H. Mis in de Mariakapel op 1 mei 1936. Bij die gelegenheid is weer een fraaie feestcantate gecomponeerd. Maar dat feest zal toch enigszins overschaduwd zijn geweest door andere ontwikkelingen met af en toe donkere wolken boven Pastoor van Erpstraat 1. Op de 29e april vindt er een centrale vergadering plaats van de R.K. Kweekschoolbond op de toenmalige Bisschoppelijke Kweekschool van de Fraters van Tilburg in de Sint Josephstraat te 's-Hertogenbosch. Dit alles naar aanleiding van een brief van de minister van Onderwijs Kunsten en Wetenschappen dd. 23 april 1936. Er komen vertegenwoordigers bijeen van maar liefst 43 kweekscholen. Blijkbaar is gespreksonderwerp geweest de voortzetting van de rijkssubsidie voor kweekscholen. Diverse opleidingsscholen zien het zwaard van Damocles al boven hun hoofd hangen. Wat zal er straks gebeuren met de kweekscholen waarvan de subsidie wordt ingetrokken of sterk verminderd…..kunnen die rekenen op de onvoorwaardelijke steun van de andere instituten die wel gesubsidieerd blijven? Dat heeft in die dagen de gemoederen sterk bezig gehouden. Op de 6e juni volgt een tweede bespreking en wordt van hogerhand meegedeeld, dat er in ieder geval zeven meisjeskweekscholen opgeheven zullen worden. De 19e van dezelfde maand valt de definitieve beslissing, waarbij Schijndel gelukkig van opheffing gespaard blijft. Een hele geruststelling! Men kan nu wat rustiger toeleven naar het eeuwfeest van de congregatie op 1 november 1936. Het eeuwfeest is voor de kweekschool echter wel een uitgelezen gelegenheid om eens een prachtig uitstapje te organiseren. In het Burgers dierenpark in Arnhem hebben ze het geweten….rector van Heusen, Dhr. van Velthoven, 44 kwekelingen van de 1e tot en met 4e cursus, 7 leerlingen van de huishoudschool, 84 meisjes van de voorbereidende kweekschoolklassen, 18 zusters aspiranten (met tijdelijke geloften), 21 leden van de congregatie (zusters met eeuwige geloften) vertrekken vanuit het moederhuis richting Arnhem en brengen tevens een bezoek aan paleis het Loo te Apeldoorn. Vervoersbedrijf van der Rijt zet tegen een vergoeding van f 2,- per persoon zes bussen in en het entreekaartje voor het dierenpark kost de reisleiding slechts f 0,25 p.p.
In het kader van dat eeuwfeest is vanuit de kweekschool en de ulo (voorbereidende kweekschoolklassen) nog wel meer gebeurd in de novembermaand van 1936 o.a. een grootse huldiging, een gezamenlijk bezoek aan het graf van pastoor Antonius van Erp de stichter van de congregatie, bezoek van alle ouders van de kwekelingen en over twee data verdeeld een reünie van oud-leerlingen waarvan er de ene week 256 en de andere week 260 naar Schijndel zijn afgereisd.
Afkondiging van de mobilisatie.[bewerken | brontekst bewerken]
We concentreren ons nu meer op de lotgevallen van kweekschool en internaat en de vervelende gevolgen daarvan, vooral puttend uit de aantekeningen zoals die zijn vastgelegd in de serie dagboeken van het hoofdbestuur. De eerste tegenvaller biedt zich al meteen aan als in 1939 de op 6 januari 1937 benoemde rector Verhoeven, die de 22e daarop volgend zijn intrek neemt in het rectoraat, wordt opgeroepen om als majoor Verhoeven zijn functie van legeraalmoezenier op te pakken, zonder te weten voor hoe lang. Op 25 augustus 1939 vertrekt hij naar Den Helder. Twee dagen later wordt de mobilisatie definitief afgekondigd onmiddellijk gevolgd door een oproep om paarden te leveren. De zusters krijgen op de 4e september hun eerste oefening in het kader van de luchtbescherming. De zomervakantie voor de meisjes van de kweekschool wordt verlengd tot de 6e september, zodat de zusters wat langer intern koortsachtig overleg hebben kunnen plegen van …..hoe zullen we alles perfect organiseren onder de nieuwe omstandigheden. Hun improvisatievermogen zal nog duchtig op de proef worden gesteld. Op het moment dat alle internen weer binnenstromen wordt door de heren Kooken en de Bever een deskundige inspectie uitgevoerd naar de kwaliteit van de ingerichte interne schuilkelder nl. het souterrain van het kweekschoolgebouw. De militaire staf van de 4e divisie wordt bij particulieren ingekwartierd en men richt het patronaatsgebouw in als bureau. De directe gevolgen van deze inkwartiering is dat het consultatiebureau voor zuigelingen zich moet vestigen in de gymzaal en het personeelskamertje van de lagere school, de Sint Elisabethvereniging voorlopig vergadert in de kleine gastenzaal, hun magazijntje wordt ondergebracht in de school en alle EHBO-artikelen bergt men op in het magazijn van het Wit Gele Kruis. Ook zijn de militaire doctoren W.H.A. van Oppenraaij en Michels in de weer om ergens een zaaltje te bemachtigen voor zieke soldaten, dat uiteindelijk ook in de gymzaal van de „buitenschool‟ wordt ingericht.
Intussen is de functie van godsdienstleraar aan de kweekschool vacant en wil het hoofdbestuur op zeer korte termijn in deze vacature voorzien. Dat lukt. Op 8 september 1939 meldt zich de heer Mercx prefect van klein seminarie Beekvliet aan om de honneurs van rector Verhoeven waar te nemen. Hij treedt daags daarop al in functie. Maar het is helaas van zéér korte duur. Tien dagen later immers wordt een nieuwe vervanger verwelkomd in de persoon van Dr. Kerssemakers, die juist zijn theologische studie te Rome en Bonn heeft voltooid. De lesgevende taak in godsdienstonderwijs, Bijbelse geschiedenis, kerkgeschiedenis en liturgie aan de kweekschool is voorlopig weer veilig gesteld. Alles gaat door zoals men gewend is en ook zullen de gebruikelijke examens worden afgenomen.
Tegelijk met het initiatief voor een structurele bijdrage aan een omvangrijke breiactie nl. 35.000 wollen mutsen en handschoenen voor de militairen krijgt kapitein Brouwers half november verlof om in de openvallende uren de gymzaal van de kweekschool voortaan te gebruiken om met de soldaten te kunnen turnen. Het mobilisatiejaar wordt volgens de dagboeken afgesloten met een sfeervolle kerstnachtviering in de Mariakapel van de kweekschool voor alle ingekwartierde militairen die in Schijndel verblijven en voor hen wordt eerste kerstdag een feestelijk kerstontbijt geserveerd in de grote gymzaal.
Er is weinig invoelingsvermogen nodig om te beseffen dat voor de leiding van mulo-, huishoudschool- en kweekschoolinternaat een moeilijke tijd aanbreekt. Niemand weet op dat moment precies wat de bewoners van het moederhuis allemaal boven het hoofd hangt. Op 16 maart 1940 wordt de meisjesschool ontruimd en worden 309 Hollandse militairen ingekwartierd. Op het moederhuis zelf logeren zes officieren. In april wordt de school aan de Pompstraat deels opgeëist en besluit men om de jongens en meisjes van de Servatiusparochie om beurten in dezelfde lokalen lessen te laten volgen nl. de jongens van 8.00-12.00 uur en na de middag de meisjes van 13.00-17.00 uur. Als op 10 mei het bombardement op Rotterdam een angstige periode inluidt, vertrekken de Hollandse soldaten en worden de gebouwen drie dagen later ingenomen door Duitse militairen, die verdeeld worden over de school en de boerderij, terwijl de heren officieren de slaapzaal van de mulo tot hun beschikking krijgen. Die van de Mariahoeve zijn overigens na tien dagen weer verder getrokken. Na het nodige improvisatievermogen van zusters en lekenpersoneel is de situatie op de 21e mei dusdanig onder controle, dat alle lessen op mulo, huishoudschool en kweekschool in ieder geval weer hervat kunnen worden. Hoe men dit allemaal precies voor elkaar heeft gekregen is nergens tot in detail beschreven, maar geloof maar dat de zusters uiterst inventief te werk zijn gegaan! Angstig blijft de sfeer overigens wel. Uit veiligheidsoverwegingen worden de meisjes tijdelijk naar beneden gehaald omdat er ‘s nachts nogal wat vliegverkeer van vijandelijke vliegtuigen is en veel van de internen worden behoorlijk onrustig. Eind '40 wordt de grote kapel verduisterd en verzorgt men de vieringen in de Mariakapel van de kweekschool.
Men wijkt uit naar Den Dungen.[bewerken | brontekst bewerken]
In de dagboeken staat vermeld dat men een volkomen nieuwe fase in gaat als op zaterdag 11 april 1942 tien Duitse officieren aanbellen en verzoeken om alle gebouwen grondig te mogen bekijken in verband met een op handen zijnde grootscheepse inkwartiering. Alle bouwtekeningen worden kritisch onder de loep genomen. De 13e komen ze nog 'n keer terug en al op de 17e van die maand meldt een officier van de Ortscommandant uit 's-Hertogenbosch dat kweekschool en mulo met hun internaten, als ook de lagere school en bewaarschool, tegenover het moederhuis gelegen, door de Wehrmacht gevorderd worden. Het volledige meubilair en alle bedden dienen ter plaatse te blijven. Verder wordt alles ontruimd. Men heeft dit natuurlijk enigszins zien aankomen en er worden met name door moeder Petronella Walboomers al gesprekken gevoerd met Den Dungen, waar men beschikt over een internaat waar voorheen schipperskinderen werden gehuisvest, voor opvang van de kwekelingen. Intussen bereikt het hoofdbestuur via de gemeente Schijndel het vervelende bericht dat ook de gebouwen van het „Sint Josephgesticht‟ gevorderd zullen worden, exclusief klooster en inventaris. De kwekelingen, die inmiddels op paasvakantie zijn, krijgen bericht, dat deze vakantieperiode gezien de omstandigheden met enige dagen wordt verlengd en de ouders worden tegelijkertijd geïnformeerd over de aanstaande verhuizing van de kwekelingen richting Den Dungen. Op 3 mei wordt alles gerealiseerd en nemen de kweekschoolleerlingen hun intrek in het klooster van Den Dungen.
Alle ruimten in het moederhuis worden heringericht. De meisjes van de 3e muloklas komen op 4 mei terug. Dan volgen nogal wat interne verschuivingen binnen het gebouw. De beschikbare ruimten worden ingezet voor de internen nl. slaapzaal St. Anna van de aspiranten, de leeszaal en de studiekamer van novicen en postulanten. De refters van de postulanten en aspiranten worden omgetoverd tot eetzalen voor de kinderen. De aspiranten krijgen de ziekenkamer St. Theresia als eetzaal en de recreatiezaal van de novicen wordt voorlopig eetzaal voor de postulanten. Een andere ziekenkamer richt men in als studiezaal voor de jonge zusters. De vreugde is echter van korte duur. Alles is op orde als twee nieuwe officieren opdracht geven een deel van het klooster te ontruimen omdat kweekschool, mulo en lagere school te weinig ruimte bieden voor de militairen. Op de 1e verdieping zullen nog ontruimd worden de kliniek en de twee ziekenkamers van de zusters alsmede de donkere kamer St. Martha. Op de 2e verdieping moet er drie slaapzalen van de zusters aan geloven, waarvan er een daags te voren was ingericht voor de kinderen van de 3e muloklas. Helaas…..Befehl ist Befehl! Tot overmaat van ramp blijkt de zusterslaapzaal Onze Lieve Vrouw van Bijstand door de Duitse Wehrmacht afgebroken te zijn. Consternatie alom! Maar…..de zusters houden het hoofd koel, overdenken nieuwe alternatieven en door de heer Kriellaars worden slaapgelegenheden aangeboden in het bekende Boerenbondsgebouw in de Toon Bolsiusstraat. Het hoofdbestuur besluit van dit aanbod dankbaar gebruik te maken. De bovenruimte van ruim 14 meter lang en 11 meter breed wordt als slaapzaal ingericht voor de mulokinderen van de 1e en 2e klas. Op de 11e mei gaan de algemene overste en moeder vicaris nog eens poolshoogte nemen zowel in het bondsgebouw als in Den Dungen om klaslokalen, slaapplaatsen e.d. aan een grondige inspectie te onderwerpen. Met de eigenaar van café Smits wordt afgesproken dat de naaischool voor Dungense meisjes ondergebracht zal worden in een leegstaande zaal in zijn café. Voor slechts 1 gulden per dag kan deze ruimte gehuurd worden.
In de kloosterkroniek van Den Dungen wijdt men aan de tijdelijke opvang van kwekelingen slechts één alinea te midden van de andere oorlogsnotities. De kroniekschrijfster heeft het volgende opgetekend: “…..zo leefden wij van de ene dag in de andere, totdat er voor ons klooster iets bijzonders ging gebeuren. Ons gesticht was nl. door het hoofdbestuur van Schijndel uitverkoren tot een „ballingsoord voor de Schijndelse kweekschool‟. Al in april begon de grote verhuizing van beddengoed, schoolbanken, boeken, schoolborden, enfin van alles wat maar mogelijk en nodig was. Studiezaal en werkkamer van de zusters werden klassen, eveneens twee pensionkamers. De slaapzaal der zusters werd ingericht voor de kinderen, de zusters gingen op de zolder slapen. Wat 'n verandering voor ons! Met open armen ontvingen we onze Schijndelse zusjes, met de kinderen, die voor de Duitsers hadden moeten wijken. Ons convent groeide ineens geweldig aan. Ons reftertje zat propvol als we allen aan tafel waren. 't Was behelpen hier en daar, maar toen de kinderen op 3 mei arriveerden was de kweekschool spoedig in actie en al liep alles nog niet altijd op rolletjes, de zaak marcheerde en al gauw ging het goed. De kwekelingen brachten heel wat leven en gezelligheid in ons klooster en waren hier graag. Op 26 juli was 't het zilveren kloosterfeest van onze ZEW algemene overste, dus ook de kweek had feest.
Drie dagen lang vermaakten zij ons met haar gezang op de speelplaats. Ook het afscheid van de heer Van Velthoven, die vele jaren zijn diensten aan de kweekschool heeft gegeven, had plaats in ons huis, wijl ook de leraar zijn leerlingen in hun ballingsoord had kunnen volgen.
Aan die ballingschap kwam een einde op 24 juli 1943 toen het moederhuis in staat was de kweekschool weer terug te nemen. Het was een gezellige tijd geweest!”.
Grote schoonmaak op de kweekschool.[bewerken | brontekst bewerken]
Op 6 mei 1943 wordt de militaire keuken met z'n drie hoge schoorstenen, die kort na de inbeslagname van de kweekschool op de speelplaats is opgebouwd, weer afgebroken. Moeder Annie voert namens het hoofdbestuur met een inspecteur van de Duitse Wehrmacht een grondige controle uit op het voorwaardelijk vrijgegeven gebouwencomplex. De maandelijkse schadevergoeding voor het eerdere gemis van de gebouwen vervalt hiermee. De komende weken staan helemaal in het teken van een algehele schoonmaak. Lagere school en bewaarschool worden als eerste onder handen genomen. De gehele operatie duurt zowat tot de 22e van die maand.
