Welkom op Schijndelwiki - de encyclopedie voor Schijndel

U kunt ons steunen door lid van de Heemkundekring Schijndel te worden.

Klik HIER om lid te worden

Iedere dinsdagochtend zijn wij tussen 10 en 12 uur in de heemkamer: Cultureel Centrum 't Spectrum, Steeg 9 g, Schijndel.

Bewerken van De Slag om Boxtel.

Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Waarschuwing: U bent niet aangemeld. Uw IP-adres zal voor iedereen zichtbaar zijn als u wijzigingen op deze pagina maakt. Wanneer u zich aanmeldt of een account aanmaakt, dan worden uw bewerkingen aan uw gebruikersnaam toegeschreven. Daarnaast zijn er andere voordelen.

Deze bewerking kan ongedaan gemaakt worden. Hieronder staat de tekst waarin de wijziging ongedaan is gemaakt. Controleer voor het publiceren of het resultaat gewenst is.

Huidige versie Uw tekst
Regel 2: Regel 2:
Collectie fam. van Doorn <br>
Collectie fam. van Doorn <br>
(foto Rini van Oirschot)]]
(foto Rini van Oirschot)]]
== '''De Slag om Boxtel.<ref>Frank van Doorn, ‘De Slag om Boxtel’ in: In Brabant. Tijdschrift voor Brabants heem en erfgoed, jaargang 5, nr. 1.</ref>''' ==
== '''De Slag om Boxtel.''' ==
[[Afbeelding:04 Bataille de Fleurus 1794.JPG|thumb|400px|left|Na de nederlaag in de Slag bij Fleurus (op 26 juni 1794, ten noorden van Namen) gaven de Oostenrijkers de verdediging van de Zuidelijke Nederlanden op en was de weg vrij voor de Fransen om verder naar het noorden op te rukken, richting de Nederlandse Republiek. Daar zouden ze bij Boxtel strijd leveren met de Oostenrijkse coalitiepartners. Op dit schilderij uit 1837 van Jean-Baptiste Mauzaisse (1784-1844) zien we de Franse bevelhebber Jourdan tijdens de slag bij Fleurus, met op de achtergrond een Franse verkenningsballon. Het was de eerste keer in de geschiedenis dat een militaire verkenningsballon werd gebruikt.]]
[[Afbeelding:04 Bataille de Fleurus 1794.JPG|thumb|400px|left|Na de nederlaag in de Slag bij Fleurus (op 26 juni 1794, ten noorden van Namen) gaven de Oostenrijkers de verdediging van de Zuidelijke Nederlanden op en was de weg vrij voor de Fransen om verder naar het noorden op te rukken, richting de Nederlandse Republiek. Daar zouden ze bij Boxtel strijd leveren met de Oostenrijkse coalitiepartners. Op dit schilderij uit 1837 van Jean-Baptiste Mauzaisse (1784-1844) zien we de Franse bevelhebber Jourdan tijdens de slag bij Fleurus, met op de achtergrond een Franse verkenningsballon. Het was de eerste keer in de geschiedenis dat een militaire verkenningsballon werd gebruikt.]]
''Het is een veldslag waarvan in Nederland slechts weinigen hebben gehoord . Toch heeft dit militaire treffen een prominente plek in de Engelse geschiedenis, met name in de levensbeschrijving van de wereldberoemde ‘Duke of Wellington’, de man die Napoleon in 1815 bij Waterloo versloeg. Het was op Brabantse bodem dat hij voor het eerst strijd leverde tegen Frankrijk, in de Slag om Boxtel.''
''Het is een veldslag waarvan in Nederland slechts weinigen hebben gehoord . Toch heeft dit militaire treffen een prominente plek in de Engelse geschiedenis, met name in de levensbeschrijving van de wereldberoemde ‘Duke of Wellington’, de man die Napoleon in 1815 bij Waterloo versloeg. Het was op Brabantse bodem dat hij voor het eerst strijd leverde tegen Frankrijk, in de Slag om Boxtel.''
Regel 9: Regel 9:


