U kunt ons steunen door lid van de Heemkundekring Schijndel te worden. Iedere dinsdagochtend zijn wij tussen 9 en 12 uur in de heemkamer: Cultureel Centrum Spectrum, Steeg 9 g, Schijndel. |
Zaagmolen
Zaagmolen
Raadsbesluit 12 maart 1983.
Bij besluit van 4 oktober 1979 heeft de gemeenteraad de straatnamen vastgesteld voor het bestemmingsplan Grevekeur.
Door uitbreiding van het bestemmingsplan en verdichting van de bebouwing is de situatie onoverzichtelijk geworden.
Dit geldt vooral ten aanzien van de straten Oliemolen en Grevekeur, vanwege het grote aantal vertakkingen.
Met het oog op de vindbaarheid en oriëntatiemogelijkheid is het gewenst namen te geven welke in dezelfde sfeer liggen als de straatnamen.
De in het oostelijk deel van het bestemmingsplan te geven straatnamen zijn verwant aan de bestaande straatnaam Oliemolen.
De in het westelijk deel van dit plan te geven namen liggen in de sfeer van de bestaande straatnamen Grevekeur en Bremert.
Deze oude veldnamen zijn door de streekarchivaris opgediept uit de archieven.
Aanvullende informatie
Een van de "molenstraten" aan het einde van de bebouwde kom van de Boschweg is de Zaagmolen. Historisch op zijn plek is hier echter alleen de Oliemolen. Want die stond er ooit een, zo is te vinden in Het Schijndelse Landschap van Henk Beijers; naar die oliemolen verwijst ook het van ouds bekende Olieeind. De andere "molens" in de wijk zijn er een beetje met de haren bijgesleept om samenhang in de naamgeving van deze betrekkelijk nieuwe wijk te brengen. De Zaagmolen is een zijstraat van de Oliemolen en loopt dood tegen de weilanden. Eind vorige eeuw, toen dit deel van de Boschweg gebouwd werd, was er de nodige commotie rond de ernstige bodemverontreiniging die hier veroorzaakt was door Vatenbedrijf De Meierij, een bedrijf dat later ook zijn sporen nog zou achterlaten op industrieterrein Duin 1. Een zaagmolen is, zoals de naam al zegt, een molen waar bomen gezaagd werden tot planken. Dat kon gebeuren via water- of windkracht. Zou hier ooit een zaagmolen hebben gestaan, dan zou het beslist een windmolen zijn geweest waarbij de beweging van de wieken via een assenstelsel zou zijn overgebracht op de zaagmachine. Met name in de Zaanstreek, in de Gouden Eeuw, speelden zaagmolens een belangrijke rol. Als uitvinder ervan mag beschouwd worden Cornelis Corneliszoon die in 1594 een zaagmolen bouwde in Uitgeest. Het idee voor een dergelijke molen bestond al langer maar hij wist door toepassing van een krukas het proces te optimaliseren. Hiermee werd, volgens sommige geschiedschrijvers, de Zaanstreek het eerste industriegebied ter wereld. Het ging hier vooral om scheepsbouw want in deze streek werden tal van schepen gebouwd voor de Verenigde Oostindische Compagnie. Ook in en rond Amsterdam en Dordrecht verrezen in die tijd talrijke zaagmolens.