Al op de 12e mei kan het bewaarschoolonderwijs, zoals het toen nog heette, weer ter hand genomen worden. Door zusters en kinderen worden alle leermiddelen en meubilair vanuit het patronaatsgebouw, waar vanaf 7 september 1942 de kleuters waren ondergebracht, overgebracht naar de Pastoor van Erpstraat. Goed drie dagen later wordt ook de kweekschool voorwaardelijk vrijgegeven, met dien verstande dat de commandant enige stringente voorwaarden stelt nl. de verduistering moet voorlopig blijven, de door de militairen aangebrachte wasgelegenheid dient in tact te blijven en de uitkijktoren op het hoogste gedeelte van het kweekschoolgebouw mag nog onder geen beding worden afgebroken. Met man en macht begint men aan de grote schoonmaak. Eerst, mede in verband met de kweekschoolexamens, worden gymzaal, handwerkzaal, refter en recreatiezaal in gereedheid gebracht. Later volgen de andere vertrekken. Het schriftelijk kweekschoolexamen heeft men nog, zij het enigszins provisorisch, in Den Dungen gehouden onder toezicht van Dr. Dekkers. Het mondeling gedeelte vindt plaats op 15 mei voor 3 zusters en 11 kwekelingen. Voorlopig blijven de kwekelingen van de cursussen I, II en III nog in Den Dungen gehuisvest. Pas op 24 augustus besluit het hoofdbestuur de kweekschool van daar uit weer over te plaatsen naar het moederhuis. Voor het transport van leermiddelen en meubilair zal de firma Jansen de Wit zorg dragen. Enige dagen later, nadat alle gebouwen opnieuw zijn schoongemaakt en vooral ontsmet, zegent rector Verhoeven het gehele complex in en kunnen de 55 meisjes van de kweekschool, de 19 van de huishoudschool en de 109 muloleerlingen weer aan een nieuw schooljaar beginnen. Op 27 april 1944 worden lagere school en kleuterschool in de Pastoor van Erpstraat gedeeltelijk gevorderd om te gaan dienen als kledingmagazijn. Na het bericht van de invasie van de Geallieerden in Normandië vertrekken veel meisjes van het internaat, meestal op verzoek van hun ouders, al naar huis. Er volgt voor de rest een vervroegde zomervakantie. In september vordert men het gehele complex Pastoor van Erpstraat 4 en worden de kinderen ondergebracht in de gymzaal en handwerkzaal en een muloklas. De angstaanjagende granaatweken in september/oktober 1944 zijn natuurlijk helemaal hectisch geweest en was van een reguliere onderwijsvoorziening weinig of geen sprake. De verwoestingen aan het gebouwencomplex waren niet gering!
De opluchting is groot als de bevrijding een feit is en op 29 oktober 1944, de feestdag van Christus Koning, wordt dat gevierd met een gezongen H. Mis in de noodkapel, die is ingericht in de refter van de kweekschool. Maar bevrijding betekende voor de kweekschool zeker niet, dat alles weer hersteld en opgepakt kon worden zoals men voor de oorlog gewend was. In november 1944 volgt een uitvoerige bespreking of de kweekschool evt. ondergebracht kan worden in het gebouw Hemelrijken te Eindhoven, omdat de Schijndelse kweekschool en speelplaats weer opnieuw zijn gevorderd, alleen nu niet door de Duitse Wehrmacht maar door de Royal Air Force. In de loop van de decembermaand komen er steeds meer Engelse militairen, terwijl de Schotten worden gehuisvest in het schoolgebouw tegenover het moederhuis.
Tussen de 8e en 13e januari 1945 keren alle kwekelingen van cursus IV die in het bevrijde gedeelte van ons land wonen terug naar Schijndel en nemen hun intrek in het oude kweekschoolgebouw. Op resp. 7 en 28 februari melden de meisjes van de cursussen I, II en III zich en is de kweekschoolgemeenschap weer compleet.
Op weg naar het gouden feest (1896-1946).[bewerken | brontekst bewerken]
Indrukwekkend moet de bevrijdingsoptocht zijn geweest op 5 mei 1945, georganiseerd door de kweekschoolleerlingen, die feestvierend en onder grote publieke belangstelling door de Pastoor van Erpstraat, Hoofdstraat, en Pompstraat zijn getrokken. Enige dagen later hebben ze bovendien deelgenomen aan een officiële hulde door de gemeente Schijndel ter ere van de nog aanwezige Engelse militairen. Een der kwekelingen hield in het Engels een schitterende toespraak, waarvan de kalligrafisch zeer fraai uitgewerkte tekst aan de commandant werd aangeboden. In juni van dat jaar is het kweekschoolgebouw door de R.A.F. officieel vrijgegeven en schakelt men weer langzaam over op het normale kweekschoolleven. Een saillant detail uit die dagen…… de 20 examenkandidaten zijn zonder examen gepromoveerd tot onderwijzeres krachtens een Koninklijk Besluit van 8 juni 1945.
Het jaar 1946 zal grotendeels in het teken staan van de voorbereidingen op het gouden feest van de gesubsidieerde Mariakweekschool (1896 - 1946). Dat is in die dagen uitbundig gevierd. De toenmalige algemene overste Zr. Cecile Kievits houdt een warme toespraak aan het adres van de leraren en leraressen, die in die 50 jaren in stille opoffering, krachtdadige plichtsbetrachting, offervaardige volharding en grote toewijding de Mariakweekschool tot een niet meer weg te denken instituut hebben gemaakt ter bevordering van het Roomse onderwijs en als opleidingsschool voor de jonge religieuzen. Er zijn cantates geschreven en vanuit alle hoeken van het land zijn creatieve oorkonden richting kweekschooldirectie en hoofdbestuur gezonden, waarin de oud-kwekelingen hun dankbaarheid lieten doorklinken voor zoveel mooie jaren van studie, de gedegen en professionele opleiding, vooral de persoonlijke vorming in alle opzichten en de meegekregen feeling voor orde, discipline, plichtsbesef en gemeenschapszin. Het blijkt een unaniem gevoel te zijn dat leeft onder de kwekelingen die uiteindelijk kozen voor het religieuze leven, maar ook onder hen die als leek in het onderwijs zijn verder gegaan! Een zeer speciale oorkonde is die met de volgende tekst: “Op 1 mei 1946, in het 7e jaar van het pontificaat van Paus Pius XII, in het 6e bestuursjaar van Mgr. W. Mutsaerts, bisschop van 's-Hertogenbosch, onder de regering van Koningin Wilhelmina en het bestuur van moeder Cecile Kievits als algemene overste van de Zusters van Liefde te Schijndel, heeft de Mariakweekschool aldaar haar 50-jarig bestaan herdacht – gevolgd door de namenlijsten van de zusters van het hoofdbestuur anno 1946, de zittende leraressen, de oud-leraressen en tenslotte de groep oud-leerlingen onderwijzeressen die op dat moment in het moederhuis wonen.
De gouden kweekschool verder op weg.[bewerken | brontekst bewerken]
Blijkbaar is er kort na de oorlog een gebrek aan onderwijzend personeel. Op diverse plaatsen worden zgn. „spoedcursussen‟ georganiseerd. Zo gaan enkele zusters-kweekschooldocenten nl. de zusters Servatia, Constantina, Carmela en Anselma vanuit de Schijndelse Mariakweekschool enige keren per week naar Eindhoven om daar mee te werken aan de versnelde opleiding van de aankomende nieuwe onderwijzeressen.
Langzaam maar zeker komt er medio 20e eeuw op de Schijndelse kweekschool, maar ook elders in den lande, een mentaliteitsverandering op gang. Zeker ook mede door het aantreden van de nieuwe rector Jos van de Schoor in 1952 gaan er in de dagelijkse praktijk van de opleidingsschool annex internaat schoorvoetend wat zaken veranderen en is een proces van een zekere flexibilisering op gang gekomen. Vast en zeker is ook een betekenisvolle factor geweest een, in een krantenartikel van mei 1956, aangehaalde uitspraak van de toenmalige paus Pius XII over de opvoedingsmethoden in internaten. Die heeft het bestuur van het internaatcomplex aan de Pastoor van Erpstraat beslist aan het denken gezet. Een pauselijke congregatie als die van de Zusters van Schijndel zou adviezen vanuit Rome immers niet zo maar naast zich neerleggen. De toen regerende paus geeft opvoeders in mulo- en kweekschoolinternaten de serieuze overweging mee, dat een te strenge en strakke uniformiteit kan leiden tot verstikking van het persoonlijk initiatief. Ook bestaat volgens hem het gevaar dat aan de internen een al te hoog geestelijk peil wordt opgedrongen.
Bovendien zo verklaart hij, dat door al te grote gestrengheid sterke karakters tot opstandigheid worden gebracht en schuchtere studenten misschien wel ontmoedigd. Hij waarschuwt voor de zgn. massa-opvoeding en pleit voor een juiste balans tussen werk en ontspanning voor de jonge mensen op jongens- en meisjesinternaten. Zelfs, zo schrijft hij, dienen godsdienstoefeningen binnen redelijke perken te blijven. De jeugdige studenten zelf worden aangespoord eraan te werken en ernaar te streven dat ze uitgroeien tot voortreffelijke persoonlijkheden. De paus spreekt zijn teleurstelling uit, dat er „heden ten dage‟ zoveel jonge mensen gevonden worden, die geen gevoel meer hebben voor een groot en verheven ideaal en zich beperken tot de bevrediging van hun gemakzucht. Hij benadrukt nog eens extra dat men zich niet moet inlaten met allerlei beuzelarijen. Tenslotte houdt hij de opvoeders voor te streven naar een verantwoorde balans tussen de thuisopvoeding en die op het internaat, zodat de een niet afbreekt wat de ander opbouwt! Het feit dat dit krantenartikel zorgvuldig is bewaard in het kloosterarchief en bij de kweekschooldocumentatie is aangetroffen bewijst mijns inziens, dat de leidinggevende zusters van toen zich beslist hebben bezonnen op de woorden van „het hoofd van de Rooms Katholieke kerk te Rome‟ en er hun conclusies uit getrokken hebben.
Interview met Mieke Broeren (†)
- Ze is beter bekend als Miek en binnen de familie als Puck Groenendaal-Broeren uit Den Dungen. Ze heeft in haar jeugdjaren, samen met nog drie zussen, inderdaad haar mulo- en kweekschooltijd doorgebracht bij de Zusters van Schijndel. Haar broer Piet werd later zelfs kweekschooldirecteur. In dat gesprek schetste ze een sfeerbeeld van haar belevenissen en persoonlijke ervaringen uit die studieperiode.
- Terugkijkend concludeert ze voor zichzelf dat ze, in tegenstelling tot haar oudere zus die op het maandrapportje alleen maar tienen haalde op alle onderdelen, met enige schrik en beven uitkeek naar die maandelijkse rapportage. Ze bleef regelmatig op zessen steken en besloot 'n keer een maand lang haar allerbeste beentje voor te zetten en een voorbeeldige kwekeling te zijn. Ze deed alles supergoed, gedroeg zich correct, uitermate beleefd, alles exact volgens de bestaande strenge regelgeving, maar het mocht niet baten. Tot op de dag van vandaag weet ze nog niet, waarom juist zij maar bleef hangen op zessen! Er waren onder haar klasgenoten hele volgzame meisjes, maar Miek had er wat moeite mee zich volledig te plooien naar de heersende wetten en regels en uitte van tijd tot tijd de nodige kritiek. Ja, dat strookte niet met de opvattingen van de zusters en het normen- en waardenpatroon op de toenmalige kweekschool. Haar klas heeft op een dag een lelijke aanvaring gehad met de directrice zuster Anselma naar aanleiding van een liedje, geïntroduceerd door een zekere Anna de Haas uit Son, dat met enige regelmaat door de gangen of over de speelplaats klonk. De strekking van het lied kwam er op neer, dat men soms een gruwelijke hekel aan al dat gestudeer had, want „blokken‟ zou men! Dit ludieke protest viel niet altijd en overal in de smaak. De tekst was als volgt: “Op ons studje moet je wezen, op ons studje moet je zijn. Daar staat op de deur geschreven, heel veel studie en chagrijn. Op onz' boeken klein en groot, sjouwen wij ons eigen dood. O allerakeligst studje, ik haat je zo!” Met het „studje‟ werd de studiezaal bedoeld. Degenen die in die jaren op de kweekschool zaten en deze tekst lezen, zullen zich vast nog wel de impact en draagwijdte van deze versregels voor de geest kunnen halen. Zuster Anselma, kennelijk geïrriteerd door deze „klaagzang‟, hield op haar beurt een soort „donderpreek‟ en liet de groep eenzaam en alleen achter met haar uitspraak: “Als jullie zo'n hekel aan studeren hebben, dan hoef je van mij écht niet meer te studeren, hoor!” De dreiging in haar stem ontging niemand en de hele klas werd drie kwartier lang aan haar lot overgelaten. Dat leidde tot een soort collectief gewetensonderzoek en de slotconclusie moest zijn… laten we maar weer ijverig aan de studie gaan! De pedagogische en psychologische aanpak van de kweekschooldirectrice, hoe hard misschien ook, had effect gehad.
- Voor de jonge interne kwekelingen was bezoek van buitenaf, tussen de schoolvakanties in, een volledig taboe, de te verzenden brieven werden meestal door de zusters gecensureerd, kranten mocht men niet lezen en de dagorde was zodanig, dat men van 's morgens 6.00 uur tot 's avonds 21.30 voortdurend in touw was met lessen volgen, studeren, sporten, ontspanning, een variatie aan huishoudelijke werkzaamheden en bidden. Toch ziet Miek met genoegen terug op haar studietijd, waarin ze een prima opleiding heeft gekregen en de strenge regelgeving van toen paste helemaal in de sfeer van die tijd.
- Terugkijkend concludeert ze voor zichzelf dat ze, in tegenstelling tot haar oudere zus die op het maandrapportje alleen maar tienen haalde op alle onderdelen, met enige schrik en beven uitkeek naar die maandelijkse rapportage. Ze bleef regelmatig op zessen steken en besloot 'n keer een maand lang haar allerbeste beentje voor te zetten en een voorbeeldige kwekeling te zijn. Ze deed alles supergoed, gedroeg zich correct, uitermate beleefd, alles exact volgens de bestaande strenge regelgeving, maar het mocht niet baten. Tot op de dag van vandaag weet ze nog niet, waarom juist zij maar bleef hangen op zessen! Er waren onder haar klasgenoten hele volgzame meisjes, maar Miek had er wat moeite mee zich volledig te plooien naar de heersende wetten en regels en uitte van tijd tot tijd de nodige kritiek. Ja, dat strookte niet met de opvattingen van de zusters en het normen- en waardenpatroon op de toenmalige kweekschool. Haar klas heeft op een dag een lelijke aanvaring gehad met de directrice zuster Anselma naar aanleiding van een liedje, geïntroduceerd door een zekere Anna de Haas uit Son, dat met enige regelmaat door de gangen of over de speelplaats klonk. De strekking van het lied kwam er op neer, dat men soms een gruwelijke hekel aan al dat gestudeer had, want „blokken‟ zou men! Dit ludieke protest viel niet altijd en overal in de smaak. De tekst was als volgt: “Op ons studje moet je wezen, op ons studje moet je zijn. Daar staat op de deur geschreven, heel veel studie en chagrijn. Op onz' boeken klein en groot, sjouwen wij ons eigen dood. O allerakeligst studje, ik haat je zo!” Met het „studje‟ werd de studiezaal bedoeld. Degenen die in die jaren op de kweekschool zaten en deze tekst lezen, zullen zich vast nog wel de impact en draagwijdte van deze versregels voor de geest kunnen halen. Zuster Anselma, kennelijk geïrriteerd door deze „klaagzang‟, hield op haar beurt een soort „donderpreek‟ en liet de groep eenzaam en alleen achter met haar uitspraak: “Als jullie zo'n hekel aan studeren hebben, dan hoef je van mij écht niet meer te studeren, hoor!” De dreiging in haar stem ontging niemand en de hele klas werd drie kwartier lang aan haar lot overgelaten. Dat leidde tot een soort collectief gewetensonderzoek en de slotconclusie moest zijn… laten we maar weer ijverig aan de studie gaan! De pedagogische en psychologische aanpak van de kweekschooldirectrice, hoe hard misschien ook, had effect gehad.