=== '''Revolutie in Frankrijk''' ===
=== '''Revolutie in Frankrijk''' ===
[[Bestand:06 James_Gillray_Pinnacle_of_Liberty.jpeg|200px|thumb|‘Het toppunt van de Franse glorie, het hoogtepunt van de vrijheid. Religie, gerechtigheid, trouw en alle boemannen van de Verlichte geesten, Vaarwel!’ Een Engelse spotprent over het radicalisme van de Franse revolutie. (James Gillray (1757-1815), februari 1793.)]]
[[Bestand:06 James_Gillray_Pinnacle_of_Liberty.jpeg|200px|thumb|‘Het toppunt van de Franse glorie, het hoogtepunt van de vrijheid. Religie, gerechtigheid, trouw en alle boemannen van de Verlichte geesten, Vaarwel!’ Een Engelse spotprent over het radicalisme van de Franse revolutie. (James Gillray (1756-1815), februari 1793.)]]
De Slag om Boxtel kan niet los worden gezien van de Franse Revolutie, die intussen vijf jaar gaande was en sinds de zomer van 1792 bijna heel Europa in oorlog had gestort. De Franse monarchie was met de afzetting van Lodewijk XVI op 10 augustus 1792 al ten val gebracht en Frankrijk werd sindsdien geregeerd door een Nationale Conventie die vanaf 1793 werd gedomineerd door de Jakobijnen: de meest radicale factie in republikeins Frankrijk onder leiding van Maximilien de Robespierre en Georges-Jacques Danton. De executie van de koning op 21 januari 1793 en vooral de moord op de bevlogen revolutionair Jean-Paul Marat op 13 juli van dat jaar waren de eerste aanzetten geweest voor de Jakobijnen om Frankrijk aan de ‘Terreur’ te onderwerpen. De landen rondom Frankrijk, waaronder ook de Nederlanden, werden overspoeld met uit Frankrijk gevluchte edelen, geestelijke émigrés en uit de gratie gevallen Verlichte denkers, die de bevolking angst aanjoegen met hun verhalen over het schrikbewind van de nieuwe, revolutionaire machthebbers. Dit was in het bijzonder het geval in de Brabantse Meierij, waar tal van Franse geestelijken een tijdelijk heenkomen hadden gevonden. In het buitenland werden de radicale excessen met afgrijzen aangehoord. Onder de Europese regeringen heerste dan ook het urgente gevoel om de Fransen te allen tijde te verhinderen hun bloedige ontwrichtingen, bedoeld om Europa en uiteindelijk de wereld te ‘bevrijden’ van feodale onderdrukking, naar het buitenland te exporteren. Tegen de tijd dat de Fransen inderdaad de Nederlanden waren binnengevallen, was de Terreur met de executie van initiatiefnemer Robespierre weliswaar voorbij, maar de strijd met het buitenland ging onverminderd voort. De ergste uitwassen van de Franse revolutie waren beteugeld, maar de kernprincipes waar het de revolutie in eerste instantie om was te doen – universele gelijkheid van de mens, onvervreemdbare rechten, rationele hervormingen en redelijkheid als basis van menselijk handelen – bleven gehandhaafd en bleven verlichte denkers en sympathisanten tot ver over de grenzen inspireren. Zij waren bereid om de Terreur als een noodzakelijk kwaad te zien, zodat er een nieuwe samenleving op basis van universele vrijheid en gelijkheid kon worden gerealiseerd.<br>
De Slag om Boxtel kan niet los worden gezien van de Franse Revolutie, die intussen vijf jaar gaande was en sinds de zomer van 1792 bijna heel Europa in oorlog had gestort. De Franse monarchie was met de afzetting van Lodewijk XVI op 10 augustus 1792 al ten val gebracht en Frankrijk werd sindsdien geregeerd door een Nationale Conventie die vanaf 1793 werd gedomineerd door de Jakobijnen: de meest radicale factie in republikeins Frankrijk onder leiding van Maximilien de Robespierre en Georges-Jacques Danton. De executie van de koning op 21 januari 1793 en vooral de moord op de bevlogen revolutionair Jean-Paul Marat op 13 juli van dat jaar waren de eerste aanzetten geweest voor de Jakobijnen om Frankrijk aan de ‘Terreur’ te onderwerpen. De landen rondom Frankrijk, waaronder ook de Nederlanden, werden overspoeld met uit Frankrijk gevluchte edelen, geestelijke émigrés en uit de gratie gevallen Verlichte denkers, die de bevolking angst aanjoegen met hun verhalen over het schrikbewind van de nieuwe, revolutionaire machthebbers. Dit was in het bijzonder het geval in de Brabantse Meierij, waar tal van Franse geestelijken een tijdelijk heenkomen hadden gevonden. In het buitenland werden de radicale excessen met afgrijzen aangehoord. Onder de Europese regeringen heerste dan ook het urgente gevoel om de Fransen te allen tijde te verhinderen hun bloedige ontwrichtingen, bedoeld om Europa en uiteindelijk de wereld te ‘bevrijden’ van feodale onderdrukking, naar het buitenland te exporteren. Tegen de tijd dat de Fransen inderdaad de Nederlanden waren binnengevallen, was de Terreur met de executie van initiatiefnemer Robespierre weliswaar voorbij, maar de strijd met het buitenland ging onverminderd voort. De ergste uitwassen van de Franse revolutie waren beteugeld, maar de kernprincipes waar het de revolutie in eerste instantie om was te doen – universele gelijkheid van de mens, onvervreemdbare rechten, rationele hervormingen en redelijkheid als basis van menselijk handelen – bleven gehandhaafd en bleven verlichte denkers en sympathisanten tot ver over de grenzen inspireren. Zij waren bereid om de Terreur als een noodzakelijk kwaad te zien, zodat er een nieuwe samenleving op basis van universele vrijheid en gelijkheid kon worden gerealiseerd.<br>


