U kunt ons steunen door lid van de Heemkundekring Schijndel te worden. Iedere dinsdagochtend zijn wij tussen 10 en 12 uur in de heemkamer: Cultureel Centrum 't Spectrum, Steeg 9 g, Schijndel. |
Ik ben toch maar een klein verlaten kind: verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
|||
Regel 2: | Regel 2: | ||
Het verschijnen van de artikelenreeks over het [[ | Het verschijnen van de artikelenreeks over het Schijndelse [[weeshuis]] in dit "Heemkundeblad" was voor mij aanleiding om eens in mijn eigen liedarchief op zoek te gaan naar liederen over weeskinderen, de zogenaamde, weesliederen. Rond de eeuwwisseling zijn enorm veel van deze liederen gemaakt, nog tot in de veertiger jaren toe. Vooral marktzangers verspreidden ze op markten en straten. Langs de deuren werden ze natuurlijk ook verkocht. Het spreekt vanzelf dat ze graag gezongen werden, ze hadden een beetje een smartlap-sfeer vanwege het wat overdreven kinderleed wat er uit sprak. En de teksten moesten vaak gezongen worden op de wijs van een in die dagen populair lied, bijvoorbeeld: "zachtjes klinkt het avondklokje". Het lied wat nu volgt (ik geef alleen de tekst) heb ik opgetekend in 1984 in Schijndel. Het werd gezongen door mevr. [[Blummel-Schellekens]] en haar zus [[Mina Schellekens]], allebei inmiddels al overleden! Ik heb leuke herinneringen aan deze opname. Mevrouw Blummel zong dit soort liederen met zo'n overgave dat ze midden in een lied ineens stopte en begon te huilen. Zo aangedaan was ze door de inhoud ervan. Het rijmschema in couplet 1 klopt nog aardig. Dan wordt het een rommeltje. Wie weet kom ik nog eens achter de "originele" versie, of kent u dit lied ook? <br> | ||
''Tekst liedje''<br> | |||
::Ik ben een wees van dertien jaren <br> | |||
::ik ben verlaten en veracht<br> | |||
Ik ben een wees van dertien jaren <br> | ::niets kan mij nog vreugde baren<br> | ||
ik ben verlaten en veracht<br> | ::mij is het leven som'bre nacht<br> | ||
niets kan mij nog vreugde baren<br> | ::gene vader die mij kan beschermen <br> | ||
mij is het leven som'bre nacht<br> | ::geen moederhart dat mij bemint <br> | ||
gene vader die mij kan beschermen <br> | ::bij wie zou ik erbanning wekken <br> | ||
geen moederhart dat mij bemint <br> | ::ik ben toch maar een klein verlaten kind<br> | ||
bij wie zou ik erbanning wekken <br> | <br> | ||
ik ben toch maar een klein verlaten kind<br> | ::Een droeve dag vol leed en rampen <br> | ||
::een dag van strijd en oorlog kwam de vijand won <br> | |||
Een droeve dag vol leed en rampen <br> | ::aan moedig kampen bezweek helaas mijne ouderstam<br> | ||
een dag van strijd en oorlog kwam de vijand won <br> | ::daar zag ik al mijn dierbre snikken <br> | ||
aan moedig kampen bezweek helaas mijne ouderstam<br> | ::het lichaam zwak en het vlees is zwak <br> | ||
daar zag ik al mijn dierbre snikken <br> | ::waarom moest ik toch blijven leven <br> | ||
het lichaam zwak en het vlees is zwak <br> | ::ik ben toch maar een klein verlaten kind <br> | ||
waarom moest ik toch blijven leven <br> | <br> | ||
ik ben toch maar een klein verlaten kind <br> | ::Nu moet ik zware lasten dragen <br> | ||
::ik nog zo jeugdig en zo jong <br> | |||
Nu moet ik zware lasten dragen <br> | ::ik nog zo jong en nog zo teder<br> | ||
ik nog zo jeugdig en zo jong <br> | ::mijn boei is zwaar en doet zo'n pijn <br> | ||
ik nog zo jong en nog zo teder<br> | ::o guldentijd is eens versleten <br> | ||
mijn boei is zwaar en doet zo'n pijn <br> | ::'k liep vrij en blij door woud en veld<br> | ||
o guldentijd is eens versleten <br> | ::nu drukt mij deez' geboeide keten <br> | ||
'k liep vrij en blij door woud en veld<br> | ::ik ben toch maar een klein verlaten kind | ||
nu drukt mij deez' geboeide keten <br> | |||
ik ben toch maar een klein verlaten kind | |||
[[Categorie:cultuur]] | [[Categorie:cultuur]] |
Versie van 11 dec 2019 19:42
"Ik ben toch maar een klein verlaten kind "!
Het verschijnen van de artikelenreeks over het Schijndelse weeshuis in dit "Heemkundeblad" was voor mij aanleiding om eens in mijn eigen liedarchief op zoek te gaan naar liederen over weeskinderen, de zogenaamde, weesliederen. Rond de eeuwwisseling zijn enorm veel van deze liederen gemaakt, nog tot in de veertiger jaren toe. Vooral marktzangers verspreidden ze op markten en straten. Langs de deuren werden ze natuurlijk ook verkocht. Het spreekt vanzelf dat ze graag gezongen werden, ze hadden een beetje een smartlap-sfeer vanwege het wat overdreven kinderleed wat er uit sprak. En de teksten moesten vaak gezongen worden op de wijs van een in die dagen populair lied, bijvoorbeeld: "zachtjes klinkt het avondklokje". Het lied wat nu volgt (ik geef alleen de tekst) heb ik opgetekend in 1984 in Schijndel. Het werd gezongen door mevr. Blummel-Schellekens en haar zus Mina Schellekens, allebei inmiddels al overleden! Ik heb leuke herinneringen aan deze opname. Mevrouw Blummel zong dit soort liederen met zo'n overgave dat ze midden in een lied ineens stopte en begon te huilen. Zo aangedaan was ze door de inhoud ervan. Het rijmschema in couplet 1 klopt nog aardig. Dan wordt het een rommeltje. Wie weet kom ik nog eens achter de "originele" versie, of kent u dit lied ook?
Tekst liedje
- Ik ben een wees van dertien jaren
- ik ben verlaten en veracht
- niets kan mij nog vreugde baren
- mij is het leven som'bre nacht
- gene vader die mij kan beschermen
- geen moederhart dat mij bemint
- bij wie zou ik erbanning wekken
- ik ben toch maar een klein verlaten kind
- Ik ben een wees van dertien jaren
- Een droeve dag vol leed en rampen
- een dag van strijd en oorlog kwam de vijand won
- aan moedig kampen bezweek helaas mijne ouderstam
- daar zag ik al mijn dierbre snikken
- het lichaam zwak en het vlees is zwak
- waarom moest ik toch blijven leven
- ik ben toch maar een klein verlaten kind
- Een droeve dag vol leed en rampen
- Nu moet ik zware lasten dragen
- ik nog zo jeugdig en zo jong
- ik nog zo jong en nog zo teder
- mijn boei is zwaar en doet zo'n pijn
- o guldentijd is eens versleten
- 'k liep vrij en blij door woud en veld
- nu drukt mij deez' geboeide keten
- ik ben toch maar een klein verlaten kind
- Nu moet ik zware lasten dragen