Men gaat andere accenten leggen[bewerken | brontekst bewerken]
Hoe dan ook…..in Schijndel wordt de strenge regelgeving duidelijk versoepeld, een groter accent gelegd op de zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid van de kwekelingen. Ook de activiteiten in de uren „vrije tijd‟ zullen meer in het perspectief geplaatst worden van een grotere zelfontplooiing, nemen van eigen initiatieven, leren organiseren e.d., vaardigheden die elke leerkracht in het latere leven heel hard nodig heeft. Was het voorheen zo dat de kweekschoolleiding zich het recht voorbehield de correspondentie tussen ouders en kwekelingen vice versa te controleren, nu werd dit gewoonterecht opgeheven. Brieven aan derden, buiten de ouders, blijven overigens nog wel onderhevig aan controle en censuur door de zusters. Ook wordt aan ouders de keuze gelaten of ze hun dochter graag extern of intern willen plaatsen. Extern houdt in dat de meisjes dagelijks naar huis gaan. Intern betekent in die dagen: van maandagmorgen tot en met zaterdagmiddag intern waarbij het kostgeld met fl. 100 wordt verminderd als men de was thuis doet. Men kan ook kiezen voor een interne plaatsing waarbij de kwekelingen een of meerdere weekends naar huis gaan, overigens zonder vermindering van het kostgeld. Een 3e mogelijkheid is helemaal intern, uitgezonderd de kerst-, paas- en zomervakantie. Wil men in de weekenden met een vriendin naar huis, dan is daar wel een schriftelijke verklaring van de eigen ouders voor nodig. Wat de lectuur, muziekkeuze voor de meisjes betreft… men betracht in deze nog wel de nodige kieskeurigheid! In een brief van zuster Anselma Tijhuis aan de ouders van de studenten wordt uiteengezet hoe belangrijk het is dat de jonge meisjes hun horizon verbreden en daarin wordt een excursie aangekondigd naar Amsterdam waar het Rijksmuseum met een expositie van Bourgondische kunstschatten en het Tropenmuseum worden bezocht en de dag wordt afgesloten met een rondvaart door de Amsterdamse grachten. Enige zusters zullen als begeleidsters meegaan. In de jaren 1952-1953 worden wijzigingen voorgesteld in de schoolgeldheffing. Ook verschijnt een nieuw thema op de bestuursvergaderingen nl. de mogelijkheid voor de meisjes om deel te gaan nemen aan de zwemsport. De gemeente Schijndel zal daartoe „haar keurig ingerichte zwembad enige uren per week reserveren voor de interne kwekelingen die dat hebben kenbaar gemaakt, na goedkeuring van hun ouders. De zusters vragen aan de ouders om te zorgen voor een „keurig zwempak‟.
Een typisch sfeerbeeld wordt in een veel latere periode geschetst door oud-docent Jos Zeegers, die verantwoordelijk was voor tekenen en kunstgeschiedenis aan de aankomende onderwijzeressen. In de vijftiger jaren is hij op een uiterst curieuze wijze aangetrokken als „eerste leek‟ tussen alle religieuze docenten. Men heeft hem destijds helemaal niet gevraagd voor een sollicitatiegesprek, maar hij is benaderd of hij de bereidheid zou hebben een oudere zuster, bij wijze van therapie, tekenles te komen geven. Na enige weken komt de aap uit de mouw… de zuster die zgn. in therapie moest, bleek de tekendocente van de kweekschool te zijn en zij acht, na enige therapeutische lessen van de nieuwe leermeester, de „ingehuurde‟ Jos Zeegers een uitstekende kracht om haar taak te gaan overnemen. Als hij mijmert over zijn kweekschoolperiode schrijft hij:
- “De mogelijkheden op de Schijndelse kweekschool waren ook toen al legio. Ik kon met de studenten naar buiten om te gaan tekenen, we gingen op excursie, kortom…..alle plannen werden met gretig enthousiasme ontvangen. De aanvankelijke huiver die men had om een man, en dan nog wel een niet-kloosterling, aan te trekken als docent verdween al snel”.
- “De mogelijkheden op de Schijndelse kweekschool waren ook toen al legio. Ik kon met de studenten naar buiten om te gaan tekenen, we gingen op excursie, kortom…..alle plannen werden met gretig enthousiasme ontvangen. De aanvankelijke huiver die men had om een man, en dan nog wel een niet-kloosterling, aan te trekken als docent verdween al snel”.
Oud-leerlingen die zich de acties van Zeegers nog helder herinneren beamen, dat er sinds zijn komst mogelijkheden werden gecreëerd voor openluchtfeesten en fancyfairs, het instuderen van grote toneelstukken als Marieke van Nimweghen e.d; een aula kon op een bepaald moment tot een middeleeuws marktplein worden omgetoverd compleet met gotische kerk of in een maanlandschap. Hij bleek ook een stuwende kracht achter de examenfeesten. Dit zijn maar enkele karakteristieke uitvloeisels van het nieuwe beleid. De sfeer verandert duidelijk binnen de internaat muren! Eind jaren vijftig en begin zestig behaalt ook het kweekschoolkoor Canto Vivo o.l.v. muziekdocent De Greef verbluffende resultaten. De behaalde diploma's illustreren de kwaliteit van dit koor.
In dezelfde periode, wat het vernieuwingsproces op z'n minst heeft versterkt, is ook binnen de congregatie een drang naar openheid, zelfontplooiing en persoonlijkheidsontwikkeling groeiende, wordt de sterke behoefte aan vernieuwend denken over de inhoud van het kloosterleven en pluriformiteit in de beleving van kloosterregel en het „Ora et Labora‟ zichtbaarder en zien we ook de traditionele kleding verdwijnen en plaats maken voor een moderner kloosterhabijt. Allemaal signalen dat er veranderingen op komst zijn en het kloosterleven zoals dat in 1836 in de constituties en regelgeving was neergelegd een nieuwe invulling zou gaan krijgen.
Een nieuw kweekschoolplan uit 1956[bewerken | brontekst bewerken]
De leidinggevende functie van zuster Anselma Tijhuis als kweekschooldirectrice is sinds 1953 overgedragen aan zuster Odilia Wilms. Kort na haar aantreden wordt ze al geconfronteerd met een grootscheepse onderwijskundige operatie die vergaande gevolgen zal hebben voor de Mariakweekschool. De Haagse politiek, in persoon van onderwijsminister J.Cals, buigt zich dat jaar over de positie van de verschillende landelijke kweekscholen en presenteert een lange termijn visie, met als belangrijk uitgangspunt het benodigde aantal onderwijzers en onderwijzeressen in de nabije en verre toekomst en het aantal opleidingsinstituten. Men wil uiteindelijk naar een verantwoorde kwalitatieve en kwantitatieve spreiding van de kweekscholen over het hele land. Daarbij speelt de omvang van de kweekschool een belangrijke rol. Via allerlei grafieken en getalsmatige overzichten en prognoses, die ik u wil besparen, worden de Nederlandse kweekscholen onder de loep genomen. Wat de Brabantse situatie betreft….. men kent in onze provincie noch een rijkskweekschool noch een gemeentelijke; evenmin een protestants-christelijke. Nee, in het toen nog uitgesproken katholieke zuiden ging het louter om rooms-katholieke kweekscholen met in de meeste gevallen een in- en externaat en praktisch alle onder leiding van religieuzen nl. Baarle Nassau (1), Breda (2), Dongen (2), Eindhoven (3), Etten-Leur (1), 's-Hertogenbosch (3), Oirschot (1), Oudenbosch (2), Schijndel (1), Tilburg (2), en tenslotte Veghel (1), dus maar liefst 19 waarvan 11 meisjeskweekscholen, 7 jongenskweekscholen en 1 gemengde. Tussen het opperen van vernieuwingsplannen, de politieke beschouwingen en discussies eromheen en de uiteindelijke concrete uitvoering ligt vaak een lange periode. Maar de toon is gezet en veel van de bestaande kweekscholen voelen zich bedreigd in hun bestaan.
Als eerste reactie op het nieuwe kweekschoolplan schrijven de zusters een beargumenteerde brief aan het Centraal Bureau voor Katholiek Onderwijs, waarin ze een poging ondernemen te redden wat er te redden valt. Zo delen zij het bureau het volgende mee:
- “Wij hebben een in- en externaat, mede bedoeld tot het opleiden van religieuzen, wat onze enige opleiding is; tevens zijn we bestuur van 45 lagere scholen met ca. 12.000 leerlingen en 5 ulo-scholen met zo'n 800 leerlingen; we werken meestal in wat kleinere plaatsen, waar moeilijk aan leerkrachten te komen is; op onze eigen lagere en uloscholen hebben we alle gelegenheid meisjes te stimuleren onze kweekschool te bezoeken, die thans 92 studenten telt maar in september a.s. zullen dat er meer zijn; zowat de helft hiervan komt van de uloschool aan de Pastoor van Erpstraat 1; deze school met 134 studenten in 1953 is gegroeid tot 242 in 1956 en daarom zal het aantal kweekschoolstudenten vermoedelijk wel oplopen tot rond de 125, wat dus boven de door de commissie ingestelde norm ligt; bovendien zal ons internaat alleen maar groeien als andere kweekscholen hier in de regio zouden moeten sluiten; met de opleiding op cultureel-maatschappelijk vlak hebben we inmiddels twee jaren ervaring opgedaan; onze kweekschool, waar vier docenten een volledige weektaak hebben en twee anderen zich nog verder bekwamen, dateert al van 1896 en is een van de oudste van ons land”.
Wat de gemoederen in de regio bezighoudt is de vraag over de reële levensvatbaarheid van de Schijndelse kweekschool en die van Veghel en Oirschot. Zou het niet beter zijn Helmond uit te kiezen als nieuwe vestiging. In hoeverre maakt Schijndel nog kans op een experiment van een kweekschool met havo-top in de 1e leerkring, toegankelijk voor alle soorten studenten en dus ook jongens!
Onvermijdelijke fusies liggen in het verschiet, maar het laatste woord is er nog niet over gezegd. Ook speelt de overweging in Schijndel eventueel een mavo-havo-kweekschool-scholengemeenschap te stichten, met dan tevens een gemengd karakter. Voor de zusters, die gewend waren aan eigen meisjeskweekschool en meisjesinternaten mulo en kweekschool, een complete nieuwe stap in de ontwikkeling van hun onderwijsfilosofie en in de denkbeelden die tot dan toe geheerst hadden. Binnen de historie van de Schijndelse kweekschool een ombuigingsoperatie van formaat. Maar er was nog meer. Voor de congregatie van de Zusters van Liefde wordt het beheer van het gehele onderwijs een gecompliceerde opgave, vandaar dat het hoofdbestuur, na vele lange diepgaande gesprekken, in 1960 noodgedwongen besluit tot stichting van een scholenbureau, een soort algemeen administratief centrum als overkoepelend orgaan voor al hun kleuter-, basis-, blo-, ulo-, huishoud- en kweekscholen, later bekend onder de naam „de Meierij‟. De congregatie heeft op dat moment 80 scholen met gezamenlijk 450 leerkrachten en 100 krachten in de bedienende sector. De zusters die er vanaf het allereerste begin rechtstreeks bij betrokken worden zijn zuster Veronique van Woerkum, hoofd onderwijszaken, die in 1965 in die functie wordt opgevolgd door zuster Martinia Huijbers tot 1971. Dan volgen de zusters Josephine van Helvoort en Johanna Vianney van Uden als hoofden onderwijszaken, die vervolgens in de periode 1972-1977 nog fungeren als bestuurslid.
Een vervelende periode in schooljaar 1968 - 1969.[bewerken | brontekst bewerken]
In de kweekschoolhistorie breekt een bijzonder vervelende periode aan. Het kan elke grote organisatie overkomen dat er situaties ontstaan, die je liever niet hebt. Soms hangen er dan al enige tijd signalen in de lucht zonder dat men ze helder oppikt. In schooljaar 1968-1969 wordt de dagelijkse gang van zaken grotendeels gedomineerd door ongewenste spanningen onder leerlingen en personeel, interne conflicten dienen zich aan en de landelijke pers laat zich dan natuurlijk niet onbetuigd. Eerst is er de oplossing van het probleem van die scholengemeenschap versus het behoud van de meisjeskweekschool als opleidingsinstituut voor de congregatie en later strubbelingen op de kweekschool zelf.
In Sint Oedenrode is inmiddels een actiegroep in het leven geroepen die streeft naar een open scholengemeenschap havo-atheneum. De term „open‟ houdt in dat er geen sprake mag zijn van een „katholieke signatuur‟, maar „algemene toegankelijkheid voor iedere religieuze groepering‟ is het motto. Men denkt als locatie aan het Damianenklooster aan de Rooiseweg, dat vrijkomt, mooi tussen Schijndel en Sint Oedenrode in, maar Schijndel is allesbehalve enthousiast en kan zich niet vinden in het voorstel. Misschien is het te zien als een soort tegenactie dat er binnen Schijndel gesprekken plaatsvinden om uiteindelijk te komen tot een katholieke scholengemeenschap mavo-havo-atheneum-gymnasium, discussies waaraan ook de gymnasia Bernrode en Beekvliet zouden deelnemen. In een later stadium zou evt. de kweekschool kunnen toetreden. De Zusters van Schijndel zijn in principe niet zo happy met de havo-top in combinatie met de kweekschool en zoeken een modus om inderdaad een mavo-havo-combinatie van de grond te krijgen. Op dat moment is zuster Odilia Wilms formeel nog directrice op de kweekschool, maar vanwege ziekteverlof ligt de dagelijkse leiding bij haar adjunct. Op doktersadvies moet ze grote inspanningen vermijden. Om uit een bepaalde impasse te geraken belegt ze op 5 december 1968 een algemene docentenvergadering om de inmiddels gerezen interne conflicten tussen docenten onderling te bezweren. Ze doet mededelingen over haar fysieke toestand en verzoekt alle docenten uitdrukkelijk om de wettelijke voorschriften te respecteren en royaal na te leven. Blijkbaar hebben de docenten nogal forse kritiek op elkaars functioneren en dat bevordert een gezonde teamgeest natuurlijk niet. Een situatie die vermoedelijk langzaam is gegroeid en waar hoofdbestuur en kweekschooldirectie in de jaren daarvoor misschien niet krachtdadig genoeg tegen zijn opgetreden of de signalen te licht hebben ingeschat en beoordeeld. Zuster Odilia treedt enige maanden na dat bewogen centraal overleg terug en per 1 april 1969 neemt Zr. Marie Margaretha van den Hurk, die juist op verlof was vanuit Chili, de honneurs tijdelijk waar.
Een prettige collegiale sfeer heeft er niet geheerst in die bijeenkomst in december '68, ook het functioneren van de dienstdoende adjunct houdt de soms verhitte gemoederen intensief bezig. De voorlopige slotconclusie is dat de ontstane situatie eens héél kritisch onder de loep moet worden genomen en er komen enige commissies resulterend in een raad die de toekomst van de kweekschool nader zal bestuderen, een havo-raad en tenslotte een docentenraad van de aan de kweekschool verbonden docenten. De bovengenoemde Rooise actiegroep heeft intussen ook niet stil gezeten en heeft zelfs een stichting in het leven geroepen „Voortgezet Onderwijs Rooi-Schijndel (VORS).