Regel 35: Regel 35:
Langs de Dommel onderhield Yorks coalitie ook een reeks vooruitgeschoven buitenposten, onder meer in Sint-Michielsgestel, Boxtel en Sint-Oedenrode, en ook in Aarle aan de Aa. Deze werden bemand door de troepen van majoor-generaal Rudolf von Hammerstein, die het commando voerde over de eenheden uit Hannover, Hessen-Darmstadt en Hessen-Kassel. De meeste bruggen over de Dommel waren met uitzondering van die bij Sint-Oedenrode uit voorzorg verwijderd. Ook de sluizen bij de watermolens waren verwijderd zodat het laagland rondom ’s-Hertogenbosch al gauw volledig onder water kwam te staan.<br>
Langs de Dommel onderhield Yorks coalitie ook een reeks vooruitgeschoven buitenposten, onder meer in Sint-Michielsgestel, Boxtel en Sint-Oedenrode, en ook in Aarle aan de Aa. Deze werden bemand door de troepen van majoor-generaal Rudolf von Hammerstein, die het commando voerde over de eenheden uit Hannover, Hessen-Darmstadt en Hessen-Kassel. De meeste bruggen over de Dommel waren met uitzondering van die bij Sint-Oedenrode uit voorzorg verwijderd. Ook de sluizen bij de watermolens waren verwijderd zodat het laagland rondom ’s-Hertogenbosch al gauw volledig onder water kwam te staan.<br>
Boxtel werd zodoende plots van strategisch belang als een van de weinige plaatsen waar de rivier gepasseerd kon worden. De geplande Franse aanval verliep daardoor anders dan gedacht: in plaats van rechtstreeks door te stoten naar Fort Isabella bij Vught (van waar ’s-Hertogenbosch beschoten kon worden) werd de stad vanuit verschillende richtingen in een omtrekkende beweging benaderd. Boxtel, Schijndel, Berlicum en Heeswijk lagen daardoor in het pad van de Fransen.<br>
Boxtel werd zodoende plots van strategisch belang als een van de weinige plaatsen waar de rivier gepasseerd kon worden. De geplande Franse aanval verliep daardoor anders dan gedacht: in plaats van rechtstreeks door te stoten naar Fort Isabella bij Vught (van waar ’s-Hertogenbosch beschoten kon worden) werd de stad vanuit verschillende richtingen in een omtrekkende beweging benaderd. Boxtel, Schijndel, Berlicum en Heeswijk lagen daardoor in het pad van de Fransen.<br>
 
