Welkom op Schijndelwiki - de encyclopedie voor Schijndel

U kunt ons steunen door lid van de Heemkundekring Schijndel te worden.

Klik HIER om lid te worden

Iedere dinsdagochtend zijn wij tussen 10 en 12 uur in de heemkamer: Cultureel Centrum 't Spectrum, Steeg 9 g, Schijndel.

Henricus Eimbertus Johannes van Rooij (1926 - 1981)

Uit Schijndelwiki
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Henricus Eimbertus Johannes van Rooij
Henricus Eimbertus Johannes van Rooij (1926 - 1981) 01.jpg
Persoonsinformatie
Volledige naam Henricus Eimbertus Johannes van Rooij
Roepnaam Harrie
Geboorteplaats Schijndel
Geboortedatum 27 januari 1926
Overl.plaats Newton Abbot (Engeland)
Overl.datum 28 juli 1981
Partner(s) Adriana Maria (Jeannie) Doms
Bidprentje Henricus Eimbertus Johannes van Rooij (1926 - 1981) 02.jpg

Henricus Eimbertus Johannes (Harrie) van Rooij [1][bewerken | brontekst bewerken]

Zoon van: Walterus Arnoldus Josephus van Rooij en Maria Lambertha Johanna Catharina Martina van Herk
Geboren: 27 januari 1926 te Schijndel
Toenmalig adres: Hoofdstraat 97
Legerplaats: Bergen op Zoom
Legeronderdeel: 4 - 3 R.I. (Staf compagnie)
Legernummer: 260127129
Rang/functie: soldaat/kok
Datum vertrek naar Nederlands-Indië: 1 maart 1947
Naam van de boot: Sloterdijk
Verblijf op: Bandoeng
Datum terugkomst: 24 februari 1950
Naam van de boot: Louis Pasteur
Overleden: 28 juli 1981 te Newton Abbot (Engeland)

Herinneringen aan Harrie[bewerken | brontekst bewerken]

Harrie van Rooij begon zijn diensttijd in Bergen op Zoom. De eerste ervaringen waren bitter. Het was februari en het was extreem koud. Reeds de eerste dag dat Harrie gelegerd was werd zijn horloge gestolen. Enkele dagen later kwam zijn overjas eveneens in handen van dieven. Destijds vergoedde het leger dit niet, maar moesten de ouders zelf voor de schade opdraaien.
Omdat er op de legerplaats weinig of niets te doen was besloot Harrie uit zichzelf om op vrijwillige basis in de keuken van het leger te gaan helpen. Men had hier al snel in de gaten, dat Harrie een goede kracht was. Als slagerszoon was hij gewend om snel, netjes en hygiënisch te werken. Harrie dacht eerst, dat ze het thuis niet goed zouden vinden, dat hij keukenhulp was geworden, maar de familie stond hier positief tegenover en vond het geen enkel probleem.
Al snel hoorde Harrie, onverwacht, dat hij naar Indonesië zou worden uitgezonden. Per boot in Indonesië aangekomen werd hij gestationeerd in Bandoeng, alwaar hij zorg droeg voor de bevoorrading van het voedsel voor de compagnie. Hoewel Harrie hoofdzakelijk in Bandoeng verbleef, was hij ook enige tijd gelegerd in Jakarta en Sukabumi.
Harrie had veel contact met het thuisfront; zijn vader en moeder en het Katholiek Thuisfront.
Met fouragewagens door de steile bergen werd voedsel opgehaald. Aangezien er met regelmaat vijandige sluipschutters langs de route waren opgesteld, werd zeer voorzichtig gereden met op elk van de vierhoeken van de fouragewagen een zwaar bewapende soldaat. Meerdere malen troffen ze onderweg omgekapte bomen aan. Het gebeurde meer dan eens, dat hier landmijnen onder lagen, waardoor er slachtoffers onder de soldaten vielen. "Je medestrijders, waaronder vrienden, op deze wijze te zien sterven is een aangrijpende gebeurtenis. De wetenschap, dat bij gevangenneming een gruwelijke foltering te wachten staat brengt een onbeschrijflijk gevoel van ontzetting en medelijden. Beiden hebben een grote invloed op je verdere leven".
In Indonesië werd steeds met angst geleefd. Het voedsel moest ook achter het front worden gebracht. Verschillende keren was Harrie met zijn compagnie geheel omsingeld en soms zijn zij in hinderlagen gelopen.
Ondanks de angst was Harrie goed bevriend met de burgerbevolking en hij werd dan ook vaak hartelijk door hen ontvangen. Echter, het zekere voor het onzekere nemend, was het geweer steeds gereed om zich zo nodig te kunnen verdedigen. De burgerbevolking kreeg ook te eten van het leger en als dank daarvoor waarschuwde de bevolking de manschappen wanneer zij sluipschutters hadden gesignaleerd.
In Indonesië was een waarzegster, die Harrie de toekomst voorspelde. Veel hiervan is ook daadwerkelijk uitgekomen.
Het leger had niet te klagen over Harrie in de keuken. Echter één keer is Harrie op het matje geroepen; hij had toen de malse biefstukjes aan de soldaten gegeven en de vette speklapjes aan de officieren.

Bronnen, noten en/of referenties
  1. Herinneringsboek van Schijndelse militairen in Nederlands-Indië "Hop en Palmen".