Welkom op Schijndelwiki - de encyclopedie voor Schijndel

U kunt ons steunen door lid van de Heemkundekring Schijndel te worden.

Klik HIER om lid te worden

Iedere dinsdagochtend zijn wij tussen 10 en 12 uur in de heemkamer: Cultureel Centrum 't Spectrum, Steeg 9 g, Schijndel.

Bewerken van De zaak Rokven

Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Waarschuwing: U bent niet aangemeld. Uw IP-adres zal voor iedereen zichtbaar zijn als u wijzigingen op deze pagina maakt. Wanneer u zich aanmeldt of een account aanmaakt, dan worden uw bewerkingen aan uw gebruikersnaam toegeschreven. Daarnaast zijn er andere voordelen.

Deze bewerking kan ongedaan gemaakt worden. Hieronder staat de tekst waarin de wijziging ongedaan is gemaakt. Controleer voor het publiceren of het resultaat gewenst is.

Huidige versie Uw tekst
Regel 1: Regel 1:
'''De zaak Rokven<ref>Heemblad Rond die Cluse 25e jaargang nummer 3 bladzijden 22 tot en met 24</ref>'''
=== '''De zaak Rokven''' ===


== '''Berichtgeving van moord omstreeks 1900''' ==
=== '''Berichtgeving van moord omstreeks 1900''' ===
   