Afbeeldingen in een tabel
{| border="0" cellspacing="0" align="left" cellpadding="2"
{| border="0" cellspacing="0" align="left" cellpadding="2"
|align="center"|[[Afbeelding:08 Frederick,_Duke_of_York_and_Albany_by_Sir_Thomas_Lawrence.jpg|300px|thumb|left| Frederik August, hertog van York en Albany (1763-1827)
|align="center"|[[Afbeelding:08 Frederick,_Duke_of_York_and_Albany_by_Sir_Thomas_Lawrence.jpg|300px|thumb|left| Frederik August, hertog van York en Albany (1763-1827)
Regel 53: Regel 53:
Via Middelrode, Heeswijk en over de Aa bereikte Abercromby Schijndel, waar vandaan de laatste ruim zeven kilometer naar Boxtel zouden worden overbrugd. De totale omvang van Abercromby’s troepenmacht telde exact 4959 manschappen, waaronder de troepen onder bevel van Wesley.<br>
Via Middelrode, Heeswijk en over de Aa bereikte Abercromby Schijndel, waar vandaan de laatste ruim zeven kilometer naar Boxtel zouden worden overbrugd. De totale omvang van Abercromby’s troepenmacht telde exact 4959 manschappen, waaronder de troepen onder bevel van Wesley.<br>
Toen Abercromby’s legereenheden Schijndel verlieten, kregen ze bij zonsopkomst om 6.15 uur onverwachts de Franse Zesde Divisie in zicht. Deze bestond uit twee brigades die onder aanvoering stonden van de brigadegeneraals Chassé en (in de achterhoede) Daendels en tezamen 5293 man groot waren. Abercromby verzocht de hertog van York om instructies na een eerste schermutseling en pas rond 7.30 uur arriveerde het tegenbericht dat Abercromby de aanval kon doorzetten, voor zover hij dat tactisch verantwoord achtte. Het feitelijke treffen dat daarna volgde, vond plaats in het destijds deels beboste gebied tussen Schijndel zelf en de buurtschappen [[Elde]] en [[Hermalen]], even ten westen van de Schijndelse dorpskern.<br>
Toen Abercromby’s legereenheden Schijndel verlieten, kregen ze bij zonsopkomst om 6.15 uur onverwachts de Franse Zesde Divisie in zicht. Deze bestond uit twee brigades die onder aanvoering stonden van de brigadegeneraals Chassé en (in de achterhoede) Daendels en tezamen 5293 man groot waren. Abercromby verzocht de hertog van York om instructies na een eerste schermutseling en pas rond 7.30 uur arriveerde het tegenbericht dat Abercromby de aanval kon doorzetten, voor zover hij dat tactisch verantwoord achtte. Het feitelijke treffen dat daarna volgde, vond plaats in het destijds deels beboste gebied tussen Schijndel zelf en de buurtschappen [[Elde]] en [[Hermalen]], even ten westen van de Schijndelse dorpskern.<br>
[[Afbeelding:Troepenopstelling.jpg|thumb|400px|left|Troepenopstelling voor de slag.]]Het Franse Achtste Huzarenkorps (cavalerie en verkenners) onder bevel van Chassé trok zich terug in de bossen tussen de ondersteunende lichte infanterie en artillerie. De Franse artillerie nam daarop de Britse cavalerie onder vuur, waardoor de Britten gedwongen waren zich terug te trekken. Een poging om het Franse geschut in handen te krijgen, mislukte. Alles bij elkaar genomen waren de Fransen te sterk gepositioneerd en daarom blies Abercromby de aanval af en trok zich terug naar Schijndel. Hierbij werd de aftocht gedekt door infanteristen onder bevel van Wesley.<br>
Het Franse Achtste Huzarenkorps (cavalerie en verkenners) onder bevel van Chassé trok zich terug in de bossen tussen de ondersteunende lichte infanterie en artillerie. De Franse artillerie nam daarop de Britse cavalerie onder vuur, waardoor de Britten gedwongen waren zich terug te trekken. Een poging om het Franse geschut in handen te krijgen, mislukte. Alles bij elkaar genomen waren de Fransen te sterk gepositioneerd en daarom blies Abercromby de aanval af en trok zich terug naar Schijndel. Hierbij werd de aftocht gedekt door infanteristen onder bevel van Wesley.<br>
Volgens Franse bronnen had Chassés lichte infanterie gedurende de hele operatie het gros van de gevechten op zich genomen. Het aantal gesneuvelden en gewonden samen bleef aan beide zijden echter beperkt: York verloor in Schijndel 40 manschappen en de Fransen 15 (doden en gewonden tezamen). Tijdens de gevechtshandelingen was het Franse hoofdleger naar het zuidoosten uitgeweken om de brug bij Nijnsel, ten oosten van Sint-Oedenrode, aan te vallen. In de chaos die volgde uit een nieuwe Franse aanval werden 50 soldaten van de coalitie uitgeschakeld. Toen de Coalitietroepen te Sint-Michielsgestel het kamp te Nistelrode bereikten, kon de geallieerde terugtocht naar de Maas beginnen. York had daarbij het geluk dat Pichegru de achtervolging niet agressief inzette: op 16 september waren de Fransen nog bij de Dommel en op 18 september niet veel verder dan de Aa.<br>
Volgens Franse bronnen had Chassés lichte infanterie gedurende de hele operatie het gros van de gevechten op zich genomen. Het aantal gesneuvelden en gewonden samen bleef aan beide zijden echter beperkt: York verloor in Schijndel 40 manschappen en de Fransen 15 (doden en gewonden tezamen). Tijdens de gevechtshandelingen was het Franse hoofdleger naar het zuidoosten uitgeweken om de brug bij Nijnsel, ten oosten van Sint-Oedenrode, aan te vallen. In de chaos die volgde uit een nieuwe Franse aanval werden 50 soldaten van de coalitie uitgeschakeld. Toen de Coalitietroepen te Sint-Michielsgestel het kamp te Nistelrode bereikten, kon de geallieerde terugtocht naar de Maas beginnen. York had daarbij het geluk dat Pichegru de achtervolging niet agressief inzette: op 16 september waren de Fransen nog bij de Dommel en op 18 september niet veel verder dan de Aa.<br>
De bevelhebbers van zowel de Fransen als de Coalitie werden door hun collegae en latere militaire deskundigen bekritiseerd om het gehele verloop van de slag en vooral de chaotische terugtrekkingsoperatie. Daendels – die tenslotte in persoon aanwezig was – verweet Pichegru niet agressief genoeg te zijn geweest. Een colonne naar Yorks open linkerflank bij Grave zou zijn leger daar namelijk vastgepind en verslagen kunnen hebben. Anderzijds werd York door invloedrijke militairen als majoor-generaal Heinrich von Porbeck en Antoine-Henri Jomini bekritiseerd, omdat hij Von Hammersteins buitenposten aan de Dommel onvoldoende ondersteund zou hebben. York en Abercromby kregen sowieso het verwijt dat ook zij zich niet agressief genoeg hadden opgesteld en zich bij Schijndel te snel hadden teruggetrokken.<br>
De bevelhebbers van zowel de Fransen als de Coalitie werden door hun collegae en latere militaire deskundigen bekritiseerd om het gehele verloop van de slag en vooral de chaotische terugtrekkingsoperatie. Daendels – die tenslotte in persoon aanwezig was – verweet Pichegru niet agressief genoeg te zijn geweest. Een colonne naar Yorks open linkerflank bij Grave zou zijn leger daar namelijk vastgepind en verslagen kunnen hebben. Anderzijds werd York door invloedrijke militairen als majoor-generaal Heinrich von Porbeck en Antoine-Henri Jomini bekritiseerd, omdat hij Von Hammersteins buitenposten aan de Dommel onvoldoende ondersteund zou hebben. York en Abercromby kregen sowieso het verwijt dat ook zij zich niet agressief genoeg hadden opgesteld en zich bij Schijndel te snel hadden teruggetrokken.<br>
Regel 80: Regel 80:
Ofschoon Noord-Brabant ook daarna een provincie bleef waarin het Nederlandse leger nadrukkelijk aanwezig was (en zonder dat het provinciale bestuur daar substantiële inspraak in had), bleven de door de patriotten verworven – en door de Fransen erkende – vrijheden en burgerrechten onverminderd gehandhaafd.  
Ofschoon Noord-Brabant ook daarna een provincie bleef waarin het Nederlandse leger nadrukkelijk aanwezig was (en zonder dat het provinciale bestuur daar substantiële inspraak in had), bleven de door de patriotten verworven – en door de Fransen erkende – vrijheden en burgerrechten onverminderd gehandhaafd.  


