Slagerij van den Akker

Slagerij Piet van den Akker

Piet van den Akker begon toen hij in 1917 trouwde, een slagerij naast het oude postkantoor in de Hoofdstraat 76. Nadat hij jaren samen met zijn vrouw Francina Berkelmans hard gewerkt had, liet hij in 1931 aan de Boterweg 6, later de Toon Bolsiusstraat, een villa bouwen met aan de zijkant een vrij kleine winkel en daarachter een slachtplaats. In 1932 betrokkende gebroeders Wouters het pand aan de Hoofdstraat 76 en begonnen er een slagerij. Piet slachtte zelf, 's maandags varkens en 's woensdags een koe. Zijn vaste knecht was Piet Cornuit uit Boxtel. De beesten werden met een schietmasker gedood. Piet had een eigen rokerij. Moeder van den Akker en later dochter Jet, werkten in de winkel. De klanten van slager Piet van den Akker kwamen voornamelijk uit Schijndel, maar ook in St. Michielsgestel en Den Bosch had hij zijn relaties, hij leverde daar o.a. aan kruideniers. Dochter Jet bracht ook vaak vlees bij klanten thuis. Piet van den Akker kocht zijn koeien meestal bij de boeren thuis, maar ook kocht en verkocht hij beesten op de grote veemarkt in Den Bosch. Het was algemeen bekend dat Piet, vooral met zijn veehandel, veel geld verdiende. De varkens werden meestal door de boeren in de slagerij afgeleverd. Piet van den Akker werd 79 jaar en zijn vrouw Francina Berkelmans 101 jaar.