De kweekschool noemt men inmiddels Pedagogische Academie. Binnen de havo-top aldaar breekt op 20 mei 1969 een staking uit nadat de docent economie heeft aangekondigd het werk voor één dag neer te leggen uit onvrede met de hele situatie op school. Het vuurtje, dat al sluimerend aanwezig was sinds een jaar, is nu definitief aangestookt en met deze docent beginnen ook zo'n 100 havo-leerlingen een staking. Ze leggen, naast het ter discussie stellen van de rol van de adjunct, een drietal wensen of „eisen‟ op tafel nl. inspraak in alle zaken die verband houden met de leerlingen van de school, de garantie dat alle leraren aan de school verbonden blijven en het terugtreden van de zittende adjunct, die men allesbehalve capabel acht. Dit eisenpakket blijkt een gevolg te zijn van een ontstellend hoog verloop onder de zittende docenten nl. 9 in totaal en voor het lopende jaar wordt voorspeld dat er nog eens 8 zullen vertrekken. Dat tekent de beroerde situatie van dat moment overduidelijk!
Een ongewenst lerarenverloop dat direct consequenties kan hebben voor de examenresultaten. Men vreest dat ca. 70% wel eens zou kunnen zakken dit jaar.
Overigens… de „hetze‟ tegen de adjunct, tevens gymleraar, speelt alleen binnen de havo-top en zeker niet onder de kweekschoolstudenten. Het zijn vooral de jongens van de havo die kennelijk veel moeite hebben met de gang van zaken. De kweekschool ademt in hun ogen nog een te behoudende en zelfs beschermende sfeer, zoals in de tijd dat er alleen nog maar meisjes zaten die voor een groot deel allemaal zuster zouden willen worden. Bovendien hebben de jongeren veel problemen, althans volgens de landelijke pers, met het lesrooster, met de nodige hiaten daarin en de te geringe ruimte om in de openvallende uren te kunnen studeren. Binnen het docentenkorps lijkt de spanning echter ook te snijden en is zelfs voorgesteld aan het kweekschoolbestuur, de adjunct als spil van al het geruzie, te ontslaan, wat overigens niet gebeurt.
De kweekschoolleerlingen vragen verlof om met de stakersgroep in discussie te mogen gaan over de hele kwestie. Het bestuur zegt de stakers, zowel onder de leerlingen als docenten, de nodige inspraak toe. Op de kweekschool gaan de lessen gewoon door. Uiteindelijk dient de zittende adjunct (noodgedwongen) zijn ontslag in. De docent economie, die met de adjunct in het geheel niet door één deur kan, gaat binnen de stakingsgolf nog een stap verder en stuurt zelfs een telegram naar de Tweede Kamer met het volgende verzoek… gaarne onderzoek op hoog niveau naar het onderwijskundig en financieel wanbeleid van bestuur en directie van de havo te Schijndel en verwijt zelfs de zusters die zitting hebben in het kweekschoolbestuur middeleeuwse toestanden. Dat zijn nogal forse aantijgingen waar een hele brok emotie aan ten grondslag ligt, maar het illustreert natuurlijk overduidelijk de toenmalige sfeer in denken en beleving. Een gedegen onderzoek van hogerhand volgt echter voorlopig niet.
Op de 24e mei ziet burgemeester van Tuijl zich zelfs genoodzaakt, vergezeld van een politiemacht, een inval te doen in de Pedagogische Academie en gelast de stakende leerlingen en docenten weer aan het werk te gaan, omdat anders tegen hen zal worden opgetreden wegens huisvredebreuk. De docenten krijgen een spreekverbod tegenover de pers. De zusters hebben de Katholieke Schoolraad verzocht een onderzoek in te stellen naar de oorzaken van de moeilijkheden.
Het blijft even „rustig aan het front‟ totdat eind juni een van de havo-leraren een klacht deponeert bij de inspectie, waar hij overigens geen gehoor vindt. Andere leraren storen zich op hun beurt gruwelijk aan het gedrag van hun collega. De „vuiltjes‟ zijn voorlopig nog niet uit de lucht en het „vuur smeult verder‟.
Vele partijen zoeken naarstig naar een tactvolle en geloofwaardige oplossing.
In dezelfde periode kon men overigens in den lande ook wel enige parallellen bespeuren binnen de samenleving van toen. Protestacties hier, onvrede daar, beginnende krakersbewegingen, gezagscrisis links, irritatie en intolerantie rechts…… kortom… de samenleving leek een beetje van slag of onderweg naar nieuwe structuren en de media doen er dan vaak nog een „schepje bovenop‟ zodat de protesterende meute nog eens extra gevoed wordt.
Nieuwe heren nieuwe wetten[bewerken | brontekst bewerken]
Per 1 augustus van dat jaar ontstaat een compleet nieuwe situatie. Er komt een nieuw bestuur onder de naam stichting Sint Servaas, waarin ook leken zitting nemen en er wordt een nieuwe P.A.- directeur benoemd in de persoon van de norbertijn Dhr. Piet Broeren. In de nieuwe statuten wordt het volgende vastgelegd: bestuursleden kunnen door ouders gekozen worden, het docentenkorps krijgt inspraak en er komt een leerlingenraad die tweemaal per jaar overleg voert met het bestuur. Meteen volgt, na een zorgvuldig uitgedachte procedure, de keuze van een oudercomité, waarvoor reeds een reglement is samengesteld verdeeld over 18 artikelen.
De Rooise actiegroep, die graag een havoatheneum-afdeling wil oprichten met een open karakter, laat zich nog steeds niet onbetuigd, geeft voorlichting aan Schijndelse raadsleden om alsnog een adhesiebetuiging van hen te krijgen en ze gaan zelfs praten in Den Haag. Uiteindelijk zal een samenwerkingsverband met de stichting Servaas toch schipbreuk lijden. Zelfs een commissie van wijze mannen bleek niet succesvol te zijn.
De Pedagogische Academie met de havo-top functioneert weer gewoon door en als op vrijdag 26 november 1971 het 75-jarig bestaan wordt herdacht (1 mei 1896 - 1 mei 1971) laat directeur Broeren de pers weten dat de PA voor hem een „boeiend bedrijf‟ is. Veel tamtam maakt men echter niet rond dit jubileum. Het feestje is vanwege de examens in mei en juni met opzet uitgesteld. Broeren memoreert aan de problemen uit de jaren '68 en '69 veroorzaakt door de kloof tussen kweekschool en havo-top. Hij refereert aan het feit dat het huidige lerarenkorps een club is om trots op te zijn en de rust is al lang teruggekeerd, ook mede door toedoen van de inspanningen van het oudercomité. Hij is, zo vermeldt het bewuste krantenartikel „ontzettend blij met de goede sfeer‟. De viering van het 75-jarig bestaan vindt plaats in het schoolgebouw zelf. Een eucharistieviering in de aula met als motto „We horen bij elkaar‟ waarbij een uitdrukkelijk accent wordt gelegd op de saamhorigheid binnen de gehele schoolgemeenschap. Daarna een feestelijke dag met diverse activiteiten, maar alles in een bescheiden sfeer.
De aan de kweekschool verbonden havo-top blijkt geen al te lang leven beschoren. Al enige jaren zijn er stemmen opgegaan tot oprichting van een mavo-havo-scholengemeenschap al of niet in combinatie met de Pedagogische Academie. Na een grondige bestudering van de positie van de zittende docenten, interne voorlichtingsbijeenkomsten, bespiegelingen, algemene beschouwingen, bezoeken aan Den Haag in verband met alle mogelijkheden die zijn geopperd, wordt uiteindelijk toch de voorkeur gegeven aan de loskoppeling van de havo-top en kweekschool. Kortom…… met ingang van schooljaar 1973-1974 wordt de havo-top onderdeel van een nieuwe scholengemeenschap mavo-havo in het bekende Scinlecollege o.l.v. directeur Drs. J.F. Neefjes. De kweekschool vaart als Pedagogische Academie verder haar eigen koers o.l.v. de norbertijn de heer Piet Broeren. Het bekende kweekschoolinternaat wordt opgeheven. Tijdens de bestuursperiode van de nieuwe directeur zien we het aantal studenten gestaag afnemen en vraagt iedereen zich serieus af hoe lang de kweekschool levensvatbaar zal blijken te zijn. In zo'n situatie is het dan ook niet eenvoudig om nog nieuwe wegen te bewandelen en de innovatie van de opleiding op de Schijndelse PA is zeker niet meer de sterkste troef in die dagen. De zittende docenten drijven op hun ervaring en routine, doen individueel hun opleidingswerk toegewijd en naar best vermogen, zijn af en toe bang voor hun positie vanwege het dalend aantal studenten, beschermen daarbij hun eigen „winkeltje‟, zeg maar vakgebied en steken weinig energie in nieuw beleid, waarvoor ze vanuit de schoolleiding ook niet direct worden gestimuleerd. Buiten de muren van de PA sleutelt men in den lande echter duchtig aan deze vorm van beroepsopleiding en vormen termen als democratisering, levensbeschouwelijke identiteit, medezeggenschap, een verantwoord pedagogisch concept, onderwijsvernieuwing en kwaliteitsverbetering de basis voor een compleet nieuwe inhoudelijke invulling van de opleidingen.
Het Katholiek Pedagogisch Centrum speelt hierin een begeleidende rol. Differentiatie en flexibilisering worden sleutelwoorden. Tegelijkertijd wordt op het ministerie van onderwijs ingezet op schaalvergroting en zien we in de jaren '80 de eerste fusies van de grond komen. Er komt een soort landelijk „vlekkenplan‟ waarin men de spreiding van de huidige opleidingsinstituten stevig onder de loep neemt. De kleinere PA's zullen op een bepaald moment opgaan in grotere eenheden. Het uiteindelijke resultaat is dat de Schijndelse PA zal gaan samensmelten met de drie Bossche opleidingsinstituten Concordia oorspronkelijk van de Zusters van de Choorstraat, Mariënburg van de Zusters van JMJ en de Bisschoppelijke Kweekschool van de Fraters van Tilburg, waaruit tenslotte de Pabo 's-Hertogenbosch zal groeien.
Afscheid van zuster Simona[bewerken | brontekst bewerken]
Het terugtrekken van de religieuzen uit hun eigen soms een eeuw lang functionerende kweekscholen is eind jaren '60 of '70 hier in de regio een gewoon verschijnsel. De Brabantse onderwijscongregaties van fraters, zusters en broeders, die zich vanaf de eerste helft van de 19e eeuw krachtig hebben ingezet voor goed onderwijs, jeugdzorg, internaatsopvoeding, kwaliteitszorg in ziekenhuizen en bejaardencentra en voor opbouw van allerlei gemeentelijke sociale ontwikkelingen worden gedwongen, deels vanwege de langzame vergrijzing en deels vanwege het ontbreken van nieuwe en jonge aanwas in hun kloosters, afscheid te nemen uit die sectoren. Zo ook op de Schijndelse katholieke PA. Aangesteld in 1946 heeft zuster Simona van de Weegh, als vakleerkracht nuttige handwerken, handvaardigheid, textiele werkvormen of hoe men het vakgebied ook aanduidt, op 6 juli 1979 in een feestelijk versierde aula definitief afscheid genomen van de kweekschoolgemeenschap. In de afscheid speech wordt eraan gerefereerd dat zij in die 33 jaren en 7 maanden, waarvan 11 jaren onder de stichting Sint Servaas, heel veel heeft zien veranderen. De directeur grijpt terug op een gedicht uit 1946 bij het gouden feest van de kweekschool, waarin haar vakgebied werd omschreven als „naaldkunst‟. Ze heeft zich altijd uitstekend en op een professionele wijze van haar taak gekweten en een beetje spottend voegt hij er aan toe „dat er de katholiciteit soms van afdroop‟. Enigszins schertsend voegt de spreker eraan toe, dat hij door de paus niet is gemachtigd om haar heilig te verklaren, maar wat hem betreft zou ze een reële kans gemaakt hebben. Ze wordt getypeerd als een geweldige lerares, die niet autoritair overkomt, maar heel gedecideerd eisen durft te stellen, met haar tijd weet mee te gaan en respect en waardering geniet van de zijde van gecommitteerden tijdens de eindexamens, maar ook vanuit de onderwijsinspectie.
Met zuster Simona wordt ook tevens afscheid genomen van de congregatie zelf en denkt men met dankbaarheid terug aan de toegewijde en belangeloze zorg van alle talentvolle zuster docenten die in het verleden aan de normaalschool, kweekschool en Pedagogische Academie verbonden zijn geweest!
Sfeerbeeld van een oud-student.
- Prachtige jaren, dat waren het! Als student aan de Pedagogische Academie genoot je drie jaren lang veel vrijheid. We zaten met een kleine groep in een veel te groot gebouw waarbij alleen Harrie Vissers (in het begin ook nog Dhr. Piet Broeren), Yvonne Pennings en een conciërge (in de kelder) als vaste, volwassen begeleiding aanwezig was. Harrie als gymdocent en adjunct-directeur met de nodige passie. Hij eiste veel van zijn studenten en had een bloedhekel aan studenten die ongemotiveerd op de opleiding zaten. In de gymzaal maakte hij regelmatig gebruik van kinderen van de aangrenzende Lambertus School. Hij sprak dan de wat denigrerende woorden: "Ik heb weer wat vlees in de kuip nodig!" Hij bedoelde dit natuurlijk niet zo, maar werd op een bepaald moment wel met heel wat vlees geconfronteerd toen hij een voorbeeldles moest geven aan zijn studenten. Hij kreeg van het hoofd der school van de Lambertus, niet één klas ter beschikking, maar de gehele schoolbevolking. Steeds weer werd er een deur open gedaan waaruit een groep kinderen kwam. Het vlees op zijn hoofd kreeg kleuren die hij zich niet wenste!
- Yvonne was de lieveling van ons allen. Als huishoudelijk medewerkster was ze niet alleen dienend in de keuken bezig, maar men kon altijd bij haar terecht voor een praatje of met problemen van allerlei aard. Haar gulle lach is iets om nooit te vergeten! Een wel heel bijzondere man was de conciërge Brus. In zijn duister kelderkantoor zwaaide hij de scepter over de oude bibliotheek. De oude bieb was een uitdaging voor onze archivisten. Je kon er uren in rondneuzen. Echt actueel kon je de voorraad niet noemen maar zocht je een plaatje of artikel? Het was even zoeken, maar het was aanwezig. Meestal in oude enveloppen of insteekmappen of gewoon her en der op grote stapels op de grond of legkasten. De muffe geur was voor aankomende historici uitdagend! De reuk werd regelmatig nog extra ververst met de geur van de oude stencilmachine die door ons nog met de hand bediend werd. Ook die oude, grote zwart-wit videocamera werd vaak gebruikt. Je moest eerst een heel arsenaal aan kabels, kisten, apparaten aansluiten voordat je beeld had. Maar beeld, dat kwam er! Excentrieke docenten verzorgden de lessen op deze academie. Wie kent niet Ad Bok? Deze docent Nederlands kon je de stuipen op het lijf jagen met zijn eigenwijsheden en directe benadering. Vele vrouwelijke studenten hadden een bloedhekel aan deze man. Veelal werd zijn les gebruikt om te klagen over de andere lessen en over het nut van goede spelling.