   
=== '''Nieuwe Tilburgsche Courant d.d. 30-12-1903''' ===
=== '''Nieuwe Tilburgsche Courant d.d. 30-12-1903''' ===
Regel 11: Regel 11:
=== '''Nieuwe Tilburgsche Courant d.d. 19-02-1904''' ===
=== '''Nieuwe Tilburgsche Courant d.d. 19-02-1904''' ===
'''Moord te Schijndel'''<br>
'''Moord te Schijndel'''<br>
Gisterenmorgen stond voor de Arrondissement Rechtbank te ’s Bosch terecht: A.v.d.H. 22 jaar, klompenmaker, geboren te St. Oedenrode thans gedetineerd beklaagd op 27 December in de gemeente Schijndel opzettelijk en na kalm beraad gepleegd te hebben J. Rokven met een stuk of stukken hout te hebben verwond aan het hoofd ten gevolge waarvan schedelbreuk is ontstaan. Rokven is luttel tijds daarna aan hersenschudding, veroorzaakt door bloedontsteking in de schedelholte, overleden. 15 getuigen, waaronder 2 deskundigen, werden gehoord. Verdediger was mr. P. Loeff, advocaat-procureur te ’s Bosch. De belangstelling was buitengewoon groot, de publieke tribune was gevuld met bewoners van Schijndel c.a. Dr. A.C. van Moorsel te ‘s Bosch en [[Alphonsus Aloysius Maria Petrus Koolen (1862 - 1944)|A.A.M.P. Koolen]] arts te Schijndel, hebben het lijk geschouwd en blijven bij hun rapport volharden. Beiden zijn het er over eens, dat bekl. na de bekomen verwondingen nog een flink eind kan geloopen te hebben. Boven het oog is de doodelijke wonde toegebracht, de slag moet met buitengewone kracht zijn toegebracht. Gemeenteveldwachter te Schijndel [[Antonius Jonkers (1865 - 1950)|A. Jonkers]], heeft het lijk gevonden. Het hoofd lag in een bloedplas, in de kleeren zat niet veel bloed. Bij  het lijk lagen 8 stokken. Aan een van de knuppels, die stuk geslagen was, zat bloed. Nabij de woning van J. Voets lag ook een plas bloed en een paar knuppels. De dikste knuppel lag bij deze woning. Ook aan deze zat een beetje bloed. Op het lijk is geen geld gevonden. G.v.d. Heijden, landbouwer te Schijndel heeft het lijk gevonden om half acht ’s morgens op 28 December. Het lag op zijn gezicht, circa 50 pas van zijn woning. In zijn handen was geen mes of stok. Het gezicht lag in een plas bloed. Getuige heeft hem omgekeerd, maar de verslagene was al dood. Een knuppel lag aan de voeten. 12 meter er van af lag nog een kromme knuppel. Getuige heeft toen den burgemeester en Jonkers gaan waarschuwen. H. Bouwman, brig.-rijksveldwachter te Schijndel, heeft de afstand opgenomen tusschen de beide bloedplassen; dat was 365 passen. Het lijk lag nog vlak bij het ijs. Getuige heeft als aanleiding tot den moord opgegeven, dat er onder de lui veel gedronken was. H. van Osch, veldwachter te Schijndel heeft ook de bloedplassen gezien. De verslagene was nogal een lastig man als hij gedronken had. Dit had ook vorige getuige verklaard. De veldwachter te St. Oedenrode verklaart dat beklaagde nog al gunstig bekend staat in St. Oedenrode. Hij is niet lastig. J. Voets, herbergier te Schijndel wordt op den voorgrond gewezen op het gewicht van den eed. Op 27 December circa 10 uur waren in zijne woning eenige bezoekers, waaronder Rokven. Hij vloekte toen omdat getuige geen bier wilde geven, daar hij reeds teveel gedronken had. Zijn spraak was belemmerend en zijn gang was waggelend. Hij is kort daarop weggegaan, nadat reeds weggegaan waren eenige bezoekers waaronder beklaagde. Getuige heeft niet gezien dat men moeite had onder elkaar. Getuige heeft daarop gesloten.
Gisterenmorgen stond voor de Arrondissement Rechtbank te ’s Bosch terecht: A.v.d.H. 22 jaar, klompenmaker, geboren te St. Oedenrode thans gedetineerd beklaagd op 27 December in de gemeente Schijndel opzettelijk en na kalm beraad gepleegd te hebben J. Rokven met een stuk of stukken hout te hebben verwond aan het hoofd ten gevolge waarvan schedelbreuk is ontstaan. Rokven is luttel tijds daarna aan hersenschudding, veroorzaakt door bloedontsteking in de schedelholte, overleden. 15 getuigen, waaronder 2 deskundigen, werden gehoord. Verdediger was mr. P. Loeff, advocaat-procureur te ’s Bosch. De belangstelling was buitengewoon groot, de publieke tribune was gevuld met bewoners van Schijndel c.a. Dr. A.C. van Moorsel te ‘s Bosch en [[A.A.M.P. Koolen]] arts te Schijndel, hebben het lijk geschouwd en blijven bij hun rapport volharden. Beiden zijn het er over eens, dat bekl. na de bekomen verwondingen nog een flink eind kan geloopen te hebben. Boven het oog is de doodelijke wonde toegebracht, de slag moet met buitengewone kracht zijn toegebracht. Gemeenteveldwachter te Schijndel A. Jonkers, heeft het lijk gevonden. Het hoofd lag in een bloedplas, in de kleeren zat niet veel bloed. Bij  het lijk lagen 8 stokken. Aan een van de knuppels, die stuk geslagen was, zat bloed. Nabij de woning van J. Voets lag ook een plas bloed en een paar knuppels. De dikste knuppel lag bij deze woning. Ook aan deze zat een beetje bloed. Op het lijk is geen geld gevonden. G.v.d. Heijden, landbouwer te Schijndel heeft het lijk gevonden om half acht ’s morgens op 28 December. Het lag op zijn gezicht, circa 50 pas van zijn woning. In zijn handen was geen mes of stok. Het gezicht lag in een plas bloed. Getuige heeft hem omgekeerd, maar de verslagene was al dood. Een knuppel lag aan de voeten. 12 meter er van af lag nog een kromme knuppel. Getuige heeft toen den burgemeester en Jonkers gaan waarschuwen. H. Bouwman, brig.-rijksveldwachter te Schijndel, heeft de afstand opgenomen tusschen de beide bloedplassen; dat was 365 passen. Het lijk lag nog vlak bij het ijs. Getuige heeft als aanleiding tot den moord opgegeven, dat er onder de lui veel gedronken was. [[H. van Osch]], veldwachter te Schijndel heeft ook de bloedplassen gezien. De verslagene was nogal een lastig man als hij gedronken had. Dit had ook vorige getuige verklaard. De veldwachter te St. Oedenrode verklaart dat beklaagde nog al gunstig bekend staat in St. Oedenrode. Hij is niet lastig. J. Voets, herbergier te Schijndel wordt op den voorgrond gewezen op het gewicht van den eed. Op 27 December circa 10 uur waren in zijne woning eenige bezoekers, waaronder Rokven. Hij vloekte toen omdat getuige geen bier wilde geven, daar hij reeds teveel gedronken had. Zijn spraak was belemmerend en zijn gang was waggelend. Hij is kort daarop weggegaan, nadat reeds weggegaan waren eenige bezoekers waaronder beklaagde. Getuige heeft niet gezien dat men moeite had onder elkaar. Getuige heeft daarop gesloten.


