Welkom op Schijndelwiki - de encyclopedie voor Schijndel

U kunt ons steunen door lid van de Heemkundekring Schijndel te worden.

Klik HIER om lid te worden

Iedere dinsdagochtend zijn wij tussen 10 en 12 uur in de heemkamer: Cultureel Centrum 't Spectrum, Steeg 9 g, Schijndel.

Bogerd

Uit Schijndelwiki
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Bogerd[1]

De naam "bogerd" hoort bij een perceel grond gelegen aan de tegenwoordige straat Bogaard, nabij De Steeg.
In toponymische naslagwerken wordt de oorsprong van deze naam overwegend verklaard als "boomgaard" (fruitweide bij de woning, ook dienstig als weideplaats voor het vee ).
Het zou echter goed kunnen zijn dat, vooral bij oude vermeldingen, rekening moet worden gehouden met de betekenis van schietterrein, waar oorspronkelijk met bogen werd geschoten. De naam zou dan kunnen worden ontleed als "booggaard" een gaard, waar met de boog kon worden geoefend.

De heer Kakebeeke te Eersel attendeerde jaren geleden op de naam bogerd, die zo bijzonder is, omdat ze in veel gevallen verbonden is aan oude leengoederen. Zo is in de omgeving het goed Ten Bogart te Sint-Oedenrode (oudste vermelding 1356) en de Ridderhof Ten Bogaerde (1332) gelegen bij kasteel Avestein te Dinther, bekend.
In Veghel was in 1334 bekend het goed ten bomgarde of ten boghart.
Het kunnen zeer oude toponiemen zijn omdat ze veelal worden aangetroffen in de begintijd van de schriftelijke bronnen.
De oudst bekende vermelding in Schijndel dateert van 1623: huijs onder Delschot in den bogaert. Hoewel het dan niet als leengoed vermeld staat, is de Schijndelse bogert ook gelegen bij een voorname woonstede, n.l. bij het voormalige slotje (waar eertijds het Sleutjes Spook zou hebben rondgedoold). Dit was een adellijk slot genaamd het slot Emmaus.
In de stad 's-Hertogenbosch blijken verschillende bogaarden te hebben gelegen, die in opdracht van het stadsbestuur zijn aangelegd. In de ordonantie van 1453 uitgevaardigd door het Bossche stadsbestuur aan het gilde der voetboogschutters lezen we dat de proeve van bekwaamheid der schutters moest worden afgelegd "in den Boghaert". In 1787 wordt in deze stad een request tegen het afschaffen der burgerwacht ingediend, waarin als reden o.a. is aangehaald "ook de respectieve schutterijen al in oude tijden van weegen De Regeering van bequaame plaatzen of Boogaerden zich te oefenen zijn voorzien geworden".
Bekend is van het oude leenstelsel in de vroege middeleeuwen, dat de leenheer bescherming bood aan de boeren die als tegenprestatie herendiensten hadden te verrichten, waaronder werd verstaan de verdediging van het leengoed in roerige tijden. Mogelijk dat de bogaarden toen reeds bestonden. In Den Bosch waren de schuttersbogaarden met bomen omzoomd. Met het oog op de ruimte en de veiligheid lagen de bogaarden aan de rand van de stad, tegen de wallen aan.

De ligging van de bogaarden: de oude schutsbogaard in de Sint Jorisstraat, waar zich thans het Huis van Bewaring bevindt; de jonge schutsbogaard aan de Vughtsedijk, aan de noordzijde van het straatje Achter Den Bogaard; de handbogaard in het Tolburgkwartier, ter hoogte van thans de Zuid-Willemsvaart; de kolveniersbogaard op het Hinthamereinde. De bogaarden waren zo gelegen, dat er vanuit de stad in de richting van de wallen (en daarachter het lege platteland) geschoten werd. Van de stedelijke schuttersgilden van Sint Joris en Sint Sebastiaan is bekend dat ze dienst deden als legereenheid, terwijl m.b.t. de schuttersgilden van het platteland daarover niets bekend is. Misschien hebben de plattelandsgilden van Sint Joris en Sint Sebastiaan ook een krijgskundig verleden en zijn ze in de tijd van het leenstelsel dorpslegertjes geweest, die zich oefenden in de bogaarden. De overige schuttersgilden zijn van oorsprong uitsluitend kerkelijke broederschappen geweest.

Bronnen, noten en/of referenties
  1. Heemkundeblad 1e jaargang no.1, bladzijden 5 en 6