Welkom op Schijndelwiki - de encyclopedie voor Schijndel

U kunt ons steunen door lid van de Heemkundekring Schijndel te worden.

Klik HIER om lid te worden

Iedere dinsdagochtend zijn wij tussen 9 en 12 uur in de heemkamer: Cultureel Centrum Spectrum, Steeg 9 g, Schijndel.

Varkensfokvereniging

Uit Schijndelwiki
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Varkensfokvereniging[bewerken | brontekst bewerken]

Oprichting[bewerken | brontekst bewerken]

Wanneer deze vereniging is opgericht is niet bekend. Wel is bekend dat in maart 1924 de vereniging van het Veredeld Duitsch Landvarken (VDL), aan de gemeente Schijndel een bijdrage vraagt voor de stichtingskosten.

Het bestuur is dan:

  • Voorzitter: H. van de Spank
  • Secretaris: J.A. Zijlmans.

Of ze deze bijdrage ontvangen hebben is niet bekend. In 1925 vraagt de nieuwe secretaris A. van Boxtel vanwege financiële problemen opnieuw subsidie aan. Dat de vereniging moeite had om haar hoofd boven water te houden is niet zo verwonderlijk. De vereniging telt op dat moment maar 16 leden en de contributie is slechts f. 1,00 per persoon en voor de aanschaf van een beer moet al gauw f. 35,00 worden neergeteld.

Periode 1929-1955[bewerken | brontekst bewerken]

A.A. van Tilborg

Over de periode 1929-1955 is bekend dat de Boerenbond Boschweg in 1949 een eigen Varkensfokvereniging opricht. In 1955 blijkt uit een artikel van A. van Tilborg, in het Schijndels Weekblad, dat de Varkensfokvereniging Schijndel inmiddels is uitgegroeid tot een bloeiende instelling. Er zijn nu 224 leden en het kasverslag over 1954 laat een batig saldo zien van f. 1.900,--. De vijf beren van de vereniging staan her en der verspreid in de verschillende buurtschappen. Het Veredeld Duitsch Landvarken is inmiddels verdrongen door de rassen Yorkshire en het Nederlands Landbouwvarken.

Opheffing[bewerken | brontekst bewerken]

Wanneer deze vereniging is opgehouden te bestaan is niet duidelijk. In 1968 staat in het Schijndels weekblad nog een verslag te lezen over een voorlichtingsdag voor varkenshouders, waarin vermeld:
“een fokker minstens 30-40 zeugen dient te houden en een mester 100-200 varkens om de kost te kunnen verdienen."