Aannemersbedrijf Goossens

Aannemersbedrijf Goossens

Vanaf zijn jeugd heeft de te Escharen geboren aannemer Gerardus Goossens een grote voorliefde gehad voor het timmer vak. Zijn eerste baas was van Tienen te Mill, waar hij vier jaren heeft gewerkt. Zoals gebruikelijk moest hij de eerste twee jaren 25 gulden “brengen” en de twee volgende jaren verdiende hij 25 gulden. Daar leerde hij hoofdzakelijk onderhouds- en herstelwerk.

Te Grave bezocht hij gedurende zes winters per rijwiel de avondtekenschool. Dikwijls gebeurde het, dat hij per bootje van de Elft naar Grave moest worden overgezet. Bij het eindexamen werd zijn ijver bekroond met de eerste prijs.

De storm, welke in het jaar 1925 in Zeeland vele huizen verwoestte, vergde de volle aandacht van de aannemers. Goossens was toen bij aannemer Beekmans te Zeeland. In het verwoest gebied heeft hij onder die aannemer veel gewerkt aan nieuwbouw van boerderijen. Na volbrenging van zijn dienstplicht kwam hij weer bij Beekmans terug. In 1929 ging hij werken bij Gebr. Klerx, aannemers te Zeeland. Die bracht hem met grotere werken in aanraking. Deze gebroeders bouwden scholen bijvoorbeeld in Zeeland en Volkel. In ’s-Hertogenbosch bouwden zij middenstandswoningen.

Omstreeks 1932 begon hij voor zichzelf te werken en nam hij reeds zelfstandig bouwwerken aan. Zijn eerste werk was een boerderij in Zeeland, waarvoor hij ook zelf het bestek en de tekening had gemaakt. De bouw van een landhuis onder Langenboom bracht hem in contact met de architect H. Tibosch te Berlicum. Het hout betrok hij van de houthandel Vugts te Veghel.

Toen hij op het punt stond om te Escharen een nieuwe werkplaats te bouwen, raadde de houthandelaar Vugts hem aan om zich in ’t vooruitstrevend Schijndel te vestigen. Aan de Boschweg was geen enkele aannemer gevestigd. Architect Tibosch, wiens broer H.J. Tibosch reeds schoolhoofd aan de Boschweg was, zag voor hem een rijk bestaan aldaar.

Gedurende ongeveer een half jaar huurde hij een werkplaats aan de Boschweg. Goossens had het te Schijndel goed naar zijn zin. Reeds in 1935 bouwde hij zijn eigen woning met werkhuis. Ook buiten Schijndel werden door hem werken aangenomen onder andere in Veghel.

In augustus 1939, toen de mobilisatie uitbrak, moest ook hij onder de wapenen komen. In 1941/1942 herbouwde hij met de gebroeders Schellekens zes boerderijen in de door oorlogsgeweld zo zwaar getroffen gemeente Mill.

Na Schijndel’s bevrijding werden hem noodvoorzieningen opgedragen aan de openbare gebouwen, zoals scholen en dergelijke. Hoewel hij ook woningwetwoningen heeft gebouwd, geeft Goossens de voorkeur aan particuliere bouw. Dergelijke bouw heeft hij in Schijndel dan ook veel gemaakt. Vermeld moge nog worden, dat hij vijf knechts in dienst heeft, welke binnenkort in het tijdsbestek van één jaar, 12 ½ jaar bij hem in dienst zullen zijn.