De volledige bronvermelding luidt: Frank van Doorn, ‘De Slag om Boxtel’ in: In Brabant. Tijdschrift voor Brabants heem en erfgoed, jaargang 5, nr. 1.
[[Categorie:Periode 1701-1800]]
[[Categorie:Periode 1701-1800]]
{{appendix}}
Is het resultaat van:
{{appendix|alles|
*Frank van Doorn, ‘De Slag om Boxtel’ in: In Brabant. Tijdschrift voor Brabants heem en erfgoed, jaargang 5, nr. 1.
}}
Al uw bijdragen aan Schijndelwiki kunnen bewerkt, gewijzigd of verwijderd worden door andere gebruikers. Als u niet wilt dat uw teksten rigoureus aangepast worden door anderen, plaats ze hier dan niet.
U belooft ook dat u de oorspronkelijke auteur bent van dit materiaal of dat u het hebt gekopieerd uit een bron in het publieke domein of een soortgelijke vrije bron (zie Schijndelwiki:Auteursrechten voor details). Gebruik geen materiaal dat beschermd wordt door auteursrecht, tenzij u daarvoor toestemming hebt!

Om de wiki te beschermen tegen geautomatiseerde bewerkingsspam vragen wij u vriendelijk de volgende CAPTCHA op te lossen:

Annuleren Hulp bij bewerken (opent in een nieuw venster)

Op deze pagina gebruikte sjablonen: