Welkom op Schijndelwiki - de encyclopedie voor Schijndel

U kunt ons steunen door lid van de Heemkundekring Schijndel te worden.

Klik HIER om lid te worden

Iedere dinsdagochtend zijn wij tussen 10 en 12 uur in de heemkamer: Cultureel Centrum 't Spectrum, Steeg 9 g, Schijndel.

De zaak Rokven: verschil tussen versies

Uit Schijndelwiki
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
kGeen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 1: Regel 1:
== '''De zaak Rokven''' ==
=== '''De zaak Rokven''' ===


== '''Berichtgeving van moord omstreeks 1900''' ==
=== '''Berichtgeving van moord omstreeks 1900''' ===
   
   
== '''Nieuwe Tilburgsche Courant d.d. 30-12-1903''' ==
=== '''Nieuwe Tilburgsche Courant d.d. 30-12-1903''' ===
Maandagmorgen werd te Schijndel in ’t [[Hermalen]] gevonden het lijk van een zekere Rokven uit Gemonde. Alles wijst er op, dat hier aan een misdaad moet worden gedacht. De ongelukkige schijnt met knuppels te zijn aangevallen en vervolgens met messteken te zijn afgemaakt. Mogelijk is een en ander het gevolg van een vechtpartij, die wederom haren oorsprong vindt in het bovenmatig gebruik of liever misbruik van sterken drank. Vijf personen, gedeeltelijk uit Schijndel, gedeeltelijk uit Gemonde, zijn gearresteerd en een streng onderzoek heeft voorlopig reeds plaats gehad. De vermoorde persoon stond niet in een besten reuk en moet, naar men zegt, ten gevolge van drankmisbruik, vechtpartijen meermalen met politie, justitie en gevangenis in aanraking geweest zijn. Gisterenmorgen vertrok de Bossche Justitie naar Schijndel.
Maandagmorgen werd te Schijndel in ’t [[Hermalen]] gevonden het lijk van een zekere Rokven uit Gemonde. Alles wijst er op, dat hier aan een misdaad moet worden gedacht. De ongelukkige schijnt met knuppels te zijn aangevallen en vervolgens met messteken te zijn afgemaakt. Mogelijk is een en ander het gevolg van een vechtpartij, die wederom haren oorsprong vindt in het bovenmatig gebruik of liever misbruik van sterken drank. Vijf personen, gedeeltelijk uit Schijndel, gedeeltelijk uit Gemonde, zijn gearresteerd en een streng onderzoek heeft voorlopig reeds plaats gehad. De vermoorde persoon stond niet in een besten reuk en moet, naar men zegt, ten gevolge van drankmisbruik, vechtpartijen meermalen met politie, justitie en gevangenis in aanraking geweest zijn. Gisterenmorgen vertrok de Bossche Justitie naar Schijndel.


Regel 9: Regel 9:
Reeds twee dagen is de justitie ijverig in de weer om de laatste ophelderingen over den gepleegde manslag te krijgen, en nog is het onderzoek niet geheel afgeloopen. Gisteren heeft het sectieonderzoek in een der lokalen van de openbare school plaatsgehad, en het is thans eene uitgemaakte zaak dat de verslagene op schrikbarende wijze geslagen en dientengevolge overleden is. Het lijk is donderdagmiddag in alle stilte ter aarde besteld. Een groot aantal personen uit de buurt waar het treurige tooneel afgespeeld is, zijn gisteren en ook heden gehoord; geheele troepjes volk, met het noodige proviand bij zich, kwamen afzetten naar het raadhuis ten einde te verklaren wat zij wisten. Nader wordt vernomen dat als verdachte de dader te zijn, door de marechaussee uit Schijndel, op last der justitie naar de gevangenis te ’s Bosch is overgebracht, zekere A. v.d. H. uit St. Oedenrode.
Reeds twee dagen is de justitie ijverig in de weer om de laatste ophelderingen over den gepleegde manslag te krijgen, en nog is het onderzoek niet geheel afgeloopen. Gisteren heeft het sectieonderzoek in een der lokalen van de openbare school plaatsgehad, en het is thans eene uitgemaakte zaak dat de verslagene op schrikbarende wijze geslagen en dientengevolge overleden is. Het lijk is donderdagmiddag in alle stilte ter aarde besteld. Een groot aantal personen uit de buurt waar het treurige tooneel afgespeeld is, zijn gisteren en ook heden gehoord; geheele troepjes volk, met het noodige proviand bij zich, kwamen afzetten naar het raadhuis ten einde te verklaren wat zij wisten. Nader wordt vernomen dat als verdachte de dader te zijn, door de marechaussee uit Schijndel, op last der justitie naar de gevangenis te ’s Bosch is overgebracht, zekere A. v.d. H. uit St. Oedenrode.


