U kunt ons steunen door lid van de Heemkundekring Schijndel te worden. Iedere dinsdagochtend zijn wij tussen 10 en 12 uur in de heemkamer: Cultureel Centrum 't Spectrum, Steeg 9 g, Schijndel. |
Bewerken van Oorlogsherinneringen van Corrie Mettler - van Herpen
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Deze bewerking kan ongedaan gemaakt worden. Hieronder staat de tekst waarin de wijziging ongedaan is gemaakt. Controleer voor het publiceren of het resultaat gewenst is.
Huidige versie | Uw tekst | ||
Regel 25: | Regel 25: | ||
“In de grote, vochtige kelders van Slagerij Geerkens waren niet meer dan twee toiletten voorhanden. Door een gebrek aan ontsmettings- en geneesmiddelen kon er weinig worden uitgericht tegen vuil, de vlooien, luizen en ziekten. De mensen lagen op dekens en matrassen op een dik pak houtwol. Ze sliepen op de pekelbakken tegen de wanden van de koelcellen”, herinnert Van Herpen zich. <br> | “In de grote, vochtige kelders van Slagerij Geerkens waren niet meer dan twee toiletten voorhanden. Door een gebrek aan ontsmettings- en geneesmiddelen kon er weinig worden uitgericht tegen vuil, de vlooien, luizen en ziekten. De mensen lagen op dekens en matrassen op een dik pak houtwol. Ze sliepen op de pekelbakken tegen de wanden van de koelcellen”, herinnert Van Herpen zich. <br> | ||
De broer van Gerard van Herpen, Jan van Herpen, was in die tijd ook slager bij Slagerij Geerkens. Hij kreeg in de oorlog extreem veel last van eczeem, vooral op zijn handen. Dat was destijds met de beperkt voorhanden geneesmiddelen ook niet te genezen of draaglijk te maken, hij moest daardoor zijn werkzaamheden als slager beëindigen. Ook kapelaan [[Frederik Josephus Woestenburg (1909 - 2003)|Frederik Woestenburg]], spil van het verzet in Schijndel, verbleef tijdens de granaatweken in 1944 ‘s-nachts in de kelders van de slagerij van Geerkens. Hij liep daar een ingewandsstoornis op. Daar bleef hij mee tobben, ook na de bevrijding, het duurde zelfs tot 1968 tot de specialisten de juiste oorzaak hadden vastgesteld en het juiste dieet konden voorschrijven. | De broer van Gerard van Herpen, Jan van Herpen, was in die tijd ook slager bij Slagerij Geerkens. Hij kreeg in de oorlog extreem veel last van eczeem, vooral op zijn handen. Dat was destijds met de beperkt voorhanden geneesmiddelen ook niet te genezen of draaglijk te maken, hij moest daardoor zijn werkzaamheden als slager beëindigen. Ook kapelaan [[Frederik Josephus Woestenburg (1909 - 2003)|Frederik Woestenburg]], spil van het verzet in Schijndel, verbleef tijdens de granaatweken in 1944 ‘s-nachts in de kelders van de slagerij van Geerkens. Hij liep daar een ingewandsstoornis op. Daar bleef hij mee tobben, ook na de bevrijding, het duurde zelfs tot 1968 tot de specialisten de juiste oorzaak hadden vastgesteld en het juiste dieet konden voorschrijven. | ||
Onderscheidingen die kapelaan Frederik | Onderscheidingen die kapelaan Frederik Woesteburg na de oorlog kreeg voor zijn heldhaftig optreden in de 2e Wereldoorlog: Medal of Freedom (USA); Kings medal for courage in the cause of freedom (Engeland); La croix du combattant de l’Europe (federatie oudstrijders) en Het Verzetskruis (Nederland). | ||
=== '''Veldwachter Jean Marie Graat''' === | === '''Veldwachter Jean Marie Graat''' === |