Welkom op Schijndelwiki - de encyclopedie voor Schijndel

U kunt ons steunen door lid van de Heemkundekring Schijndel te worden.

Klik HIER om lid te worden

Iedere dinsdagochtend zijn wij tussen 10 en 12 uur in de heemkamer: Cultureel Centrum 't Spectrum, Steeg 9 g, Schijndel.

Vakbeweging

Uit Schijndelwiki
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

De vakbeweging in de periode 1880-1940[bewerken | brontekst bewerken]

De pauselijke encycliek “Rerum Novarum” in 1891 schonk in het bijzonder aandacht aan het sociale vraagstuk van toen, de toestand van de arbeiders en het zich organiseren in vakbewegingen. In Schijndel werd relatief laat aan de roepstem van Paus Leo XIII gehoor gegeven. Pas in 1917 werd hier de R.K. Werkliedenbond St.Joseph opgericht. Kapelaan Meijer en Toon Verkuijlen waren de inspirerende krachten achter de oprichting van de bond. In korte tijd sloten 114 personen zich bij de bond aan.

Oprichting werkliedenbond[bewerken | brontekst bewerken]

Bestuur:
Voorzitter: Toon Verkuijlen
Secretaris: Jan Speeks
Op de oprichtingsvergadering van de werkliedenbond werd gelijk het initiatief genomen om te komen tot een aparte vakafdeling van de houtbewerkers. Uiteindelijk kwamen er twee vakafdelingen:

  • één voor de hoepel- en mandenmakers en één voor de klompenmakers.

Nog meer aparte vakafdelingen ontstonden er:

  • Bond voor steenfabriekarbeiders,
  • Bond voor de overige fabrieksarbeiders in 1918,
  • Bond voor landarbeiders in 1922,
  • Bond voor bouwvakkers in 1929,
  • Bond voor overheidspersoneel in 1929,
  • Bond voor textielarbeiders in 1929.

Niet alles wat werd opgericht bleek stand te kunnen houden. Op 1 januari 1936 was er slechts nog één bond van houtbewerkers, verder waren toen de beide fabrieksarbeidersbonden, als ook de bonden van land- en textielarbeiders opgeheven. Per 1 januari 1936 waren er 231 vakbondsleden in Schijndel.

Textielarbeidersbond[bewerken | brontekst bewerken]

Bestuur van de textielarbeidersbond voor het Sint Servatiusgebouw bij de oprichting in 1929.

Bestuur van de textielarbeidersbond.
Rij A: 1. Jan van der Heijden, 2. Toon Verkuijlen (voorzitter), 3. Onbekend.
Rij B: 1. Spierings (?) 2. Janus Doleweerd, 3. Nol Merkx, 4. Kapelaan Driessen (?), 5. Meester Claassens.


Het ontbreken van een textielarbeidersbond is, gezien de aanwezigheid hier van “de Sok” meer dan merkwaardig. Het lag er niet aan dat de overkoepelende werkliedenbond niets deed. In 1935/1936 werden er een drietal pogingen ondernomen om een textielarbeidersbond van de grond te krijgen. Succes bleef echter uit. Een hernieuwde poging in 1938 leek aanvankelijk te slagen, 13 personeelsleden van Jansen de Wit lieten zich inschrijven. Een week daarna was er een nieuwe bijeenkomst om de textielarbeidersbond uit te bouwen. Het liep echter anders. De notulen van de R.K. Werkliedenvereniging geven daarover de volgende verklaring.

Tot een versterking van de organisatie is het niet gekomen, daar in de laatste week sinds er vergadering is geweest zoveel drang door de Directie (Jansen de Wit) op hun werd uitgeoefend dat niemand zich durfde opgeven als lid. Ook na deze vergadering is door de Directie alles gedaan wat mogelijk is. Zelfs gedreigd met ontslag als men zich organiseert, zoodat de 13 leden die zich hebben opgegeven maar stilletjes terug trekken.

Wat betreft activiteiten zat de werkliedenvereniging vanaf het begin niet stil. Om een indruk te geven. In de periode 1917-1921 kwam onder meer tot stand:

  • Een eigen coöperatieve winkel,
  • Een toneelclub “Kunst en Arbeid”,
  • Het Servatiusfonds(ziekenfonds),
  • Een levensverzekering,
  • Een volksbank,
  • Diverse cursussen,
  • Een geitenfokvereniging.

Wat betreft dat laatste: het houden van geiten werd gestimuleerd omdat een geit, die relatief goedkoop was, een aanvulling kon leveren op de dagelijkse kost van de arbeider en zijn gezin.