Welkom op Schijndelwiki - de encyclopedie voor Schijndel

U kunt ons steunen door lid van de Heemkundekring Schijndel te worden.

Klik HIER om lid te worden

Iedere dinsdagochtend zijn wij tussen 10 en 12 uur in de heemkamer: Cultureel Centrum 't Spectrum, Steeg 9 g, Schijndel.

De Naamloze Vennootschap

Uit Schijndelwiki
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Schooiers-vers De Naamloze Vennootschap[1]

Zij vormden samen de "N.V.".
Geen open, maar gesloten;
Behoefden daarom met hun koers
Niet steeds te koop te lopen;
De éne was "de Directeur",
De ander "Commissaris";
Bij elk financieel verslag
Dacht d'ander "als-'t-maar-waar-is"?


Zij hadden wel geen groot fabriek
En evenmin kantoren;
Bezaten ook geen "mooie slee":
Behoefden nooit te sporen.
Des morgens keken ze naar 't weer,
Of 't vriezen zou of dooien;
Ze vingen dan hun dagtaak aan
En die bestond uit schooien.


Zo liepen zij dag in dag uit,
Als in een dichte nevel;
Hun lunch en hun diner bestond
Uit-klaar-en-louter-snevel;
De tenen staken uit hun schoen,
Hun kleren waren lorren;
Maar fatalistisch namen zij
Hun noodlot, zonder morren.


ln Schijndel, ja u kent het wel,
Daar zijn “t royale mensen;
Ze zijn daar vriendelijk van aard,
Zelfs ook voor schooiersmensen;
Daar zouden zij dan op die dag
De-klinken-eens-gaan-lichten,
Een werkprogramma zou dus hier
Hun beider taak verlichten.


Ze zouden met de linkerkant
De Vossenberg beginnen;
Dan over De Elschot en De Kluis,
Daar was nog iets te winnen.
Ze wilden nog, zeer ijverig
De Kerkstraat collecteren;
Toen zagen zij agent van Osch
Die liep te surveilleren.


Van Osch, hij kende de N.V.,
Hij kende dat soort zaakjes.
De directeur zei tot zijn maat:
Zeg-houd-oe-eigen-sjaakjes:
Ze liepen vlug de Pompstraat in
Net of ze meesters waren;
En kochten toen bij Bertha Vink
Kwansuis een paar sigaren.


Ze stapten op Hermalen aan
Daar had, (u kunt dit weten),
Bertje van Vleuten, in die tijd
'n Duvels goei caféke;
Een héét verlangen bij die twee
Deed hun, de pas versnellen;
Maar eerst gingen zij langs de weg
Hun centen zitten tellen.


Dat waren in hun schooiersvak
De heerlijkste momenten;
Vandaag bedroeg de oogst precies
Drie-honderd-en-VlER-centen;
Ze redeneerden lang en breed,
Hoe nu dat geld besteden?
Maar kwamen niet tot een accoord,
Welk voorstel of ze deden.


Toen sprak “de directeur” beslist:
(en trok eens aan zijn knevel)
We-kopen-veur-VlER-CENTEN-brood
En-veur drie-gulde-snevel.
De ànder vloog toen overeind
Hij riep; wel sakkergimme
Wa moete wij toch met twee man
Mè àl dà brood beginnen!
Bronnen, noten en/of referenties
  1. Heemkundeblad tweede jaargang nummer 2 bladzijden 6 tot en met 8