== '''Nieuwe Tilburgsche Courant d.d. 19-02-1904''' ==
=== '''Nieuwe Tilburgsche Courant d.d. 19-02-1904''' ===
'''Moord te Schijndel'''<br>
'''Moord te Schijndel'''<br>
Gisterenmorgen stond voor de Arrondissement Rechtbank te ’s Bosch terecht: A.v.d.H. 22 jaar, klompenmaker, geboren te St. Oedenrode thans gedetineerd beklaagd op 27 December in de gemeente Schijndel opzettelijk en na kalm beraad gepleegd te hebben J. Rokven met een stuk of stukken hout te hebben verwond aan het hoofd ten gevolge waarvan schedelbreuk is ontstaan. Rokven is luttel tijds daarna aan hersenschudding, veroorzaakt door bloedontsteking in de schedelholte, overleden. 15 getuigen, waaronder 2 deskundigen, werden gehoord. Verdediger was mr. P. Loeff, advocaat-procureur te ’s Bosch. De belangstelling was buitengewoon groot, de publieke tribune was gevuld met bewoners van Schijndel c.a. Dr. A.C. van Moorsel te ‘s Bosch en [[A.A.M.P. Koolen]] arts te Schijndel, hebben het lijk geschouwd en blijven bij hun rapport volharden. Beiden zijn het er over eens, dat bekl. na de bekomen verwondingen nog een flink eind kan geloopen te hebben. Boven het oog is de doodelijke wonde toegebracht, de slag moet met buitengewone kracht zijn toegebracht. Gemeenteveldwachter te Schijndel A. Jonkers, heeft het lijk gevonden. Het hoofd lag in een bloedplas, in de kleeren zat niet veel bloed. Bij  het lijk lagen 8 stokken. Aan een van de knuppels, die stuk geslagen was, zat bloed. Nabij de woning van J. Voets lag ook een plas bloed en een paar knuppels. De dikste knuppel lag bij deze woning. Ook aan deze zat een beetje bloed. Op het lijk is geen geld gevonden. G.v.d. Heijden, landbouwer te Schijndel heeft het lijk gevonden om half acht ’s morgens op 28 December. Het lag op zijn gezicht, circa 50 pas van zijn woning. In zijn handen was geen mes of stok. Het gezicht lag in een plas bloed. Getuige heeft hem omgekeerd, maar de verslagene was al dood. Een knuppel lag aan de voeten. 12 meter er van af lag nog een kromme knuppel. Getuige heeft toen den burgemeester en Jonkers gaan waarschuwen. H. Bouwman, brig.-rijksveldwachter te Schijndel, heeft de afstand opgenomen tusschen de beide bloedplassen; dat was 365 passen. Het lijk lag nog vlak bij het ijs. Getuige heeft als aanleiding tot den moord opgegeven, dat er onder de lui veel gedronken was. [[H. van Osch]], veldwachter te Schijndel heeft ook de bloedplassen gezien. De verslagene was nogal een lastig man als hij gedronken had. Dit had ook vorige getuige verklaard. De veldwachter te St. Oedenrode verklaart dat beklaagde nog al gunstig bekend staat in St. Oedenrode. Hij is niet lastig. J. Voets, herbergier te Schijndel wordt op den voorgrond gewezen op het gewicht van den eed. Op 27 December circa 10 uur waren in zijne woning eenige bezoekers, waaronder Rokven. Hij vloekte toen omdat getuige geen bier wilde geven, daar hij reeds teveel gedronken had. Zijn spraak was belemmerend en zijn gang was waggelend. Hij is kort daarop weggegaan, nadat reeds weggegaan waren eenige bezoekers waaronder beklaagde. Getuige heeft niet gezien dat men moeite had onder elkaar. Getuige heeft daarop gesloten.
Gisterenmorgen stond voor de Arrondissement Rechtbank te ’s Bosch terecht: A.v.d.H. 22 jaar, klompenmaker, geboren te St. Oedenrode thans gedetineerd beklaagd op 27 December in de gemeente Schijndel opzettelijk en na kalm beraad gepleegd te hebben J. Rokven met een stuk of stukken hout te hebben verwond aan het hoofd ten gevolge waarvan schedelbreuk is ontstaan. Rokven is luttel tijds daarna aan hersenschudding, veroorzaakt door bloedontsteking in de schedelholte, overleden. 