- Daarnaast legde hij ons de kwintencirkel uit omdat Hein Zomerdijk dit niet aan ons kon overbrengen. Hein Zomerdijk was onze muziekdocent. In Nederland in die jaren een bekend musicus. Lesgeven was echter meer een bijbaantje. Och, meneer Zomerdijk, speel nog één keer Für Elise? Hij nam dan weer plaats achter de vleugel en de helft van de les werd gevuld met de klanken van dit prachtige muziekstuk. Op reis naar Berlijn slaagde hij er in om in Oost-Berlijn de volledige studentengroep in de steek te laten en met een bevriende Russische pianist tezamen Checkpoint Charlie over te steken. Toen wij als groep in de bus op dit punt kwamen, zonder de heer Zomerdijk, werden we urenlang vastgehouden in de bus en ieder werd grondig gefouilleerd. Met op de achtergrond in uitkijktorens soldaten met getrokken geweren, beleefden wij angstige uren.
- Nol van Hulten was onze „pedadocent‟. Een bevlogen man die met veel passie zijn vak uitoefende. Hij kon erg confronterend zijn maar hielp je wel sterker te staan in het onderwijsveld. Overigens, regelmatig tegen iedereen zeggen dat ze voor de reis naar Berlijn het paspoort mee moesten nemen en dan zelf je paspoort vergeten..........? Aardrijkskunde kregen we van Frans van Nistelrooij. Elke topoles weer ging een aantal studenten de discussie aan over het nut van het leren van topografie. Nutteloos natuurlijk, maar wel tijdvullend. De helft van de klas leerde bij deze lessen overigens breien (inclusief de jongens). Een bijzonder komisch gezicht! Ad zag het aan........ Docenten als Annie van Galen (natuurkunde, wat gespannen maar aardige vrouw die mij in ieder geval wat meer liefde voor natuurkunde bijbracht). Harrie Schreurs, Ria Aerts (oh ja Ria, de prachtige werkstukken waarvoor ik regelmatig uitstekende punten haalde maakte mijn moeder voor me...... een schat hè?), Frans Goossens, de heer Kuijpers en Du Maine (rekenen, ontzettend bezig met realistisch rekenen met veel materiaal, didactisch een kei!), Gray Tromp (tsja, bijzondere kleine man met veel aandacht voor mannelijk en vrouwelijk schoon en ging vaak naar buiten met de groep het kloosterpark in. Hij maakte de docentengroep compleet.) Ik zat in de laatste klas die de PA in Schijndel afleverde. Wij mochten niet zakken! Ik moet eerlijk toegeven dat ook niemand verdiende te zakken. Een groep mensen met veel kennis en mogelijkheden. Met velen heb ik geen contact meer maar lees en hoor nog wel wat ze doen. Iedereen heeft zijn/haar plekje gevonden. De meesten gelukkig in het onderwijs of daaraan verwant. Pedagogen, directeuren, filosofen, Fontysdocenten en gelukkig de grootste groep gewoon lekker voor de klas. Daar doen we het toch voor. Nietwaar?
- Ingezonden door Lambér Gevers.
De leerkrachten.[bewerken | brontekst bewerken]
Mei 1946. Onderwijzend personeel Kweekschool, 50 jarig jubileum.
Rij A: 1. Zr Marie Margaretha van den Hurk (natuurkunde en biologie), 2. Zr. Constantina Gebbink (wiskunde-handelsrekenen en schrijven), 3. Zr. Marie Servatia Geysen (zang, Nederlands, Frans), 4. Zr Simona van de Weegh (handwerken).
Rij B: 1. Zr. Antonilla van Onzenoort (aardrijkskunde - hoofd Mariaschool Boschweg), 2. Zr. Anselma Tijhuis (opvoedkunde en geschiedenis), 3. rector A. van Haaren (godsdienst), 4. Zr. Carmela Lambooy (tekenen, kerkgeschiedenis, Engels, Duits), 5. Theresiana Horbach (gym, hoofd Mariaschool Past van Erpstraat)
J.B. Michels, Johannes Bernardus.
Geboren 08 mei 1851 te Uithoorn en overleden 02 juni 1924 te Schijndel.
Gehuwd met Elisabeth Johanna Tersmette. Geboren 24 april 1851 te Monster, overleden 28 januari 1922 te Schijndel.
Leraar aan de Kweekschool van 1880 tot december 1923 (en tevens hoofd van de Openbare lagere School van 1880-1916.)
G.M. van Velthoven, Godefridus.
Geboren 05 april 1878 te Waspik, overleden 10 juli 1947 te Den Dungen.
Leraar aan de Kweekschool.
Een groep zusters-docenten in hun nieuwe kledij die midden jaren ‟50 aan de Mariakweekschool zijn verbonden.
Rij A: 1. Zr. Marie Margaretha van den Hurk, 2. Zr. Simona van de Weegh, 3. Zr. Agnes Koekkoek, 4. Zr. Marie Angeline van Uitert, 5. Zr. Angelina Scholten,
Rij B: 1. Zr. Constantina Gebbink, 2. Zr. Marie Odilia Wilms (directrice) 3. Zr. Marie Servatia Geijsen.
De groep docenten van de Mariakweekschool van het „laatste uur‟.
Rij A: 1. Dhr. Frans van Nistelrooy (aardrijkskunde), 2. Dhr. Coolen (geschiedenis), 3. Dhr. du Maine (rekenen), 4. Dhr. Harrie Vissers (lichamelijke oefening en adjunct), 5. Mw. Annie van Galen-Derks (lerares natuurkunde), 6. Mej. Diny Swinkels (administratie), 7. Dhr. Nol van Hulten (pedagogiek),
Rij B: 1. Dhr. Frans Goossens (handvaardigheid), 2. Dhr. Widlak (tekenen), 3. Dhr. Gray Tromp (biologie), 4. Dhr. Hans Nollen (muziek), 5. Mw. Yvonne Pennings-Eradus (huishoudelijke dienst), Dhr. Ad Bok (nederlands).
Groepsfoto's [2][bewerken | brontekst bewerken]
Foto's genomen tussen 1891-1900 [bewerken | brontekst bewerken]
Kwekelingen in uniform van het cursusjaar 1890-1891.
Kwekelingen in uniform van het cursusjaar 1890-1891 de periode dus waarin de kweekschoolopleiding nog niet door het rijk werd gesubsidieerd want dat gebeurde pas in 1896.
Rij A: 1. Onbekend, 2. Onbekend, 3. Onbekend, 4. Onbekend, 5. Onbekend.
Rij B: 1. Onbekend, 2. Onbekend, 3. Onbekend, 4. Onbekend, 5. Onbekend, 6. Onbekend, 7. Onbekend, 8. Onbekend, 9. Onbekend, 10. Onbekend.
Rij C: 1. Onbekend, 2. Onbekend, 3. Onbekend, 4. Onbekend, 5. Onbekend, 6. Onbekend, 7. Onbekend, 8. Onbekend, 9. Onbekend, 10. Onbekend.
Rij D: 1. Onbekend, 2. Onbekend, 3. Onbekend, 4. Onbekend, 5. Onbekend, 6. Onbekend, 7. Onbekend, 8. Onbekend, 9. Onbekend, 10. Onbekend.
Studenten van de normaalschool anno 1893.
Rij A: 1. zr. Everarda Coppens, 2. zr. Majella van der Hagen, 3. Marie van Oirschot, 4. zr. Bonifatia Claassen, 5. zr. à Cruce Cooijmans, 6. zr. Caroline Cooijmans, 7. zr. Marie Theodra van Amstel, 8. Marie van de Westelaken, 9. Marie van Engeland.
Rij B: 1. zr. Dionysa Verhagen, 2. Truda van Acht, 3. zr. Aloisa van Sambeek, 4. zr. Augustine Koenraads, 5. zr. Matheo van Heeswijk, 6. zr. Raijmunda de Rooij, 7. zr. Theodorine van Vucht, 8. zr. M. Cristine Jongbloets, 9. Johanna Bouwens.
Rij C: 1. zr. Alphonsina Poos, 2. Marie Smits, 3. zr. Coleta Renders, 4. Bertha Berens, 5. Anna Eijcken, 6. zr. M. Cristiana Welvaaerts, 7. Hubertina van Liempt, 8. zr. M. Helena van der Stappen, 9. zr. M. Seraphina van der Heijden.
Rij D: 1. rector Bogaerts, 2. zr. Theophile van de Sande, 3. Mina van Uden, 4. zr. Joanna Marie van Sambeek, 5. zr. Benedicta Verhagen, 6. Marie Wolters 7. Onbekende zuster 8. Innocentia Eijcken (directrice).
Kwekelingen in uniform 1896.
De groep kweekschoolleerlingen in uniform uit 1896 toen de oude normaalschool bij wet mocht overgaan in een gesubsidieerde kweekschool.
Kwekelingen in uniform 1898.
Kwekelingen in uniform op de speelplaats van de kweekschool anno 1898.
Een groep kwekelingen uit 1898.
Een groep kwekelingen uit 1898:
1. Onbekend, 2. Christine van Laarhoven (zr. Adriana), 3. Sientje van de Ven, 4. Betje Welvaarts (zr. Francina), 5. Marie van de Pol (zr. Richarda), 6. Jona Vermeltfoort (zr. Celesta), 7. Nella Verstappen (zr. Marie Arnoldine), 8. Betje Konijn (zr. Petronilla), 9. Onbekend, 10. Anna Smits (zr. Philothea), 11. Jo van Will (zr. Sebastiana), 12. Gerarda Hol (zr. Boromea), 13. Mina Haarhuis (zr. Alouise), 14. Gezina Haarhuis (zr. Engelmunda), 15. Cato van de Pol (zr. Modesta), 16. Louisa Koedijk, 17. Onbekend, 18. Thilda van de Kerkhof (zr. Eleonora), 19. Marie Roelofs, 20. Onbekend.
De achtergrond van deze foto wordt gevormd door de hoofdingang van de (vroegere) lagere school. Die deur kwam uit op een flinke vestibule, waarvan rechts en links enige schoollokalen lagen, die toen zijn omgebouwd tot recreatiezaal der mulo, enige pianokamertjes en de zgn. speelkamer.
Achter de vestibule lag de schoolgang en daarachter lagen de overige schoollokalen, die verbouwd zijn tot refter van de mulo, vestiaire en de daarbij aansluitende vertrekken als vleeskamer enz. voor het werk der zusters.
De kleine raampjes links en rechts van de schoolingang gaven licht aan de berghokjes voor vegers, zemen, sponzen en ander schoonmaakmateriaal.
Op de foto ziet men nog duidelijk (bij no.12, 13, 14 en 20) het stenen pad dat toen op de nog onbestrate speelplaats liep vanaf het stoepje uit de vorige kweekschool naar de hoofdingang van de school.
Kegelspel op de speelplaats van de kweekschool rond 1900.
1. Mina van Gestel, 2. Ilse de Plan, 3.Onbekend, 4. Bertha de Martinez, 5. Johanna Langenhorst, 6.Onbekend, 7. Ciska van Amelsfoort, 8.Onbekend, 9. Marietje Sassencling, 10. Anna van Hoof, 11. Maria Sars, 12. Betsy van Antwerpen
Speelpauze op de speelplaats van de Kweekschool 1900.
Kweekschool, groep kwekelingen op de speelplaats rond 1900.
Groep kwekelingen op de speelplaats van de voorbereidende klassen rond 1900.
Kweekschool, groep kwekelingen op de binnenplaats rond 1900.
Groep kwekelingen in uniform op de binnenplaats rond 1900.
Foto's genomen tussen 1901-1910[bewerken | brontekst bewerken]
Een groep kwekelingen in uniform anno 1903.
1. Thilda van de Kerkhof (later zr. Leonora), 2. Johanna Holl (later zr. Alise), 3. Annie van de Sande, 4. Rica van Alphen, 5. Marie Schakenraad, 6. Rica Verstijnen, 7. Marie de Vaan, 8. Anna van Herpen, 9. Mina de Jong (later zr. Francisca Marie), 10. Anna van Lith, 11. Mina van Wetten (later zr. Paulina), 13. Betje van der Putten (later zr. Adelgonda) en links half zichtbaar Nella Verstappen (later zr. Marie Arnoldine).
Een groep kwekelingen in uniform anno 1903.
Rij A: 1. zr. Theodora van den Heuvel, 2. Mina van Grotel, 3. zr. Marie Petra van der Doelen, 4. zr. Ignatia van Vlokhoven, 5. zr. Gerarda Majella Buskens, 6. Sisca van Doren, 7. zr. Emmanuël Hamelynck, 8. zr. Johanna van Vroonhoven, 9. zr. Anna Claassen, 10. zr. Antonia Huberts.
Rij B: 1. Rica Welten, 2. Onbekend, 3. Betsie Hoppenbrouwers, 4. zr. Richarda van de Pol, 5. zr. Engelmundis Walboomers, 6. zr. Jacquelina Jacobs, 7. Onbekend, 8. zr. Marie Laurentia Hamelynck, 9. zr. Mechthilda Vogels, 10. Fientje van de Grinten, 11. Jo Knoops.
Rij C: 1. Ans Sprenkels, 2. Onbekend, 3. zr. Modesta van de Pol, 4. Cor van de Waardenburg, 5. Mina Rooijakkers, 6. Janske Huberts, 7. Marie van Aalst, 8. Anna Zijlmans, 9. Christine de Leeuw, 10. zr. Ida Megens.
Rij D: 1. zr. Martha van de Boogaert, 2. zr. Francoise Wertenbroek, 3. zr. Theophista van Hoek, 4. Janske van den Hurk, 5. Willemine de Werd, 6. zr. Gonzaga de Gier, 7. Onbekend, 8. zr. Martha Jaspers, 9. zr. Aloysa Smulders, 10. Netje Cooijmans, 11. Cato Sloots.
Rij E: 1. zr. Cornelia Verschuren, 2. zr. Valeriana van de Nieuwenhof, 3. Marie Schakenraad, 4. Antonet Vuysters, 5. Marie van de Ven, 6. Lisa Holl, 7. zr. Augustine Jansen, 8. Marie Wagemans, 9. Onbekend, 10. Anna van Engeland, 11. Betje Schoenmakers.
Rij F: 1. Rica van Leeuwen, 2. Joke de Jong, 3. Marietje van de Wiek, 4. Bertha Jansen, 5. Cor Priems.
Groep kwekelingen anno 1908 .
Rij A: 1. Anna van Haaren, 2. Fien Sanders (zr. Theodora Marie), 3. Cisca Sanders, 4. Pietje van Luitelaar, 5. Mini van Vroonhoven, 6. Chrsitine Wolters, 7. Rica Welten, 8. Marie van de Pol (zr. Richarda), 9. Tonia Walboomers (zr. Engelmundis), 10. Mina Brekelmans (zr. Marie Bernadetta), 11. Nella Donkers (zr. Jeanne d’Arc]),
Rij B: 1. Rika van de Leemputten (zr. Jesualda, 2. Annie Benedic, 3. Willy Roffelsen, 4. Anna Savelkouls, 5. Truus Stevers, 6. Bertha van Oorschot (zr. Dominicanes, 7. Mien Baudoin, 8. Marie van Aalst, 9. Doortje Jaspers (zr. Marie Martha).
Rij C: 1. Mina Hamelink (zr. Laurentia), 2. Anna van Schaik (zr. Marie Michael, 3. Cato Nieuwenhuizen, 4. Anna Maas (zr. Hieronyma), 5. Anna Jacobs (zr. Jacquelina), 6. Janske Sparidaens, 7. Fien Horbach (zr. Theresiana), 8. Maria Verbunt, 9. Koosje Jacobs (zr. Catharina), 10. Cor van de Westelaken.
Rij D: 1. Lucie Roijers, 2, Marie Mali, 3. Mien Baptist, 4. rector Sanders, 5. Marie van Leeuwen (zr. Hugolina), 6. Luce Baudoin, 7. Jana Verschuren (zr. Cornelia).
Rij E: 1. Anna Thijssen 2. Joke de Jong.
Groep van 34 kwekelingen uit 1908 op de Heeswijkseheide.
