U kunt ons steunen door lid van de Heemkundekring Schijndel te worden. Iedere dinsdagochtend zijn wij tussen 9 en 12 uur in de heemkamer: Cultureel Centrum Spectrum, Steeg 9 g, Schijndel. |
Antonius Johannes Maria van Liempd (1906 - 1940)
Eens behoorde hij tot Schijndels zonen......[1][bewerken | brontekst bewerken]
- Allen die in het aardse leven
- alleen staan en zeer boos van zin
- het leven zonder een gewin
- ervaren als een doelloos streven,
- Allen die in het aardse leven
- bekeren zich,als door de min
- hun hart zich aan een doel wil geven,
- dat schoner maakt de levensdreven
- en moediger elk werkbegin.
- bekeren zich,als door de min
- Zo moet men gaan. En moet men blijven
- verankerd in een stille baai,
- het blijde weerzien van de kaai
- mag eeuwig niet uw hart inlijven.
- Zo moet men gaan. En moet men blijven
- Vaarwel! en hoe het ruis' of waai':
- gij zult voortaan niet hooploos drijven.
- Vaarwel! en hoe het ruis' of waai':
Bovenstaand gedicht spruit voort uit de fantasie van Dichter Paul Vlemminx. Dat is overigens ook een van "Schijndels zonen". We meenden dat het wel van toepassing is op de persoon waar we de schijnwerper op zullen richten, en wel:
Antonius Johannes Maria van Liempd, beter bekend als "Toontje van Liempd, de vliegenier" werd geboren op 30 mei 1906 in de Kerkstraat (centrum) in Schijndel. Hij was een van de zonen van bakker Jan van Liempd, bij de Schijndelse bevolking meer bekend als "Jan van Liempd-Mallens". Toon hield niet van stilzitten en legde graag contacten. Vooral met leeftijdsgenoten, maar ook met anderen, zowel op zijn werk als in het verenigingsleven. Niet voor niets werd hij dan ook gevraagd om secretaris van de Schijndelse voetbalvereniging te worden. Dat was een hele klus, want RKSV Schijndel speelde in de tweede helft van de dertiger jaren in de hoogste klasse (I.V.C.B.). De officiële ingebruikname van het grote voetbalveld, geschonken door Harry Jansen, directeur van Kousenfabriek Jansen de Wit, geschiedde door Toon van Liempd. Hij "dropte", vliegend boven het terrein, vanuit zijn "kist" de bal in het veld. Op zijn werk bij Jansen de Wit was hij een graag geziene collega.
Toon van Liempd was ook tijdens zijn "dienstjaren" bij het leger erg vooruitstrevend en bracht het tot sergeant-vliegenier. In die functie moest hij ook opereren toen in 1940 Duitsland Nederland binnenviel. Al gauw bleek dat het Nederlandse leger niet opgewassen was tegen het Duitse leger. Ook de luchtmacht was sterk in de minderheid. Dit kwam enerzijds door de verouderde toestellen, anderzijds door de vele sabotages die hadden plaatsgevonden. Toch gaf men zich niet zomaar gewonnen. Het was op 12 mei, de luchtmacht wilde toch nog in actie komen.
"Een laatste poging moest gewaagd worden. Op de vraag van majoor-vlieger Raland: "Wie gaat?" trad van Liempd als eerste vrijwilliger naar voren. Het zou zijn laatste vlucht worden. Hij viel nabij Wageningen en is op de Grebbeberg begraven. Voor zijn moedige daad is hij "postuum" gehuldigd door toekenning van de "Bronzen leeuw", welke onderscheiding aan zijn weduwe in het bijzijn van zijn enig dochtertje werd uitgereikt".
Naar verluidt zou het toestel van Toon van Liempd door de vijand geraakt zijn tijdens een beschieting. Nadat Toon een noodlanding achter de linies van Duitsers heeft gemaakt, komt Toon met opgestoken armen tevoorschijn om zich over te geven. Toch wordt hij onmiddelijk doodgeschoten.
Toon van Liempd was gehuwd met Johanna Hermes. Zij heeft nog jarenlang het uniform van haar man bewaard. Later heeft zij het geschonken aan het Brabants Airborne Museum, tegenwoordig Museum “Bevrijdende Vleugels”. Dit museum is gevestigd aan de Sonseweg 39 in Best. Daar is het uniform nog steeds aanwezig. Na vele jaren nog een stille hulde aan een van Schijndels zonen.
Bronnen, noten en/of referenties
|