15 getuigen, waaronder 2 deskundigen, werden gehoord. Verdediger was mr. P. Loeff, advocaat-procureur te ’s Bosch. De belangstelling was buitengewoon groot, de publieke tribune was gevuld met bewoners van Schijndel c.a. Dr. A.C. van Moorsel te ‘s Bosch en [[A.A.M.P. Koolen]] arts te Schijndel, hebben het lijk geschouwd en blijven bij hun rapport volharden. Beiden zijn het er over eens, dat bekl. na de bekomen verwondingen nog een flink eind kan geloopen te hebben. Boven het oog is de doodelijke wonde toegebracht, de slag moet met buitengewone kracht zijn toegebracht. Gemeenteveldwachter te Schijndel A. Jonkers, heeft het lijk gevonden. Het hoofd lag in een bloedplas, in de kleeren zat niet veel bloed. Bij  het lijk lagen 8 stokken. Aan een van de knuppels, die stuk geslagen was, zat bloed. Nabij de woning van J. Voets lag ook een plas bloed en een paar knuppels. De dikste knuppel lag bij deze woning. Ook aan deze zat een beetje bloed. Op het lijk is geen geld gevonden. G.v.d. Heijden, landbouwer te Schijndel heeft het lijk gevonden om half acht ’s morgens op 28 December. Het lag op zijn gezicht, circa 50 pas van zijn woning. In zijn handen was geen mes of stok. Het gezicht lag in een plas bloed. Getuige heeft hem omgekeerd, maar de verslagene was al dood. Een knuppel lag aan de voeten. 12 meter er van af lag nog een kromme knuppel. Getuige heeft toen den burgemeester en Jonkers gaan waarschuwen. H. Bouwman, brig.-rijksveldwachter te Schijndel, heeft de afstand opgenomen tusschen de beide bloedplassen; dat was 365 passen. Het lijk lag nog vlak bij het ijs. Getuige heeft als aanleiding tot den moord opgegeven, dat er onder de lui veel gedronken was. [[H. van Osch]], veldwachter te Schijndel heeft ook de bloedplassen gezien. De verslagene was nogal een lastig man als hij gedronken had. Dit had ook vorige getuige verklaard. De veldwachter te St. Oedenrode verklaart dat beklaagde nog al gunstig bekend staat in St. Oedenrode. Hij is niet lastig. J. Voets, herbergier te Schijndel wordt op den voorgrond gewezen op het gewicht van den eed. Op 27 December circa 10 uur waren in zijne woning eenige bezoekers, waaronder Rokven. Hij vloekte toen omdat getuige geen bier wilde geven, daar hij reeds teveel gedronken had. Zijn spraak was belemmerend en zijn gang was waggelend. Hij is kort daarop weggegaan, nadat reeds weggegaan waren eenige bezoekers waaronder beklaagde. Getuige heeft niet gezien dat men moeite had onder elkaar. Getuige heeft daarop gesloten.
Regel 15: Regel 15:
Bij zijn buurman Krol zijn kort nadien de ruiten stuk geslagen en op de vensters geslagen. Getuige heeft toen ook den verslagene gezien en tot hem gezegd: trek nou je mes niet en ga naar huis. Hieraan is toen door den verslagene voldaan en hij is gegaan in de richting van Boxtel, anderen hebben hem gevolgd, wie dat waren weet beklaagde niet; ze waren zowat 10 in getal. Getuige heeft gehoord: wat heeft Krisje hem geslagen, doelende op Rokven. Bedoeld is daarmede Krisje van der Elsen. Getuige heeft ook nog gehoord, daar loopt Rokven heen. Later heeft getuige van beklaagde gehoord deze woorden: Ik heb Rokven goed op zijn kop geslagen, hij zal niet meer terugkomen. Getuige’s zoon heeft daarop aan zijn vader verteld, dat hij beklaagde nog den knuppel heeft willen ontrukken, maar dit kon hij niet gedaan krijgen. Getuige heeft niet gezien dat beklaagde geslagen heeft. Getuige is niet voortdurend bij zijn zoon gebleven, maar heeft van deze het gebeurde vernomen. W. Voets, klompenmaker te Schijndel wordt ook gewezen op het gewicht van den eed. Hij legt in hoofdzaak dezelfde verklaring af als zijn vader, de vorige getuige. Getuige heeft beklaagde dan met een knuppel zien slaan. Ook heeft hij Rokven zien vallen. Hij heeft niet gezien dat Rokven meerdere slagen zijn toegebracht. Ook zag hij niet waar de slag is toegebracht. Daarop is het volk weer in de richting van getuiges huis geloopen. Beklaagde heeft niet gezien, dat zij toen andere knuppels in de hand hadden. Nogmaals gewezen op het gewicht van den eed houdt getuige toch vol dat hij niet gezien heeft dat anderen knuppels bij zich hadden. Getuige zelf heeft niet geslagen. De president wijst er op dat er ter plaatse toch twee knuppels lagen. Later heeft getuige weer Rokven gezien. Getuige heeft later nabij de weduwe Venmans uit de richting van den inrijdam slagen gehoord. Nog blijkt dat getuige een knuppel in de hand had “want hij was bang”. Dit vond de president wel onwaarschijnlijk; deze