1. Cato Nieuwenhuizen, 2. Mina van Vroonhoven, 3. Janske Sparidaens, 4. Antoinette Smijers, 5. Anna Savelkouls, 6. Truus Stevers (zr. Laetantia), 7. Anna van Schaik (zr. Marie Michael), 8. Mina Berkelmans (zr. Marie Bernadetta) 9. Doortje Jaspers (zr. Marie Martha), 10. Anna Jacobs (zr. Jacquelina), 11. Koosje Jacobs (zr. Catharina), 12. Lucie Royers, 13. Joke de Jong, 14. Anna Thijssen, 15. Anna Maas, (zr. Hieronyma), 16. Marie van Leeuwen, 17. Pietje van Luitelaar, 18. Ciska Sanders, 19. Lucie Baudoin, 20. Phien Horbach (zr. Theresiana), 21. Christine Wolters, 22. Cor van de Westelaken, 23. Maria Verbunt, 24. Willy Roffelsen, 25. Marie Mali, 26. Anna van Haaren, 27. Fien Sanders (zr. Theodora Marie), 28. Marie van de Pol (zr. Richarda), 29. Nella Donkers (zr. Jeanne d’Arc), 30. Tonia Walboomers, 31. Rica Welten, 32. Annie Benedic, 33. Marie van Aalst, 34. Marie Maas.
Een grote groep kwekelingen anno 1908.
Rij A:. 1. Mina Broeders (zusters Oudenbosch), 2. Anna Verheijen (zuster Norbertines), 3. Nella Kievits (zr. Cécile).
Rij B: 1. Marie van Leeuwaarden, 2. Marie Cranen, 3. Nelly Vernooy, 4. Rica Haerkens, 5. Janske Oerlemans (zr. Marie Angela), 6. Trees Tanis?, 7. Tecla Wessels, 8. Bertha van de Sande (zusters onder de Bogen).
Rij C: 1. Willy Onland, 2. Jaantje Verhulst, 3. Toos van de Westelaken (zuster van Oirschot), 4. Dina de Groot (zr. Johannes Berchmans), 5. Thera van Abeelen (zr. Anastatia), 6. Maria Witlox (zr. Marie Therèse), 7. Anna Oldenhheuvel, 8. Cor Spijkerman.
Rij D: 1. zr. Gonzaga de Gier, 2. Marie van Dun, 3. Anna Gregeoria, 4. zr. Felicité Renders, 5. Antoinette van de Biggelaar (zusters van Bennebroek), 6. Anna van Buren, 7.Onbekend, 8. Jet Heere (zr. Innocentia van Vroonhoven),
Rij E: 1. Dora Bannebberg, 2. Gusta Hamelynck, 3. Anna Jacob (zr. Magdala), 4. Maria Rijbroek, 5. Margot Troost, 6. Cisca Beijers, 7. Janske van Boxtel, 8. Lena Martens.
Rij F: 1. Marie Donkers, 2. Nella de Zwart, 3. Anna de Bont, 4. Nelly Schröder, 5. Mina van ’t Hof (zr. Ansfrida), 6. Anna Brouwer, 7. Bertha Peeters (Witte Zusters te Esch), 8. Dilia Sprenkels.
Kwekelingen voeren een toneelstuk op in 1909.
Opvoering van een toneelstuk anno 1909 met de volgende speelsters:
Rij A: 1. Mien van Dijk, 2. Mien Tausch, 3. Jet Dielis, 4. Marie van de Kam, 5. Maria Smulders, 6. G. Gelink, 7. Rosa Crombeen.
Rij B: 1. Cor Grootveld, 2. Marie van den Heuvel, 3. Anna Dekkers, 4. Betje Lammers.
Rij C: 1. Janske van der Aa, 2. Toos van der Sommen, 3. Marie Bazelmans, 4. Marie van Dommelen, 5. Chrisje van den Hark, 6. Marie Tijhuis
Groep gekostumeerde kwekelingen 13 november 1909.
Groep gecostumeerde kwekelingen tijdens de apotheose na de opvoering van het toneelstuk de H.Philomena ter gelegenheid van het zilveren feest van zr. Ma. Theodora Slits op 13 november 1909.
Rij A: 1. Dina Vernooy, 2. Nelie Smits, 3. Phien Sanders (zr. Theodoras Marie), 4. Marie van de Laar (zr. Marie Theodore), 5. Christine Wolters, 6. Lena Martens, 7. Marie Malie, 8. Greta Wessels (zr. Blanca), 9. Marie Grootveld, 10. Marie Verschuren, 11. Marie Sanders (zr. Prudentia), 12. Cor van de Westelaken, 13. Maria Vogels (zr.Marie Cecilia).
Rij B: 1. Jaantje Verhulst 2, Mina van Lieshout.
Voorbereidende klassen kweekschool, vermoedelijk rond 1910.
Speelpauze met o.a. hoepels op de speelplaats onder leiding van zuster Theresiana Horbach op de speelplaats van de voorbereidende klassen, vermoedelijk rond 1910.
Foto's genomen tussen 1911-1920.[bewerken | brontekst bewerken]
Kweekschool, toneelstuk ‘de Hemelse Altaarwacht’ 28 april 1915.
Toneelstuk ‘de Hemelse Altaarwacht’ ter gelegenheid van het zilveren kloosterfeest van zr. Felicité Renders directrice van de kweekschool op 28 april 1915.
Rij A: 1. Toos van de Westelaken, 2. Anna Brouwer, 3. Lena Kievits, 4. Mien van ’t Hof, 5. Anna Jacob.
Rij B: 1. Lena Martens, 2. Tecla Wessels, 3. Nico Kloosterhuis, 4. To Hölscher, 5. Nella Kievits, 6. Willy Onland, 7. Margo Troost.
Kweekschool, foto uit 1915.
Foto uit 1915 met daarop:
1. Mijntje Blok, 2. Adri van Velthoven, 3. Neli Cools (zr. Franciscus), 4. Marie van Dommelen (zr. Xavera), 5. Maria van de Linden, 6. Betsie Roijers (zr. Benigna), 7. Cor Blok.
De geslaagden van de kweekschool anno 1915.
Rij A: 1. Anna van de Pol, 2. Anna van Eupen, 3. Rector van Vlokhoven, 4. Thea Sanders, 5. Dien Sanders.
Rij B: 1. Truus Kloosterhuis, 2. Mien van Lieshout, 3. Fien van Velzen, 4. Betsie Wiegersma.
De geslaagden van de kweekschool anno 1920.
Rij A: 1. Dora Witlox (zr. Crescentia), 2. Mina Megens, 3. Cor van de Velden, 4. Dina van Rixtel (zr. Alexia), 5. Johanna van Hoorn, 6. Marie van der Linden.
Rij B: 1. Nel Merkelbach, 2. Christien Hackman, 3. Jo van Doren, 4. Jeanette Poels (zr. Jeanne Francoise), 5. Onbekend.
Rij C: 1. Jet Goossens, 2. Nellie van Riet, 3. Naatje Geijsen (zr. Marie Servatia).
Bij deze klas hoorden ook zr. Catharina van Dijk en zr. Cecile Kievits.
Foto's genomen tussen 1921-1930.[bewerken | brontekst bewerken]
Geslaagden van de kweekschool uit 1925.
Rij A: 1. Mijntje Blok, 2. Cor Blok, 3. Maria van Dommelen, 4. Marie van den Heuvel, 5. Jaantje Oerlemans, 6. Bets Lamers, 7. Nellie Cools, 8. Ad van Velthoven, 9. Maria Smulders.
Rij B: 1. Toos van de Sommen, 2. Oda Dielis, 3. Maria van der Linden, 4. Anna Dekkers.
Rij C: 1. Mien Tausch, 2. Marie van den Biggelaar.
Bij deze groep hoorden ook zr. Marie Margaretha Schellens en zr. Agnesia de Graaf.
Geslaagden van de kweekschool uit 1926.
Rij A: 1. Nellie Smulders, 2. Janske van der Aa, 3. Maria van der Kam, 4. Nolda Smulders, 5. Roos Crombeen, 6. Chrisje van den Hark, 7. Toos van Helvoort, 8. Corrie Grootveld, 9. Mien Baselmans,
Rij B: 1. Luus van Leeuwaarden, 2. Jet Dielis 3. Dora Glaudemans.
Rij C: 1. Gradie Gelink, 2. Maria Tijhuis, 3. Maria Helsper, 4. Ria Jongbloets, 5. Joh. Couwenberg 6. Pieta van den Akker.
Onder de kandidaten vijf zusters nl. Johanna de Klein, Landelina Bakker, Maria Goudsmits, Marie Antonie Donkers en Benigna Roijers, waarvan er overigens drie in Venlo toch nog staatsexamen hebben moeten doen omdat ze een opleiding in oud-rekenen hadden gekregen, terwijl de anderen handelsrekenen in hun pakket hadden.
De groep geslaagden van de kweekschool anno 1927.
Rij A: 1. Annie Schueler, 2. Truus Höfke, 3. Jos Witbroek, 4. Thea Sars, 5. Jo ter Ellen (te jong, geslaagd in 1928), 6. Lucie Schellens, 7. Tonia Sengers.
Rij B: 1. Lientje van Tuijl, 2. Maria van de Kruis, 3. Stien Sars, 4. Bertha Lelieveld.
Rij C: 1. Mien Sanders, 2. Jet Foolen, 3. Antoinette Notten, 4. Doka van Rijssel, 5. Lena van der Hagen.
Zusters Paschalia den Brok, Johanna Francisca Raijmakers en Wilhelma Broeders hoorden ook bij deze groep.
De groep geslaagden van de kweekschool anno 1928.
Rij A: 1. Greet de Graaf, 2. Nella Goossens, 3. Sjaan Verkuijlen, 4. Gerta Thijssens, 5. Nella van der Heijden, 6. Marietje Lamers, 7. Zus van Dijk, 8. Truus Goossens, 9. Mien Tielmans, 10. Lien Simonetti, 11. Annie van Hoof, 12. Francine van Dijk.
Rij B: 1. Jo van der Heijden, 2. Jo ter Ellen, 3. Mien van Vugt.
Rij C: 1. Ria van de Wijngaarden, 2. Stien van Dijk, 3. Nelly Verkuijlen, 4. Lena Meijer.
Ook slaagden de zusters Luca Koolen, Arnolda Ma. Latijnhouwers, Petronella Pijnappels en Chantal Dekkers.
De groep geslaagden van de kweekschool anno 1929.
Rij A: 1. An Wijsbek, 2. Jo Senders, 3. Lena Geboers.
Rij B: 1. Betsie Vereijken, 2. Marie Melis, 3. Annie Rolink, 4. Sientje Verdam.
Rij C: 1. Marie van Hoof, 2. Manie Nieuwboer 3. Leida Hoog Antink.
Rij D: 1. Riek ter Elst, 2. Pietje Houbraken, 3. Femie Kuipers, 4. Mien Kuiten, 5. Toos van Velthoven, 6. Nolda Renders.
Rij E: 1. Lieske Geurts, 2. Netje Rox, 3. Riek van den Hurk 4. Marjan Schonenberg.
In deze groep slaagden ook de zusters Hendrina de Jong, Brigida van Noorwegen, Remigia Verbiesen en Reinalda Jansen.
De groep geslaagden van de kweekschool anno 1930.
Rij A: 1. Toos van Moorsel, 2. Annie van Liempd, 3. Dina Kusters, 4. Mien Neervens, 5. Mien Vervoort, 6. Maria van Hoorn, 7. Anna van Happen.
Rij B: 1. Netje Bakers, 2. Marie Koopmans, 3. Martina Grijsbach.
Rij C: 1. Doca Scheepers, 2. Riek Rogmans, 3. Marietje van de Rijt, 4. Regine Kluitmans, 5. Annie Pessers, 6. Mien Schoonenberg.
Ook slaagden de zusters: Timothee Gervink, Elise van Berlo en Fredericia van de Borg.
Foto's genomen tussen 1931-1940[bewerken | brontekst bewerken]
Groep geslaagden van de kweekschool anno 1931.
Rij A: 1. Nelly Bouwens, 2. Ria van Sambeek, 3. Anny van Kraay, 4. Cisca van de Sande, 5. Betsie Kuypers, 6. Marietje Buenen, 7. Eimy Tausch, 8. Toos Widdershoven, 9. Jaantje Koning, 10. Dien Fisscher, 11. Mien Kwekkeboom, 12. Nelly Seijkens, 13. Anna Seijkens.
Rij B: 1. Anna Ligtvoet, 2. Riek Bogmans, 3. Mien Wouters, 4. Nelly Thijssen.
Ook slaagden de zusters: Adrianette Bosch, Felicita Nijhof, Wilmina van Roosmalen en Catharina Wagemans
Groep geslaagden van de kweekschool anno 1932.
Rij A: 1. Fien Jansen, 2. Martha Koning, 3. Jo van de Wiel, 4. Thea Martens, 5. Jo Wonders, 6. Greta Hackman, 7. Jo Clabbers, 8. Rie van Rijswijk, 9. Wies Nuijtens, 10. Bertha Alferink, 11. Martha van de Meerakker, 12. Truus Melis.
Rij B: 1. Dora van Kraij, 2. Riek Verheijen, 3. Jo Hol.
Rij C: 1. Anna Velner, 2. Barbara Lamers, 3. Dien Geurts, 4. Jo van Rijswijk.
Ook slaagden de zusters Gijsberdine van Gerwen, Josephine van Helvoort, Theodora van der Heijden, Hendrika Schevers en Wilhelmina Vereijken
Groep geslaagden van de kweekschool anno 1933.
Rij A: 1. Gerrie Niessen, 2. Jeanette van Vroonhoven, 3. Gonnie Steenbergen, 4. Mien van Dommelen, 5. Anna Pijnappels.
Rij B: 1. Fien Bosch, 2. Annie Laurentzen.
Rij C: 1. Mien Kleissen, 2. Anna Janssen, 3. Lies van den Akker, 4. Jo de Laat.
Ook slaagde zuster Hildegardis Bon.
Groep geslaagden van de kweekschool anno 1934.
Rij A: 1. Toos van Duren, 2. Grady Koedijk, 3. Jeanette van Vroonhoven, 4. Jo Belieën, 5. An van de Ligt.
Rij B: 1. Willy Lambooij, 2. Bets ter Ellen, 3. Koos Kramer, 4. Riek van de Laar.
Rij C: 1. Nel Knaapen, 2. Ada Schutte, 3. Martina van Heertum, 4. Angeline van Gisbergen, 5. Jeanette Kuijpers.
Ook slaagden de zusters Virginie van Doorn, Benedictina Lubbers, Geertrude Verbruggen en Petronilla Bardoel.
Kwekelingen uit 1936 voor het kweekschoolgebouw.
Rij A: 1. Mien van de Nieuwenhof, 2. Maria Verhagen, 3. Toos Saenen, 4. Til Houbraken, 5. Bertha van der Hagen, 6. Lucie van der Hagen, 7. Chris Bakermans, 8. Stanny van Lith 9. Marietje Peters, 10. Marietje Saenen, 11. Gerarda ten Haaf, 12. Marietje Scholten, 13. Petra Versantvoort.
Rij B: 1 zr. Francesca Tausch, 2. Tonnie Tausch 3. Erica Doreleijers, 4. Marietje Kanen, 5. Mien Wijtvliet, 6. Riet van der Steen, 7. Lies van Berkel, 8. Tonnie Onzenoort, 9. Marietje Blankers, 10. Jule van der Heijden 11. Truus Lagarde, 12. Mia der Kinderen, 13. zr. Anselma Tijhuis.
Rij C: 1. Betsie van Heck, 2. Anneke Munsters 3. Tonia van Zeeland, 4. Jet Lagarde, 5. Dora Poos, 6. Maria Albers, 7. Marian Croonen, 8. Tinie Greep, 9. Mia van Loon 10. Lucie Krol.
Rij D:1. Mien Korti, 2. Jaantje Bekkers, 3. Jaantje Verschuren, 4. Jo Huls, 5. Maria Peeters 6. Weem, 7. Paula Sterke, 8. Maria Blakers 9. Lina Lommen.
Groep geslaagden van de kweekschool anno 1935.
Rij A:1. Maria van der Heijden, 2. Christien Lammers, 3. Riek van den Akker, 4. Marietje Boeijen, 5. Nella van Kraij, 6. Mien Hartman, 7. Nelly van Dongen.
Rij B: 1.Mien der Kinderen (zr. Leona), 2. Netta Verschuren, 3. Marianne Sanders, 4. Anna Sijmons, 5. Nellie Schel, 6. Marietje Scholten (zr. Johanna Deo), 7. Jeanne de Vries, 8. Jet Paans, 9. Jo Heins.
Niet op de foto: zr. Wilbertha Bekkers, zr. Seraphique van Helvert, zr. Inviolata Pols
Kwekelingen ter gelegenheid van het eeuwfeest 1936.
1936, een groep kwekelingen bij het ter gelegenheid van het eeuwfeest door oud-leerlingen geschonken H.Hartbeeld.
1. Frida van de Wiel, 2. Nauda Weenink, 3. Tinie Martinez, 4. Gerda van Aarsen, 5. Jeanne Vereijken, 6. Toos van der Heijden, 7. Annie van der Steen.
Kweekschool, opvoering ter gelegenheid van het eeuwfeest 1936.
Opvoering ter gelegenheid van het eeuwfeest in 1936 van het toneelstuk ‘Omnis Terra’ geschreven in 1932 door Jacques Schreurs en gespeeld door leerlingen van de kweekschool en Mulo IV.
Groep geslaagden van de kweekschool anno 1936.
Rij A: 1. Lena van Opstal, 2. Lena Bouwman, 3. Anna van de Valk, 4. Sisca Pennings.
Rij B: 1. Marietje Boeijen, 2. Mien Wouters, 3. Maria Broeren, 4. Tonny van den Hurk.
Rij C: 1. Mimi Mollen, 2. Toos van Opstal, 3. Adri Gooden, 4. Maria van den Heuvel, 5. Anneke Swanenberg, 6. Jaantje van den Dungen.
Niet op de foto de zusters Angela Marie Boswerger, Antonie Hanenberg, Gaudiosa Tielemans, Johanna Vianneij van Uden, Genesia Vrooijink, Roberta Smulders.
Groep geslaagden van de kweekschool anno 1937.
Rij A: 1. Cilly Bolsius, 2. Toos Saenen.
Rij B: 1. Marietje Kanen, 2. Riet van de Steen, 3. Marietje Haenen.
Rij C: 1. Anneke van Munster, 2. Erica Doreleijers, 3. Mien van de Nieuwenhof, 4. Maria Verhagen, 5. Tilly Houbraken, 6. Mimi Verhoeven, 7. Bertha van der Hagen.
Niet op de foto de zusters Clasine Minkels, Heliodora Langenhuijzen, Gemma van Kasteren, Nicoline Verhulst.
Geslaagden van de kweekschool uit 1938.
1. Guus Voets, 2. Mien van den Nieuwenhof, 3. Paula Sterke, 4. Mia der Kinderen, 5. Marietje Scholten [zr. Angelina], 6. Mien Wijtvliet, 7. Jo Huls, 8. Bets van Heck, 9. Marietje Blankers, 10. Lucia van der Hagen, 11. Mien Korte 12. Tobie Scholten 13. Tonny van Onzenoort 14. Jule van der Heijden 15. Lies van Berkel 16. Truus Lagarde (zr. Josepha), 17. Chrisje Bakermans, 18. Stannie van Lith.
Bij deze groep hoorden ook de zusters Floribertha van Hal en Engeltrudis Wijtvliet.
Geslaagden van de kweekschool anno 1939.
Rij A: 1. Jaantje Dekkers, 2. Jet Lagarde (zr. Pauline), 3. Maria Albers (zr. Catharina Maria), 4.Jaantje Verschuren, 5. Lien Lomme, 6. Maria Peeters.
Rij B: 1 Lucie Krol, 2. Grada ten Haaf (zr. Helena Maria.
Rij C: 1 Dora Poos, 2. Riet Peters.
Niet op de foto: Tobie Scholten, zr.Francisca Xaveria van den Heuvel, Arnolda Maria Hendriksen, Leocritia Knipsels
Geslaagden van de kweekschool anno 1940.
Rij A: 1. Onbekend, 2. Onbekend, 3. Onbekend.
Rij B: 1. Onbekend, 2. Onbekend.
Geslaagden van de kweekschool anno 1940.
Rij A: 1. Onbekend, 2. Onbekend, 3. Onbekend.
Rij B: 1. Onbekend, 2. Onbekend, 3. Onbekend.
Geslaagden van de kweekschool anno 1940.
Rij A: 1. Wies Witbroek, 2. Diny Peeters, 3. Bert van Roij, 4. Nelly Beijers, 5. Mien Tibosch, 6. Carla Driessen.
Rij B: 1. Jet Geerkens, 2. Marianne Croonen 3. Maria Bakers.
Niet op de foto staan zr. Berlindis Kok en zr. Marie Oda Versantvoort
Foto's genomen tussen 1941-1950.[bewerken | brontekst bewerken]
1940-1941, klas..?, geboren ca 1922.
Leerlingen kweekschool, in de tuin van de zusters voor de sacramentskoepel met de St. Lambertusschool, Pompstraat, op de achtergrond.
Rij A: 1. Paula van Wetten, 2. Lie Erkelens, (Lieke, geboren 1922), 3. Anna Melis 4. Jo Charmant, 5. Nel Karremans, 6. Jaantje van Alebeek.
Rij B: 1. Dora Bardoel (geboren in Katwijk a/d Maas, 1920 - 1993), 2. Nel Maas, 3 Hennie Peters.
1942 , klas ? , geboren ca 1922.
Leerlingen kweekschool, in de tuin van de zusters bij de sacramentskoepel op het muurtje voor het ammunitiehuisje:
1. Onbekend, 2. Onbekend, 3. Onbekend, 4. Onbekend, 5. Onbekend, 6. Dora Wassenberg (geboren in Boekel (1923 - 1991), 7. Onbekend, 8. Onbekend, 9. Onbekend, 10, Onbekend, 11. Onbekend, 12. Onbekend.
Dora Wassenberg volgde in Schijndel de ULO en daarna op de kweekschool. Daar heeft ze haar onderwijsdiploma als basis onderwijzeres gehaald en is een paar jaar in Boekel werkzaam geweest. Daarna is zij als slotzuster bij de Carmelitessen in Boxmeer ingetreden. Zij is in Duisburg overleden. Haar zus Cato (in 2012 op 94 jarige leeftijd overleden) was daar ook in het klooster. Dora's broer Sjaak bracht Dora in de jaren 1940 van Boekel naar Schijndel met 2 fietsen, daarna fietste hij weer met 2 fietsen terug. Later in de week haalde hij haar zo weer op. Sjaak overleed 1 juli 2014 op 106 jarige leeftijd in Volkel in het verzorgingshuis.
De groep geslaagden van de kweekschool anno 1943.
Rij A: 1. Dora Huijbers, 2. Ton van de Velden, 3. Mien de Louwere, 4. Anna de Haas, 5. Nel Karremans (had geen examen gedaan).
Rij B: 1. Anny van Hees, 2. Anny Koekkoek, 3. Bertie Teurlinckx.
Rij C: 1. Rea Schafrath, 2 Truus Schutte, 3. Riel Wils, 4. Agnes van Gerwen, 5. Cor van Uden.
Niet op de foto zr. Maria Margaretha van den Hurk en zr. Henrita van Maasakkers.
De groep geslaagden van de kweekschool anno 1944.
Rij A: 1. Frida van de Wiel, 2. Dora Wassenberg, 3. Toos van der Heijden, 4. Nanda Weenink, 5. Annie Beijers, 6. Nelly Hermsen, 7. Dina Smits.
Rij B: 1. Nel Donkers, 2. Regine van den Dungen, 3. Nel Smits, 4. Agnes van Gerwen, 5. Ine Bouwman.
Niet op de foto zr. Cypriana van Dongen, zr. Ingnatia Hettema en zr. Cornelia van Woerkum.
1945. Kweekschool, toneelstuk bij het 50 jarig jubileum.
Elke leerling heeft het symbool van haar favoriete vak op haar jurk geborduurd.
Rij A: 1. Onbekend, 2. Antoinet Wouters (Rosmalen), 3. Coleta van de Borg (harp, muziekles), 4. Maria van Galen, 5. Nel Bouwmans (Helmond), 6. Riet Rogmans, 7. Onbekend, 8. Onbekend, 9. Will Schevers (figuren, meetkunde), 10. Truus Tusveld (Rijssen, Overijsel), 11. Nettie de Louwere, 12. Onbekend, 13. Onbekend.
Rij B: 1. Toos Segers.
1945. Geslaagden van de kweekschool uit 1945.
Rij A: 1. Diny Beijers 2. Truus Koopmans.
Rij B: 1. Annie de Kroon, 2. Rosa Brands, 3. Jeanne Wijn, 4. Mien Takken 5. rector van Haaren.
Rij C: 1. Maria van Beek, 2. Jo Watrin, 3. Denny Blankers, 4. Rikie van Doren 5. Anna Franken.
Rij D: 1. Mientje Bouten, 2. Maria Ellenbroek, 3. Annie Priems.
Op de foto missen we een aantal geslaagden nl.: Wil Peeters, Joop Wilbers en de zusters Ma. Francisca Tra, Ma. Ignatia Dolmans, Gemma Ma. de Reijer, Ma. Lidwine Oude Vrielink
1946. Alle leerlingen kweekschool.
Rij A: 1. Coleta van de Borg, 2. zuster Veronique, 3. Jacqueline van Erp, 4. Riet Roymans 5. zuster Henrice Marie, 6. Will Schevers, 7. Truus Tusveld, 8. zuster Marcelline, 9. Nel Bouwmans, 10. Antoinette Wouters, 11. Onbekend, 12. Onbekend.
Rij B: 1. Onbekend, 2. Onbekend, 3. Onbekend, 4. M. Broeren, 5. Riek van de Gevel, 6. Anny Blankers, 7. Onbekend, 8. Onbekend, 9. Maria Tijhuis, 10. Onbekend, 11. Onbekend.
Rij C: 1. Onbekend, 2. Nel van Amersfoort (geboren 10-6-1930), 3. Riet Hassels Mönning, 4. M. Broeren, 5. Onbekend, 6 Tilly van de Laar, 7. Onbekend, 8. Jo de Werd, 9. Onbekend, 10. Onbekend, 11. Onbekend, 12. Onbekend, 13. Onbekend.
Rij D: 1. Onbekend, 2. Onbekend, 3. Onbekend, 4. Onbekend, 5. Riek van de Gevel, 6. Anny Blankers, 7. Onbekend, 8. Tijsen.
Rij E: 1. Onbekend, 2. Onbekend, 3. Onbekend, 4. Onbekend, 5. Onbekend, 6. Dora Wassenberg (geboren in Boekel (1923 - 1991), 7. Onbekend, 8. Onbekend, 9. Onbekend, 10, Onbekend, 11. Onbekend, 12. Onbekend.
Rij F: 1. Onbekend, 2. To Hoens, 3 Onbekend, 4. Ans van de Laar, 5. Onbekend, 6. Dora Wassenberg (geboren in Boekel (1923 - 1991), 7. Onbekend, 8. Onbekend, 9. Onbekend, 10, Onbekend, 11. Onbekend.
Kweekschool,Opvoering van het stuk ‘Laudate’ 1946.
Opvoering van het stuk ‘Laudate’ ter gelegenheid van het gouden jubileum van de Mariakweekschool in 1946.
Rij A: 1. Onbekend, 2. Onbekend, 3. Onbekend, 4. Onbekend, 5. Onbekend, 6. Onbekend.
Rij B: 1. Onbekend, 2. Onbekend, 3. Onbekend, 4. Onbekend, 5. Onbekend, 6. Onbekend.
Rij C: 1. Onbekend, 2. Onbekend, 3. Onbekend.
Groep geslaagden van de kweekschool uit 1946.
Rij A: 1. Jacqueline van Erp, 2. Net Bouwmans, 3. Willie Schevers, 4. Antoinette Wouters.
Rij B: 1. Coleta van den Borg, 2. Riet Rogmans, 3. Truus Tusveld.
Op de foto ontbreken de zusters Veronique van Woerkum, Henrice Marie van de Zanden en Marcelline ?
De groep geslaagden van de kweekschool anno 1947.
Rij A: 1. Bep Thijssen, 2. Annie van Zummeren, 3. Annie Blankers, 4. Mia Wilms, 5. Cis Bökkering, 6. Toos Segers, 7. Rien Knapen.
Rij B: 1. To Hoens, 2. Jo de Werd, 3. Riek van de Gevel, 4. Til van de Laar, 5. Ans van Rooij.
Niet op de foto zr. Ancille Hendriks, zr. Sophie Holleman en zr. Felicité Renders.
De groep geslaagden van de kweekschool anno 1948.
Rij A: 1. Annie van de Wiel, 2. Johanna Meijers, 3. Dora van Amersfoort, 4. Tonnie Rooijakkers, 5. Thea van Onzenoort, 6. Netty Wijnen, 7. Bets Verbakel.
Rij B: 1. Ria Geerts, 2. Marieke Emonts, 3. Cisca Brants, 4. Ria Rooijakkers, 5. Toos van de Velden, 6. Jo Handriks, 7. Zeen Horens.
Rij C: 1. Gerda Vaalt, 2. Wilhelmien Hellemans, 3. Jeanne van den Berk.
Niet op de foto zr. Maria Agatha Hendriks, zr. Rodriquez Hendriks, zr. Leocadia Pennings en zr. Ferdinanda Coolen.
Geslaagden van de kweekschool uit 1949.
Rij A: 1. Agnes Bankers, 2. Annie Scholten, 3. Guus Hamelynck, 4. Francine Janssen, 5. Nel van Amersfoort.
Rij B: 1. Thea van Onzenoort, 2. Netty van der Vloet, 3. Miek Broeren, 4. Ria Morselt, 5. Nettie de Louwere, 6. Jo Poorthuis.
Rij C: 1. Miep Jansen, 2. Riet Hassels, 3. Dymph Sprangers, 4. Miep Dongelmans, 5. Corrie Broeders, 6. Ine Hillige, 7. Trees Couwenberg, 8. Johanna Meijers.
In de groep slaagden ook de zusters Clementine Kommeren en Herlinda Wever.
De groep geslaagden van de kweekschool anno 1950.
Rij A: 1. Corrie van de Leemputten, 2. Els Cornelissen, 3. Marietje van Zummeren, 4. Antoinette Dongelmans, 5. Rie Buschers.
Rij B: 1. Mia Maessen, 2. Jo de Leeuw, 3. Huba Beckers, 4. Jo Poorthuis, 5. Bep de Rooij, 6. Tilly Huijbers, 7. Marietje Velner 8. Maria van Gaal.
Niet op de foto zr. Sylvia Jacobs.
Foto's genomen tussen 1951-1960.[bewerken | brontekst bewerken]
Geslaagden zuster Otilia de Castro, 1951.
Rij A: 1. Tree Cornelissen, 2. Ria Lagarde, 3. Ria Broeders, 4. Nel Gielen, 5. Annie van den Donk, 6. Anselma Tijhuis, 7. Dora Vereijken, 8. Mien Cornelissen, 9. Diny van Grimsbergen.
Rij B: 1. Riek Tibosch, 2. Dien Verhagen, 3. Dien Bongers, 4. Loon de Rooij, 5. Truus Peters, 6. Riek van Zummeren.
Niet op de foto zr. Otilia de Castro.
Geslaagden 1952.
Rij A: 1. Annie van Beek, 2. Dedie van Amersfoort (geboren 3 maart 1932, Den Helder), 3. Maria van Hammecher, 4. Joke van Amersfoort (geboren 3 maart 1932), 5. Annie van de Boom, 6. Annie Wilmink, 7. Jacqueline Krekelberg, 8 Riky Lanen, 9. Maria van de Laar, 10. Maria Clabbers.
Rij B: 1. Ria Smits, 2. Riky van Beek, 3. Jo van de Pol, 4. Joke Cornelissen, 5. Betsie de Beer, 6. Henriette van de Loo, 7. Marietje Rooijakkers, 8. Cisca Cornelissen, 9. Riet van Water, 10. Dora Tijhuis.
Niet op de foto zr. Cajetana van der Lee, zr. Marie Magdalena Sinnige en zr. Marie Rosan Warffemius.
Geslaagden 1953.
Rij A: 1. Annie Gieben, 2. Ardine Steenbakkers, 3. Annie de Lange, 4. L. Wolthuis, 5. Jos van der Schoor, 6. Door van de Braken, 7. Nel Baltessen, 8. Jo van Lith, 9. Nel Langerwerf.
Rij B: 1. Bets van den Oetelaar, 2. Dymph van den Oetelaar.
Rij C: 1. Greet Welten, 2. Toos Evers, 3. Ria van Hal.
Niet op foto zr. Lucie van Mook, zr. Agnesia Megens, zr. Sylveria Maas en zr. Lambertine van Druemel.
Geslaagden 1954.
Rij A: 1. Fluria Wagner, 2. Jo Jansen, 3. Tonnie Hulsebos, 4. Emmie Arts, 5. Maria Fransen, 6. Sjaan Schepens, 7. Annie Ligtenberg, 8. Lenie van Mook, 9. Trees van Rooij, 10. Willy Wegter, 11. Chrisje Martens, 12. Neli Henst, 13. Annie Lucassen, 14. Antje Hol, 15. Ria Benneker, 16. Dinny Zegger, 17. Diny Nieuwkamp.
Rij B: 1. Willie Glaudemans, 2. Jo van Dongen, 3. M. van de Broek, 4. rector Jos van der Schoor, 5. Mimi Witteveen, 6. Maria van Amelsfoort, 7. Mieke ter Denge, 8. Diny van Keulen.
Niet op foto zr. M. Gemma Beunders, zr. Clotilda Kommeren, zr. Theofrida Kolkman en zr. Everdinie van de Pol.
Geslaagden 1955.
Rij A: 1. Christine Tijhuis, 2. Maria Nooijen, 3. Marietje van de Weijer, 4. Truus Heijmans, 5. Ria van de Ven, 6. Jo van Hoof.
Rij B: 1. zuster Agnes Koekoek, 2. zuster van de Weegh, 3. Lucie Jansen, 4. zuster Marie Servatia Geijsen, 5. Annie Vogels, 6. Nelly Meijs, 7. Jo Lieden Baum, 8. Riek Rovers, 9. zuster Angelina Scholten, 10. zuster Maria Margaretha van den Hurk, 11. Alice Wertenbroek, 12. Dien Raaijmakers.
Rij C: 1. Ria Hulshof, 2. Tonnie Hulsebos, 3. D. van Keulen, 4. zuster Maria Odilia Willems, 5. rector Jos van der Schoor, 6. zuster Constantina Gebbink, 7. Jo Clabbers, 8. Gonnie Wijnen, 9. Agnes Hamelynck.
Geslaagden 1956.
Rij A: 1. Annie van Osch, 2. Hennie van Erp, 3. Jo van Hoof, 4. Truus Peters, 5. Jeanne Peeters, 6. Tinie Huibers, 7. Jo van Drunen, 8. Diny Oerlemans, 9. Nellie Broeders, 10. Celine Broeders, 11. M. Schabbink, 12. Annette Colen, 13. zuster Johanna Maria Priems, 14. Fien Rakels, 15. Fiet Gielen.
Rij B: 1. A. Peters, 2. Tinie Rooijakkers, 3. Wies Lange, 4. zuster Hubertine Aarts, 5. Mia Wagemans.
Geslaagden 1957.
Rij A: 1. Maudy Thijssen, 2. Bets Donkers, 3. zuster Simona van de Weegh, 4. zuster Agnes Koekoek, 5. Dina van Donk of Dongen? 6. Lenie Loeffen, 7. Toos van Kemenade, 8. Ans Nijhof, 9. Gerda van Dommelen, 10. Marie Louise Gloudemans, 11. Elba Marcelina, 12. Mariet Fisher, 13. Bea Broeren, 14. Truus Lange, 15. zuster Angelia Scholten, 16. Diny van Kleef, 17. zuster Marie Angelia van Uitert, 18. Anny Teunissen.
Rij B: 1. Trees Bastein, 2. zuster Marie Servatia Geysen, 3. zuster Marie Odilia Willems, 4. rector Jos van de Schoor, 5. zuster Constantina Gearding, 6. zuster Marie Margaretha van de Hurk, 7. Anny Nabuurs.
Rij C: 1 Ans Bastein, 2. Maria Thijssen, 3. Annie Beks, 4. Truus van Noye, 5. Ria van der Linden, 6. Dien Sanders.
Een groepsfoto van de kweekschool na de laatste les in juli 1960.
Rij A: 1. zr. Laura, 2. Jeanne Vogels, 3. Marijke Vermulst 4. zr. Hermine.
Rij B: 1. Ria Plegt, 2. Truus Verreijken, 3. Nelly Willems, 4. Maria Schel, 5. Anneke van de Voort, 6. Jeanne van de Sande, 7. zr. Gijsbertha.
Rij C: 1. Agnes van de Wiel, 2. Toos Verdijk, 3. Betty van Tilburg, 4. Lydie Weerninck, 5. dhr. Gremmen, 6. Ria Scholten, 7. Gonnie Mulders, 8. Annie Smits 9. Germien Manders.
Foto's genomen tussen 1961-1970.[bewerken | brontekst bewerken]
1962 examenklas, geboren ca 1940.
Rij A: 1. Zr. Huberta, 2. Ton van Tilborg, 3. Zr. Simona, 4. Coby Verhoeven, 5. Nel van Dinther, 6. Zr. Ma Servatia, 7. Zr. Agnes, 8. Thea van den Berg, 9. Annemarie Gruijthuizen, 10. Ria van Doremalen, 11. Zr. Angeline, 12. Ine Raaijmakers, 13. Wil van den Oever, 14. Zr Ma. Margaretha, 15. Dhr. Puijenbroek, 16. Marietje Ondersteijn, 17. Rector. Jos van der Schoor, 18. Zr. Angelina.
Rij B: 1. Diny van Leuken, 2. Dhr. den Ouden, 3. Annemarie Deelen, 4. Mieke Raaymakers, 5. Ria van Gorp, 6. Zr. Ma. Odilia, 7. Bets Huijbers, 8. Corry van de Meijden, 9. Dhr. Strijbosch, 10. Lucie Sauvé, 11. Marietje Peters.
Rij C: 1. Truus Hoeck, 2. Dhr. Cor Degreef, 3. Christien van den Berk, 4. Teresa van Tilborg.
1964, examenklas 4B.
Rij A: 1. Betsie van de Steeg, 2. Agnes Sanders, 3. Dianne Profeet, 4. Lidy Weernink, 5. Will Verhoeven, 6. Jose van Veijfeijken, 7. dhr. van Riel, 8. Agnes van de Wiel.
Rij B: 1. Ine Thijssen, 2. Mien Streppel, 3. Ellie van Mierlo, 4. Ankie van de Voort, 5. Wies Schmeink, 6. Ine van Mierlo, 7. Bertie Scheepers, 8. Marijke van de Water, 9. Lidy Raaymakers.
1964, geslaagden en leerkrachten Kweekschool.
Rij A: 1. Bertie Scheepers 2. Mien Streppel 3. Zr. M. Margaretha, 5. Jose van Veijfeijken, 9. dhr. Harrie Vissers, 10. Onbekend.
Rij B: 1. Ellie van Mierlo, 2. Lidy Weernink, 3. Diana Profeet?, 4. Onbekend, 5. Onbekend, 6. Marijke van de Water, 7. Onbekend, 8. Zr. Simona, 9. Onbekend, 11. dhr. G.Th. Cornelis (docent wiskunde, overleden in 2005).
Rij C: 1. Onbekend, 2. Onbekend, 3. Onbekend, 4. Betsie van de Steeg, 5. Zr. Huberta, 6. Rector Jos van de Schoor.
Rij D: 1. Zr. Odilia, 2. Onbekend, 3. Wies Schmeink, 4. Ine Thijssen, 5. Thea Donkers, 6. Ine van Mierlo, 7. Zr. Angeline, 8. Agnes Sanders, 9. Zr. Servatia, 10. Onbekend.
Rij E: 1. Mia Brands, 2. Agnes van de Wiel, 3. Onbekend, 4. Will Verhoeven, 5. Lidy Raaymakers, 6. dhr. van Riel.
1965, examenklas.
Rij A: 1. Zr. Magdalena van Duren, 2. Dinie de Bok, 3. Zr. Margareta van den Hurk (docente fysica en biologie), 4. Maria Gerrits, 5. Marlys ter Elst, 6. Dhr. Cor Degreef junior (docent handvaardigheid), 7. Zr. Agnes Koekoek (docente aardrijkskunde), 8. Dhr. Cornelis (docent rekenen en wiskunde), 9. Annie Elizen, 10. Babs van de Pol, 11. Dhr. Harrie Vissers (docent lichamelijke opvoeding), 12. Marian Verspaget, 13. Els Jeuken, 14. Zr. Simona van de Weegh (directrice internen en docente nuttige handwerken), 15. Thea Rooijendijk, 16. Milda Olde Engberink.
Rij B: 1. Jos Kenkhuis, 2. Truus Rooyakkers, 3. Jeannette Voet, 4. Jeanette Toonen, 5. Zr. Huberta (docente pedagogiek), 6. Irene Corssmit, 7. Dhr. van Riel (docent tekenen en kunstgeschiedenis?), 8. Yvonne Ploegmakers, 9. Maria Kusters, 10. Rose Marie Coolen, 11. Agnes Jans, 12. Zr. Angelina Scholten (docente pedagogiek), 13. Jos Zegveld.
Rij C: 1. Zr. Marie Servatia (docente Nederlands), 2. Wilma Manders, 3. Truus Selten, 4. Riet Oerlemans, 5. Marian Oude Groen, 6. Zr. Marie Odilia Willems (directrice en docente geschiedenis), 7. Dhr. Cor Degreef senior (docent muziek en dirigent Canto Vivo), 8. Gerry van Gorp, 9. Thea van Hoenselaar, 10. Dhr. Zeegers (docent tekenen en kunstgeschiedenis?).
Rij D; 1. Tonny Bennehey, 2. Annemie van de Rijt, 3. Ria Workel, 4. Maria van Hal, 5. Mena Henriquez, 6. Mady van Beers, 7. Ellie van Hulst, 8. Elly van Dijk, 9. Marga van Diepen.
1967, eindexamenklas na behalen van de akte.
Rij A: 1. Annelies van der Heijden, 2. Nell Hendriks, 3. Marianne Kenkhuis, 4. Anny Toonen, 5. Jetty Toelen, 6. Tiny Jansen, 7. Mia van de Zande.
Rij B: 1. Siny Hek, 2. Antoinette van Boxtel, 3. Zr Mathilde, 4. Henriëtte Zegveld.
De klas was niet zo groot, dus alle namen onthouden is niet zo'n punt.
Leuke bijkomstigheid; juist omdat de groep zo klein was, was het een heel hechte groep.
In 2007 hebben zij 40 jarig "weg van de kweek" gevierd. Elk jaar komen zij een dag of een middag bij elkaar en de meesten zijn dan van de partij! Op een na, Mia van de Zande (Schijndelse) is al heel wat jaren geleden overleden. Antoinette van Boxtel is ook een Schijndelse, woonde destijds aan de Hoofdstraat. Bij Willem en Anneke van Boxtel hebben we wat koffie geleut! Elke week na de praktijkmiddag was het daar de zoete inval. Gezellig aan de koffie en met de zakken vol heerlijk vers fruit weer op het internaat aan. Zulke dingen blijven je bij. Die goeie oude tijd....
Foto's genomen tussen 1981-1985.[bewerken | brontekst bewerken]
1985, de laatste examenklas die in Schijndel afstudeerde.
Lagere klassen gingen hun studie op de PABO (nieuwe naam per 1 augustus 1985) in Den Bosch afmaken.
Rij A: 1. Harrie Vissers (docent), 2. Nol van Hulten (docent).
Rij B: 1. Jerôme Bremmers, 2. Arie Goyaarts, 3. Marthe van Dijk, 4. Jenny van der Hagen, 5. Lambèr Gevers, 6. Marleen van der Heyden.
Rij C: 1. Anita van de Wetering, 2. Jacqueline Groenendaal, 3. José van Eijndhoven, 4. Yonda van Zoggel, 5. Sabine van Heertum, 6. Silvo Steenkamer.
Roj D: 1. Myriam den Otter, 2. Inca Dekkers, 3. Joleen Verdonk, 4. Wilma van den Brand, 5. William Bressers.
Overige afbeeldingen.[bewerken | brontekst bewerken]
Veranda bij de speelplaats van de kweekschool. Voor meer details klik hier.
Leerlingen van de Kweekschool (?). Voor meer details klik hier.
Kwekelingen bij de schipschommel op de speelplaats. Op de achtergrond de boerderij die in 1924 plaats maakte voor de nieuwbouw van de kweekschool. Voor meer details klik hier.
Processie op de speelplaats kweekschool. Voor meer details klik hier.
De kapel van de kwekelingen van vóór 1949. Voor meer details klik hier.
4e Cursus op de Rooms Katholieke Kweekschool. Voor meer details klik hier.
1e Cursus van de Rooms Katholieke Kweekschool. Voor meer details klik hier.
Eetzaal van de Kweekschool. Voor meer details klik hier.
De Lourdesgrot in de kloostertuin van de Zusters van Liefde. Voor meer details klik hier.
Kwekelingen bij de Lourdesgrot in de tuin van de Zusters van Liefde. Voor meer details klik hier.
De voorgevel van de kweekschool foto uit 1925. Voor meer details klik hier.
Sint Jozefklooster en de kweekschool. De nieuwe kweekschool is in aanbouw. Voor meer details klik hier.
Gebouwencomplex muloschool en achterzijde van de kweekschool met hun internaten gezien vanuit de kloostertuin. Voor meer details klik hier.
Studiezaal/ recreatiezaal van de Kweekschool. Voor meer details klik hier.
Studiezaal/ recreatiezaal van de Kweekschool. Voor meer details klik hier.
Recreatiezaal van de Kweekschool. Voor meer details klik hier.
Eetzaal van de kweekschool. Voor meer details klik hier.
Recreatiezaal van de kweekschool. Voor meer details klik hier.
Kwekelingen bij de Lourdesgrot in de tuin van het klooster. Voor meer details klik hier.
Kloostertuin met kiosk met zicht op de kweekschool. Voor meer details klik hier.
Video[bewerken | brontekst bewerken]
Video Kweekschool 1967
Bronnen, noten en/of referenties |