U kunt ons steunen door lid van de Heemkundekring Schijndel te worden. Iedere dinsdagochtend zijn wij tussen 9 en 12 uur in de heemkamer: Cultureel Centrum Spectrum, Steeg 9 g, Schijndel. |
Bouwbedrijf van Geffen
Firma H. van Geffen en Zonen.
Albertus van Geffen, geboren in 1834 te Schijndel, de zoon van een Bosschenaar, was de stichter van dit aannemersbedrijf. Deze grootvader van Harry van Geffen zal waarschijnlijk tussen de jaren 1856 en 1859 het metselaarsvak hebben geleerd. Reeds op 49-jarige leeftijd overleed hij.
De twee oudste zonen Adrianus en Willem te Heesch geboren, zetten de zaak van hun vader voort. De drie jongere zonen werden klompenmaker.
Albertus van Geffen had thuis namelijk ook een klompenmakerij, waarin hij vanaf Allerheiligen tot maart zijn kost verdiende. Gebruikelijk was het toen om in de wintermaanden niet te metselen, omdat reeds bij lichte vorst de kalk bevroor. Genoemde Willem van Geffen vestigde zich te Eerde. Hij was de vader van de Eerdse aannemer Bert van Geffen. Van die tijd (1898) af zette Adrianus van Geffen het metselaarsbedrijf van zijn vader alleen voort.
Omstreeks 1900 bouwde hij, in compagnonschap met de timmerman Jan Boom ( v.d. Boomen) de boterfabriek te Nistelrode. Zij bouwden ook de villa’s van wijlen Harry Bolsius (1908) en Frans Bolsius (1910).
Rond 1910 nam Adrianus van Geffen reeds zelfstandig de bouwwerken aan. In dat jaar werd hem een boerderij onder Den Hulst (Sint-Oedenrode) gegund en later nog een wasserij te Veghel. Vele huizen bouwde hij nadien nog te Schijndel.
Successievelijk kwamen de drie zonen het bedrijf van hun vader versterken. De oudste, Lambertus, werkte in latere jaren veel samen met Adr. de Wit.
De zoon Harry van Geffen is na zijn huwelijk (1919) zelfstandig begonnen.
Een van zijn eerste werken was de voorbereiding van de waskaarsenfabriek met een kantoor en bijgebouwen. Ook bouwde hij een dubbel woonhuis aan de Boschweg. Met Marinus van Schaik bouwde hij een zaal met verdieping aan het patronaat. De directeurswoning bij de zuivelfabriek bouwde hij met Antoon Pennings. In compagnonschap met Gebr. Eijmberts bouwde hij een grote zaal aan het weeshuis. Diverse woningen van particulieren nam hij zelfstandig aan. Het was ten tijde dat Harry van Geffen een jaar ziek was geweest, dat het inmiddels wederom afgebroken dubbel winkelpand van de Gebr. Bosmans, werd aanbesteed. Wel een beetje buiten verwachting van zijn collega’s, deed van Geffen zich wederom als van oudsher onder de aannemers gelden. Ook hij schreef op het werk in. Zijn mededingers stonden verbaasd, toen hem, als laagste inschrijver, het werk werd gegund.
Zijn zoon Adrianus, die de aannemerscursus te Den Bosch heeft gevolgd, kwam omstreeks 1935 in het bedrijf. De tweede zoon, Henk, heeft de ambachtsschool in diezelfde plaats doorlopen en heeft 3 ½ jaar in Kaapstad aan allerlei grote bouwwerken gewerkt. De derde zoon Antonius, die in het bezit is van het Mulo-diploma en sinds 1952 in het bedrijf van zijn vader werkt, heeft voordien op het kantoor gewerkt van de aannemers Nielsen en van Eesteren. Hetgeen hij daar geleerd heeft, komt zeer zeker ten goede aan dit bedrijf.