zeide echter dat ook getuige wilde slaan, want hij behoorde onder de vervolgers. Beklaagde heeft getuige den knuppel afgenomen en daarmede Rokven geslagen. Hij heeft maar een slag zien toebrengen. Vroeger heeft getuige verklaard aan den rechter-commissaris dat de slag werd toegebracht op het hoofd, maar nu verklaart hij dat de verslagene werd getroffen aan de beenen. Getuige heeft den verslagene zien slaan, toen hij op de grond lag. Het O.M. wijst deze getuige er ook op, hoe een twaalfjarig meisje hem heeft hooren steggelen, zien slaan en hooren zeggen: wat ben ik toch sterk. Als je zelf een klap gegeven hebt dan zegt het, want daarmede verlicht je dezen beklaagde. Maar getuige houdt pertinent vol, dat hij de waarheid spreekt en dat hij niets heeft gedaan. Ook mr. Loeff en mr. Van Baer deden getuige nog verschillende vragen, maar beklaagde houdt pertinent vol niets meer te weten dan hij zegt, ofschoon het duidelijk is, dat hij zaken verzwijgt. Bij de pauze wordt bevolen, dat deze getuige afzonderlijk moet gehouden worden.
Bij zijn buurman Krol zijn kort nadien de ruiten stuk geslagen en op de vensters geslagen. Getuige heeft toen ook den verslagene gezien en tot hem gezegd: trek nou je mes niet en ga naar huis. Hieraan is toen door den verslagene voldaan en hij is gegaan in de richting van Boxtel, anderen hebben hem gevolgd, wie dat waren weet beklaagde niet; ze waren zowat 10 in getal. Getuige heeft gehoord: wat heeft Krisje hem geslagen, doelende op Rokven. Bedoeld is daarmede Krisje van der Elsen. Getuige heeft ook nog gehoord, daar loopt Rokven heen. Later heeft getuige van beklaagde gehoord deze woorden: Ik heb Rokven goed op zijn kop geslagen, hij zal niet meer terugkomen. Getuige’s zoon heeft daarop aan zijn vader verteld, dat hij beklaagde nog den knuppel heeft willen ontrukken, maar dit kon hij niet gedaan krijgen. Getuige heeft niet gezien dat beklaagde geslagen heeft. Getuige is niet voortdurend bij zijn zoon gebleven, maar heeft van deze het gebeurde vernomen. W. Voets, klompenmaker te Schijndel wordt ook gewezen op het gewicht van den eed. Hij legt in hoofdzaak dezelfde verklaring af als zijn vader, de vorige getuige. Getuige heeft beklaagde dan met een knuppel zien slaan. Ook heeft hij Rokven zien vallen. Hij heeft niet gezien dat Rokven meerdere slagen zijn toegebracht. Ook zag hij niet waar de slag is toegebracht. Daarop is het volk weer in de richting van getuiges huis geloopen. Beklaagde heeft niet gezien, dat zij toen andere knuppels in de hand hadden. Nogmaals gewezen op het gewicht van den eed houdt getuige toch vol dat hij niet gezien heeft dat anderen knuppels bij zich hadden. Getuige zelf heeft niet geslagen. De president wijst er op dat er ter plaatse toch twee knuppels lagen. Later heeft getuige weer Rokven gezien. Getuige heeft later nabij de weduwe Venmans uit de richting van den inrijdam slagen gehoord. Nog blijkt dat getuige een knuppel in de hand had “want hij was bang”. Dit vond de president wel onwaarschijnlijk; deze zeide echter dat ook getuige wilde slaan, want hij behoorde onder de vervolgers. Beklaagde heeft getuige den knuppel afgenomen en daarmede Rokven geslagen. Hij heeft maar een slag zien toebrengen. Vroeger heeft getuige verklaard aan den rechter-commissaris dat de slag werd toegebracht op het hoofd, maar nu verklaart hij dat de verslagene werd getroffen aan de beenen. Getuige heeft den verslagene zien slaan, toen hij op de grond lag. Het O.M. wijst deze getuige er ook op, hoe een twaalfjarig meisje hem heeft hooren steggelen, zien slaan en hooren zeggen: wat ben ik toch sterk. Als je zelf een klap gegeven hebt dan zegt het, want daarmede verlicht je dezen beklaagde. Maar getuige houdt pertinent vol, dat hij de waarheid spreekt en dat hij niets heeft gedaan. Ook mr. Loeff en mr. Van Baer deden getuige nog verschillende vragen, maar beklaagde houdt pertinent vol niets meer te weten dan hij zegt, ofschoon het duidelijk is, dat hij zaken verzwijgt. Bij de pauze wordt bevolen, dat deze getuige afzonderlijk moet gehouden worden.


== '''Tilburgsche Courant d.d. 28-02-1904''' ==
=== '''Tilburgsche Courant d.d. 28-02-1904''' ===
'''Doodslag te Schijndel'''<br>
'''Doodslag te Schijndel'''<br>
Donderdag deed de Arrondissement-Rechtbank te ’s-Bosch uitspraak in de zaak tegen Adrianus van der H., oud 22 jaar, klompenmaker, geboren en wonende te St. Oedenrode gedetineerd, beklaagd ter zake: Op 27 December 1903 in de gemeente Schijndel, opzettelijk, alleen of in vereeniging met anderen gewelddadig Jan Rokven met een stuk hout te hebben geslagen, tengevolge waarvan deze bloedend is verwond, o.a. op het hoofd, waardoor een schedelbreuk is ontstaan, tengevolge waarvan genoemden Rokven eenigen tijd later aan hersendrukking, veroorzaakt door bloeduitstorting in de schedelholte is overleden. Overeenkomstig de conclusie van het O.M. werd beklaagde schuldig verklaard aan hetgeen hem subsidiair was ten laste gelegd, zijnde eenvoudige mishandeling, en veroordeeld toot een gevangenisstraf van 4 maanden, met bevel dat de voorloopige hechtenis in mindering zal worden gebracht. Ook werd door de rechtbank de onmiddellijke in vrijheidstelling van beklaagde bevolen.
Donderdag deed de Arrondissement-Rechtbank te ’s-Bosch uitspraak in de zaak tegen Adrianus van der H., oud 22 jaar, klompenmaker, geboren en wonende te St. Oedenrode gedetineerd, beklaagd ter zake: Op 27 December 1903 in de gemeente Schijndel, opzettelijk, alleen of in vereeniging met anderen gewelddadig Jan Rokven met een stuk hout te hebben geslagen, tengevolge waarvan deze bloedend is verwond, o.a. op het hoofd, waardoor een schedelbreuk is ontstaan, tengevolge waarvan genoemden Rokven eenigen tijd later aan hersendrukking, veroorzaakt door bloeduitstorting in de schedelholte is overleden. Overeenkomstig de conclusie van het O.M. werd beklaagde schuldig verklaard aan hetgeen hem subsidiair was ten laste gelegd, zijnde eenvoudige mishandeling, en veroordeeld toot een gevangenisstraf van 4 maanden, met bevel dat de voorloopige hechtenis in mindering zal worden gebracht. Ook werd door de rechtbank de onmiddellijke in vrijheidstelling van beklaagde bevolen.