Bij zijn buurman Krol zijn kort nadien de ruiten stuk geslagen en op de vensters geslagen. Getuige heeft toen ook den verslagene gezien en tot hem gezegd: trek nou je mes niet en ga naar huis. Hieraan is toen door den verslagene voldaan en hij is gegaan in de richting van Boxtel, anderen hebben hem gevolgd, wie dat waren weet beklaagde niet; ze waren zowat 10 in getal. Getuige heeft gehoord: wat heeft Krisje hem geslagen, doelende op Rokven. Bedoeld is daarmede Krisje van der Elsen. Getuige heeft ook nog gehoord, daar loopt Rokven heen. Later heeft getuige van beklaagde gehoord deze woorden: Ik heb Rokven goed op zijn kop geslagen, hij zal niet meer terugkomen. Getuige’s zoon heeft daarop aan zijn vader verteld, dat hij beklaagde nog den knuppel heeft willen ontrukken, maar dit kon hij niet gedaan krijgen. Getuige heeft niet gezien dat beklaagde geslagen heeft. Getuige is niet voortdurend bij zijn zoon gebleven, maar heeft van deze het gebeurde vernomen. W. Voets, klompenmaker te Schijndel wordt ook gewezen op het gewicht van den eed. Hij legt in hoofdzaak dezelfde verklaring af als zijn vader, de vorige getuige. Getuige heeft beklaagde dan met een knuppel zien slaan. Ook heeft hij Rokven zien vallen. Hij heeft niet gezien dat Rokven meerdere slagen zijn toegebracht. Ook zag hij niet waar de slag is toegebracht. Daarop is het volk weer in de richting van getuiges huis geloopen. Beklaagde heeft niet gezien, dat zij toen andere knuppels in de hand hadden. Nogmaals gewezen op het gewicht van den eed houdt getuige toch vol dat hij niet gezien heeft dat anderen knuppels bij zich hadden. Getuige zelf heeft niet geslagen. De president wijst er op dat er ter plaatse toch twee knuppels lagen. Later heeft getuige weer Rokven gezien. Getuige heeft later nabij de weduwe Venmans uit de richting van den inrijdam slagen gehoord. Nog blijkt dat getuige een knuppel in de hand had “want hij was bang”. Dit vond de president wel onwaarschijnlijk; deze zeide echter dat ook getuige wilde slaan, want hij behoorde onder de vervolgers. Beklaagde heeft getuige den knuppel afgenomen en daarmede Rokven geslagen. Hij heeft maar een slag zien toebrengen. Vroeger heeft getuige verklaard aan den rechter-commissaris dat de slag werd toegebracht op het hoofd, maar nu verklaart hij dat de verslagene werd getroffen aan de beenen. Getuige heeft den verslagene zien slaan, toen hij op de grond lag. Het O.M. wijst deze getuige er ook op, hoe een twaalfjarig meisje hem heeft hooren steggelen, zien slaan en hooren zeggen: wat ben ik toch sterk. Als je zelf een klap gegeven hebt dan zegt het, want daarmede verlicht je dezen beklaagde. Maar getuige houdt pertinent vol, dat hij de waarheid spreekt en dat hij niets heeft gedaan. Ook mr. Loeff en mr. Van Baer deden getuige nog verschillende vragen, maar beklaagde houdt pertinent vol niets meer te weten dan hij zegt, ofschoon het duidelijk is, dat hij zaken verzwijgt. Bij de pauze wordt bevolen, dat deze getuige afzonderlijk moet gehouden worden.
