U kunt ons steunen door lid van de Heemkundekring Schijndel te worden. Iedere dinsdagochtend zijn wij tussen 10 en 12 uur in de heemkamer: Cultureel Centrum 't Spectrum, Steeg 9 g, Schijndel. |
Bewerken van Hotel De Zwaan
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Deze bewerking kan ongedaan gemaakt worden. Hieronder staat de tekst waarin de wijziging ongedaan is gemaakt. Controleer voor het publiceren of het resultaat gewenst is.
Huidige versie | Uw tekst | ||
Regel 87: | Regel 87: | ||
Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd vanaf 1916 een detachement van het Korps Gele Rijders in Schijndel ingekwartierd voor een periode van 2 jaren en 8 maanden. Goyaerts profiteerde daar natuurlijk van want de officiersmess was in zijn hotel ondergebracht terwijl de manschappen logeerden in het in 1907 gebouwde [[patronaat]]sgebouw. | Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd vanaf 1916 een detachement van het Korps Gele Rijders in Schijndel ingekwartierd voor een periode van 2 jaren en 8 maanden. Goyaerts profiteerde daar natuurlijk van want de officiersmess was in zijn hotel ondergebracht terwijl de manschappen logeerden in het in 1907 gebouwde [[patronaat]]sgebouw. | ||
In die tijd waren er ook regelmatig pensiongasten die de hotelkas aardig spekten. Uit de aantekeningen van archivaris Ad [[A.J.L. van Bokhoven]] valt af te leiden dat bv. oud-burgemeester [[Bernardus Johannes Hulshof (1856 - 1926)|Hulshof]] kamerbewoner van de Zwaan was voor f 30,- pensiongeld per maand. Ook de bekende dokter | In die tijd waren er ook regelmatig pensiongasten die de hotelkas aardig spekten. Uit de aantekeningen van archivaris Ad [[A.J.L. van Bokhoven]] valt af te leiden dat bv. oud-burgemeester [[Bernardus Johannes Hulshof (1856 - 1926)|Hulshof]] kamerbewoner van de Zwaan was voor f 30,- pensiongeld per maand. Ook de bekende dokter A.A.M.P. Koolen overlegde er vaak met de notabelen van het dorp en voor hem was zelfs een aparte spreekkamer gereserveerd voor f 45,- per maand. De populariteit van het hotel was ook voor de directeuren van de Koninklijke Kousenfabrieken N.V. [[Jansen de Wit]] aanleiding om er regelmatig te gast te zijn, er met klanten en zakenrelaties te vertoeven en, indien nodig, er zelf te logeren. Als eigenaar Goyaerts in 1928 overlijdt is het bedrijf voortgezet door twee van zijn dochters Trees en Marie Goyaerts. | ||
Trees overleed in 1933 en haar zus bleef ijverig werken aan de kwaliteit van het hotel en vooral het restaurant, terwijl de oude caféfunctie steeds meer op de achtergrond raakte. In 1937 werd architect [[C.J. Chris van Liempd]] uitgenodigd een begroting en bestek op te stellen voor een grondige herbouw van het pand. Aannemer Lathouwers uit Sint Oedenrode werd in de arm genomen. Het noordwestelijk deel bestaande uit het halve oude gedeelte, werd in z’n geheel gesloopt en opnieuw opgetrokken tot winkelpand, waarin later het filiaal van André van Hilst werd gevestigd. Tegen de voorgevel van het gedeelte met de bovenverdieping werd eenzelfde steensoort gemetseld als het aangebouwde winkelpand van Van Hilst, zodat beide gebouwen qua exterieur eenzelfde uitstraling hadden en één geheel leken. Het andere deel bleef hotel-restaurant en in mindere mate café. Na realisering van de nieuwbouw ondervond men toch langzaam maar zeker de naweeën van de crisis van de jaren ’30, waarop bovendien de Tweede Wereldoorlog volgde met alle gevolgen van dien.<br> | Trees overleed in 1933 en haar zus bleef ijverig werken aan de kwaliteit van het hotel en vooral het restaurant, terwijl de oude caféfunctie steeds meer op de achtergrond raakte. In 1937 werd architect [[C.J. Chris van Liempd]] uitgenodigd een begroting en bestek op te stellen voor een grondige herbouw van het pand. Aannemer Lathouwers uit Sint Oedenrode werd in de arm genomen. Het noordwestelijk deel bestaande uit het halve oude gedeelte, werd in z’n geheel gesloopt en opnieuw opgetrokken tot winkelpand, waarin later het filiaal van André van Hilst werd gevestigd. Tegen de voorgevel van het gedeelte met de bovenverdieping werd eenzelfde steensoort gemetseld als het aangebouwde winkelpand van Van Hilst, zodat beide gebouwen qua exterieur eenzelfde uitstraling hadden en één geheel leken. Het andere deel bleef hotel-restaurant en in mindere mate café. Na realisering van de nieuwbouw ondervond men toch langzaam maar zeker de naweeën van de crisis van de jaren ’30, waarop bovendien de Tweede Wereldoorlog volgde met alle gevolgen van dien.<br> |