Versie van 1 apr 2020 15:42

De zaak Rokven

Berichtgeving van moord omstreeks 1900

Nieuwe Tilburgsche Courant d.d. 30-12-1903

Maandagmorgen werd te Schijndel in ’t Hermalen gevonden het lijk van een zekere Rokven uit Gemonde. Alles wijst er op, dat hier aan een misdaad moet worden gedacht. De ongelukkige schijnt met knuppels te zijn aangevallen en vervolgens met messteken te zijn afgemaakt. Mogelijk is een en ander het gevolg van een vechtpartij, die wederom haren oorsprong vindt in het bovenmatig gebruik of liever misbruik van sterken drank. Vijf personen, gedeeltelijk uit Schijndel, gedeeltelijk uit Gemonde, zijn gearresteerd en een streng onderzoek heeft voorlopig reeds plaats gehad. De vermoorde persoon stond niet in een besten reuk en moet, naar men zegt, ten gevolge van drankmisbruik, vechtpartijen meermalen met politie, justitie en gevangenis in aanraking geweest zijn. Gisterenmorgen vertrok de Bossche Justitie naar Schijndel.

Men schrijft nog nader uit Schijndel d.d. 30 december:
Reeds twee dagen is de justitie ijverig in de weer om de laatste ophelderingen over den gepleegde manslag te krijgen, en nog is het onderzoek niet geheel afgeloopen. Gisteren heeft het sectieonderzoek in een der lokalen van de openbare school plaatsgehad, en het is thans eene uitgemaakte zaak dat de verslagene op schrikbarende wijze geslagen en dientengevolge overleden is. Het lijk is donderdagmiddag in alle stilte ter aarde besteld. Een groot aantal personen uit de buurt waar het treurige tooneel afgespeeld is, zijn gisteren en ook heden gehoord; geheele troepjes volk, met het noodige proviand bij zich, kwamen afzetten naar het raadhuis ten einde te verklaren wat zij wisten. Nader wordt vernomen dat als verdachte de dader te zijn, door de marechaussee uit Schijndel, op last der justitie naar de gevangenis te ’s Bosch is overgebracht, zekere A. v.d. H. uit St. Oedenrode.

Nieuwe Tilburgsche Courant d.d. 19-02-1904

Moord te Schijndel
Gisterenmorgen stond voor de Arrondissement Rechtbank te ’s Bosch terecht: A.v.d.H. 22 jaar, klompenmaker, geboren te St. Oedenrode thans gedetineerd beklaagd op 27 December in de gemeente Schijndel opzettelijk en na kalm beraad gepleegd te hebben J. Rokven met een stuk of stukken hout te hebben verwond aan het hoofd ten gevolge waarvan schedelbreuk is ontstaan. Rokven is luttel tijds daarna aan hersenschudding, veroorzaakt door bloedontsteking in de schedelholte, overleden. 15 getuigen, waaronder 2 deskundigen, werden gehoord. Verdediger was mr. P. Loeff, advocaat-procureur te ’s Bosch. De belangstelling was buitengewoon groot, de publieke tribune was gevuld met bewoners van Schijndel c.a. Dr. A.C. van Moorsel te ‘s Bosch en A.A.M.P. Koolen arts te Schijndel, hebben het lijk geschouwd en blijven bij hun rapport volharden. Beiden zijn het er over eens, dat bekl. na de bekomen verwondingen nog een flink eind kan geloopen te hebben. Boven het oog is de doodelijke wonde toegebracht, de slag moet met buitengewone kracht zijn toegebracht. Gemeenteveldwachter te Schijndel A. Jonkers, heeft het lijk gevonden. Het hoofd lag in een bloedplas, in de kleeren zat niet veel bloed. Bij het lijk lagen 8 stokken. Aan een van de knuppels, die stuk geslagen was, zat bloed. Nabij de woning van J. Voets lag ook een plas bloed en een paar knuppels. De dikste knuppel lag bij deze woning. Ook aan deze zat een beetje bloed. Op het lijk is geen geld gevonden. G.v.d. Heijden, landbouwer te Schijndel heeft het lijk gevonden om half acht ’s morgens op 28 December. Het lag op zijn gezicht, circa 50 pas van zijn woning. In zijn handen was geen mes of stok. Het gezicht lag in een plas bloed. Getuige heeft hem omgekeerd, maar de verslagene was al dood. Een knuppel lag aan de voeten. 12 meter er van af lag nog een kromme knuppel. Getuige heeft toen den burgemeester en Jonkers gaan waarschuwen. H. Bouwman, brig.-rijksveldwachter te Schijndel, heeft de afstand opgenomen tusschen de beide bloedplassen; dat was 365 passen. Het lijk lag nog vlak bij het ijs. Getuige heeft als aanleiding tot den moord opgegeven, dat er onder de lui veel gedronken was. H. van Osch, veldwachter te Schijndel heeft ook de bloedplassen gezien. De verslagene was nogal een lastig man als hij gedronken had. Dit had ook vorige getuige verklaard. De veldwachter te St. Oedenrode verklaart dat beklaagde nog al gunstig bekend staat in St. Oedenrode. Hij is niet lastig. J. Voets, herbergier te Schijndel wordt op den voorgrond gewezen op het gewicht van den eed. Op 27 December circa 10 uur waren in zijne woning eenige bezoekers, waaronder Rokven. Hij vloekte toen omdat getuige geen bier wilde geven, daar hij reeds teveel gedronken had. Zijn spraak was belemmerend en zijn gang was waggelend. Hij is kort daarop weggegaan, nadat reeds weggegaan waren eenige bezoekers waaronder beklaagde. Getuige heeft niet gezien dat men moeite had onder elkaar. Getuige heeft daarop gesloten.

Bij zijn buurman Krol zijn kort nadien de ruiten stuk geslagen en op de vensters geslagen. Getuige heeft toen ook den verslagene gezien en tot hem gezegd: trek nou je mes niet en ga naar huis. Hieraan is toen door den verslagene voldaan en hij is gegaan in de richting van Boxtel, anderen hebben hem gevolgd, wie dat waren weet beklaagde niet; ze waren zowat 10 in getal. Getuige heeft gehoord: wat heeft Krisje hem geslagen, doelende op Rokven. Bedoeld is daarmede Krisje van der Elsen. Getuige heeft ook nog gehoord, daar loopt Rokven heen. Later heeft getuige van beklaagde gehoord deze woorden: Ik heb Rokven goed op zijn kop geslagen, hij zal niet meer terugkomen. Getuige’s zoon heeft daarop aan zijn vader verteld, dat hij beklaagde nog den knuppel heeft willen ontrukken, maar dit kon hij niet gedaan krijgen. Getuige heeft niet gezien dat beklaagde geslagen heeft. Getuige is niet voortdurend bij zijn zoon gebleven, maar heeft van deze het gebeurde vernomen. W. Voets, klompenmaker te Schijndel wordt ook gewezen op het gewicht van den eed. Hij legt in hoofdzaak dezelfde verklaring af als zijn vader, de vorige getuige. Getuige heeft beklaagde dan met een knuppel zien slaan. Ook heeft hij Rokven zien vallen. Hij heeft niet gezien dat Rokven meerdere slagen zijn toegebracht. Ook zag hij niet waar de slag is toegebracht. Daarop is het volk weer in de richting van getuiges huis geloopen. Beklaagde heeft niet gezien, dat zij toen andere knuppels in de hand hadden. Nogmaals gewezen op het gewicht van den eed houdt getuige toch vol dat hij niet gezien heeft dat anderen knuppels bij zich hadden. Getuige zelf heeft niet geslagen. De president wijst er op dat er ter plaatse toch twee knuppels lagen. Later heeft getuige weer Rokven gezien. Getuige heeft later nabij de weduwe Venmans uit de richting van den inrijdam slagen gehoord. Nog blijkt dat getuige een knuppel in de hand had “want hij was bang”. Dit vond de president wel onwaarschijnlijk; deze zeide echter dat ook getuige wilde slaan, want hij behoorde onder de vervolgers. Beklaagde heeft getuige den knuppel afgenomen en daarmede Rokven geslagen. Hij heeft maar een slag zien toebrengen. Vroeger heeft getuige verklaard aan den rechter-commissaris dat de slag werd toegebracht op het hoofd, maar nu verklaart hij dat de verslagene werd getroffen aan de beenen. Getuige heeft den verslagene zien slaan, toen hij op de grond lag. Het O.M. wijst deze getuige er ook op, hoe een twaalfjarig meisje hem heeft hooren steggelen, zien slaan en hooren zeggen: wat ben ik toch sterk. Als je zelf een klap gegeven hebt dan zegt het, want daarmede verlicht je dezen beklaagde. Maar getuige houdt pertinent vol, dat hij de waarheid spreekt en dat hij niets heeft gedaan. Ook mr. Loeff en mr. Van Baer deden getuige nog verschillende vragen, maar beklaagde houdt pertinent vol niets meer te weten dan hij zegt, ofschoon het duidelijk is, dat hij zaken verzwijgt. Bij de pauze wordt bevolen, dat deze getuige afzonderlijk moet gehouden worden.

Tilburgsche Courant d.d. 28-02-1904

Doodslag te Schijndel
Donderdag deed de Arrondissement-Rechtbank te ’s-Bosch uitspraak in de zaak tegen Adrianus van der H., oud 22 jaar, klompenmaker, geboren en wonende te St. Oedenrode gedetineerd, beklaagd ter zake: Op 27 December 1903 in de gemeente Schijndel, opzettelijk, alleen of in vereeniging met anderen gewelddadig Jan Rokven met een stuk hout te hebben geslagen, tengevolge waarvan deze bloedend is verwond, o.a. op het hoofd, waardoor een schedelbreuk is ontstaan, tengevolge waarvan genoemden Rokven eenigen tijd later aan hersendrukking, veroorzaakt door bloeduitstorting in de schedelholte is overleden. Overeenkomstig de conclusie van het O.M. werd beklaagde schuldig verklaard aan hetgeen hem subsidiair was ten laste gelegd, zijnde eenvoudige mishandeling, en veroordeeld toot een gevangenisstraf van 4 maanden, met bevel dat de voorloopige hechtenis in mindering zal worden gebracht. Ook werd door de rechtbank de onmiddellijke in vrijheidstelling van beklaagde bevolen.