Bij zijn buurman Krol zijn kort nadien de ruiten stuk geslagen en op de vensters geslagen. Getuige heeft toen ook den verslagene gezien en tot hem gezegd: trek nou je mes niet en ga naar huis. Hieraan is toen door den verslagene voldaan en hij is gegaan in de richting van Boxtel, anderen hebben hem gevolgd, wie dat waren weet beklaagde niet; ze waren zowat 10 in getal. Getuige heeft gehoord: wat heeft Krisje hem geslagen, doelende op Rokven. Bedoeld is daarmede Krisje van der Elsen. Getuige heeft ook nog gehoord, daar loopt Rokven heen. Later heeft getuige van beklaagde gehoord deze woorden: Ik heb Rokven goed op zijn kop geslagen, hij zal niet meer terugkomen. Getuige’s zoon heeft daarop aan zijn vader verteld, dat hij beklaagde nog den knuppel heeft willen ontrukken, maar dit kon hij niet gedaan krijgen. Getuige heeft niet gezien dat beklaagde geslagen heeft. Getuige is niet voortdurend bij zijn zoon gebleven, maar heeft van deze het gebeurde vernomen. W. Voets, klompenmaker te Schijndel wordt ook gewezen op het gewicht van den eed. Hij legt in hoofdzaak dezelfde verklaring af als zijn vader, de vorige getuige. Getuige heeft beklaagde dan met een knuppel zien slaan. Ook heeft hij Rokven zien vallen. Hij heeft niet gezien dat Rokven meerdere slagen zijn toegebracht. Ook zag hij niet waar de slag is toegebracht. Daarop is het volk weer in de richting van getuiges huis geloopen. Beklaagde heeft niet gezien, dat zij toen andere knuppels in de hand hadden. Nogmaals gewezen op het gewicht van den eed houdt getuige toch vol dat hij niet gezien heeft dat anderen knuppels bij zich hadden. Getuige zelf heeft niet geslagen. De president wijst er op dat er ter plaatse toch twee knuppels lagen. Later heeft getuige weer Rokven gezien. Getuige heeft later nabij de weduwe Venmans uit de richting van den inrijdam slagen gehoord. Nog blijkt dat getuige een knuppel in de hand had “want hij was bang”. Dit vond de president wel onwaarschijnlijk; deze zeide echter dat ook getuige wilde slaan, want hij behoorde onder de vervolgers. Beklaagde heeft getuige den knuppel afgenomen en daarmede Rokven geslagen. Hij heeft maar een slag zien toebrengen. Vroeger heeft getuige verklaard aan den rechter-commissaris dat de slag werd toegebracht op het hoofd, maar nu verklaart hij dat de verslagene werd getroffen aan de beenen. Getuige heeft den verslagene zien slaan, toen hij op de grond lag. Het O.M. wijst deze getuige er ook op, hoe een twaalfjarig meisje hem heeft hooren steggelen, zien slaan en hooren zeggen: wat ben ik toch sterk. Als je zelf een klap gegeven hebt dan zegt het, want daarmede verlicht je dezen beklaagde. Maar getuige houdt pertinent vol, dat hij de waarheid spreekt en dat hij niets heeft gedaan. Ook mr. Loeff en mr. Van Baer deden getuige nog verschillende vragen, maar beklaagde houdt pertinent vol niets meer te weten dan hij zegt, ofschoon het duidelijk is, dat hij zaken verzwijgt. Bij de pauze wordt bevolen, dat deze getuige afzonderlijk moet gehouden worden.
Regel 21: Regel 21:


[[Categorie:Rechtbank]]
[[Categorie:Rechtbank]]
{{appendix}}
Al uw bijdragen aan Schijndelwiki kunnen bewerkt, gewijzigd of verwijderd worden door andere gebruikers. Als u niet wilt dat uw teksten rigoureus aangepast worden door anderen, plaats ze hier dan niet.
U belooft ook dat u de oorspronkelijke auteur bent van dit materiaal of dat u het hebt gekopieerd uit een bron in het publieke domein of een soortgelijke vrije bron (zie Schijndelwiki:Auteursrechten voor details). Gebruik geen materiaal dat beschermd wordt door auteursrecht, tenzij u daarvoor toestemming hebt!

Om de wiki te beschermen tegen geautomatiseerde bewerkingsspam vragen wij u vriendelijk de volgende CAPTCHA op te lossen:

Annuleren Hulp bij bewerken (opent in een nieuw venster)

Op deze pagina gebruikte sjablonen: