Welkom op Schijndelwiki - de encyclopedie voor Schijndel

U kunt ons steunen door lid van de Heemkundekring Schijndel te worden.

Klik HIER om lid te worden

Iedere dinsdagochtend zijn wij tussen 10 en 12 uur in de heemkamer: Cultureel Centrum 't Spectrum, Steeg 9 g, Schijndel.

Johannes van der Eerden (1912 - 1940)

Uit Schijndelwiki
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
J. van der Eerden
Persoonsinformatie
Volledige naam Johannes van der Eerden
Roepnaam Jan
Geboorteplaats Schijndel
Geboortedatum 14 februari 1912
Overl.plaats Kessel
Overl.datum 10 mei 1940
Beroep(en) militair

Het verhaal achter Brabantse gesneuvelden: Johannes van der Eerden.

Johannes (Jan) van der Eerden.

Johannes (Jan) van der Eerden is geboren op 14 februari 1912 als eerste kind van klompenmakers-knecht Jan van der Eerden en Wilhelmina Langenhuizen die het huishouden bestierde. Hij groeide op aan de Heikant. Moeder zorgde voor het steeds groter wordende gezin. Op de foto hieronder zien we van links naar rechts Jan van der Eerden, vader Johan van der Eerden (geboren 1879) met voor hem zijn jongste zoon Jos (1922), zus Maria (1913) met de kleine Willie (1921), moeder Wilhelmina Langenhuizen (1885), Agnes (1916) en Adriana (1915), die Jaan genoemd werd. Een eenvoudig boerengezin, zoals er zoveel waren in het Schijndel van die tijd.

Jan vervulde zijn dienstplicht. In die tijd moesten er jaarlijks 19.500 personen in dienst. Het lot bepaalde wie dat waren. De dienstplichtigen kregen een infanterie opleiding en hadden een diensttijd van 5,5 maand. Na zijn dienstplicht ging Jan weer aan de slag als landbouwer. Waarschijnlijk heeft hij niet verwacht dat deze dienstplicht nog een vervolg zou krijgen. Maar dat kreeg het wel.

Mobilisatie

Op 28 augustus 1939, enkele dagen voordat Hitler Polen zal binnenvallen, werd er tot een algemene mobilisatie besloten. Dit werd afgekondigd in de landelijke pers, over de radio en door middel van aanplakbiljetten. De lichtingen van 1924-1938 van land- en zeemacht werden opgeroepen. Op de eerste mobilisatie-dag 29 augustus moesten bijna 180.000 mannen naar hun mobilisatiebestemming reizen. Twee dagen lang was er per NS geen personenvervoer meer mogelijk, al het materiaal (500 treinen) werd ingezet om hen op hun mobilisatiebestemming te krijgen, verder waren er ook nog 60 goederentreinen nodig om gevorderde paarden (30.000) te vervoeren. Ook de vordering van vrachtwagens (12.000) en personenauto’s (1.200) werd in gang gezet. Eenmaal aangekomen op hun mobilisatie bestemming werden de mannen medisch gekeurd en opnieuw uitgerust en voorzien van kleding en wapen. Op 30 augustus kon de legerleiding constateren dat de mobilisatie goed verlopen was. Daarna vertrokken de mannen naar hun oorlogsbestemming “ergens in Nederland“. Op 3 september 1939 was iedereen ter plaatse.

Jan werd ingedeeld bij het 41ste regiment infanterie-eenheid 3-III-41 R.I. Deze eenheid behoorde tot het zogenaamde Vak Asten van de Peeldivisie en moest Buggenum-Kessel verdedigen. Een belangrijke locatie van de Maaslinie.
De Maaslinie volgde ongeveer de loop van de Maas. Op regelmatige plaatsen had men versterkingen aangebracht. Speciale rivierkazematten verdedigden de bruggen. Deze bunkers konden een mitrailleur of een pantserafweergeschut bevatten. Tussen de bruggen was een linie aangebracht van prikkeldraadversperringen met daarachter op strategische plaatsen kazematten (van het zogenaamde type stekelvarken) en veldversterkingen, zoals loopgraven. De stekelvarken-kazematten waren van gewapend beton en voorzien van een lichte gevechtsopstelling met drie schietgaten. Deze grote schietgaten vormden een zeer kwetsbaar punt. Ze werden beschermd tegen aanvallend vuur door staal van 2 cm dik. Zware projectielen doorboorden dit staal echter eenvoudig. De linie had geen artillerie of luchtafweer ter beschikking en was spaarzaam voorzien van licht geschut. De Maaslinie had een vertragende taak. Het was de bedoeling de tegenstander zolang mogelijk tegen te houden, zodat de verdediging van de Peel-Raamstelling (die op zo’n 10 tot 20 km van de Maas lag) in actie kon komen.

Duitse inval

Op 10 mei 1940 om 3.55 uur begon de Duitse aanval op Nederland, België en Luxemburg: “Fall Gelb”. De start van hevige gevechten door het hele land.

Jan van der Eerden viel onder het bevel van sergeant P. van der Heijden die kazemat S-56, S-57 en S-58 onder zich had. Deze kazematten lagen in een bocht van de Maas, iets onder Kesseleik.

Verslag sergeant P. v.d. Heijden

Van der Heijden getuigt in zijn verslag van de gevechten op 10 mei: “De sectie werd door mij persoonlijk op 9 mei om 22.00 uur van de alarmkwartieren naar de stelling gebracht en is daar tot 10 mei 12.30 uur gebleven. Om 4.30 uur gaf ik bevel een korte vuurstoot te lossen. De mitrailleurs waren voordien nog niet gebruikt. Geen der drie werkten. Het gebrek werd snel gevonden (verkeerde gat voor of veerspanning niet goed). Nadien goed gefunctioneerd. De vijand verscheen om 6.00 uur tegenover de sectie. Er verscheen een motor met zijspan. Door een schutter werd kazemat 57 vernietigd door enkele korte vuurstoten. Den geheelen compagnie kreeg van 6-10 uur artillerievuur. Op welke tijdstippen precies den granaten in en achter mijn sectie neerkwamen is mij niet bekend. Vanaf 10 uur mitrailleurvuur en geweervuur recht voor ons. Om ongeveer 10.30 uur poogt de vijand per rubberboot kleine afdeelingen over te zetten, dat werd door mitrailleur- en geweervuur verhinderd. Omstreeks 12.30 uur waren groepscommandanten van mening dat er teruggetrokken moest worden. Ik deelde deze meening niet.”

Er waren geen werkende telefoonverbindingen en daarom was het onmogelijk een goed beeld van de strijd te krijgen. Uit het rapport van Van der Heijden blijkt dat hij alles in het werkt stelt om contact te krijgen met andere secties en hoger geplaatsten maar dat dit mislukt. Hij geeft dan het bevel te verzamelen en terug te trekken. Vrijwel direct wordt de sectie gevangen genomen. Op diverse plaatsen waren de Duitsers erin geslaagd de Maas over te steken, ze kwamen dus inmiddels van alle kanten.

Jan van der Eerden is op 10 mei 1940 vroeg in de ochtend gesneuveld bij de verdediging van kazemat S-56. Hij werd 28 jaar.

Gesneuvelde Nederlandse soldaten in mei 1940

In totaal zijn 4 mensen van het 41ste regiment infanterie-eenheid 3-III-41 R.I die dag overleden. Ruim 2.300 personen aan Nederlandse zijde verloren hun leven als gevolg van de gevechten van de Meidagen van 1940.

Graf

Na begraven te zijn geweest in Kessel, werd Jan van der Eerden herbegraven in Schijndel. Hij kreeg een graf op het kerkhof van de Sint Servatiusparochie centrum aan de Rietbeemdweg, waar hij nog steeds ligt. Inmiddels is het graf voorzien van een nieuwe steen.

Tijdens de bevrijdingsfeesten die in 1945 gevierd werden, werd hij samen met de andere oorlogsslachtoffers van mei 1940 herdacht. En ook op het monument aan de Molendijk staat zijn naam vermeld. Zodat zijn naam, Jan van der Eerden, in ons geheugen blijft.