Welkom op Schijndelwiki - de encyclopedie voor Schijndel

U kunt ons steunen door lid van de Heemkundekring Schijndel te worden.

Klik HIER om lid te worden

Iedere dinsdagochtend zijn wij tussen 10 en 12 uur in de heemkamer: Cultureel Centrum 't Spectrum, Steeg 9 g, Schijndel.

De horologiemaker

Uit Schijndelwiki
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

De Horologiemaker van Schijndel[1][bewerken | brontekst bewerken]

Zoals vele dorpen had Schijndel geen eigen uurwerkmaker (horologiemaker). In steden, waar men meer uurwerken op de kerktorens had, was dit wel rendabel. Schijndel moest zijn horologiemaker van buiten aantrekken. Dat was rond 1700, Meester Hendrick de Jongh uit Gemert, hij had het jaarlijks onderhoud voor twee ducadons, verder kreeg hij betaald per contract.
Op 22 maart 1701 werd voor de schepenbank zo’n contract opgemaakt met de volgende inhoud: Meester Hendrick de Jongh moest "het horologie alhier op de kerck staende" voorzien van een wijzer "met een routsel aen het gaende uirwerck dreijvende den weijser na buijten". Verder moest hij alle versleten en uitgelopen bussen vervangen en alle "qualen en fouten" zodanig repareren, dat deze een "behoorlijke teijt en uren laat horen. Ook moest hij er voor zorgen dat "de hant off lelie van de weijsers buijten behoorlijk opsijn ure verweijst". Voor dit laaste kreeg hij van de schepenen en regenten van Schijndel extra hulp in de vorm van “manschap”.
Dit karwij zou Hendrick de Jongh 36 gulden opleveren. Een helft te voldoen "op 't maeken, van 't werck" en de andere helft kon hij pas op 24 juni 1702 ontvangen, als bleek, dat alles volgens contract werkte en was uitgevoerd. "De heeren Schepenen en de Coister” gingen pas tot betaling over als alles "behoorlijck is geexamineert". Zo niet ("sulcx gebeurende") dan zal de ander helft gebruikt worden om alsnog het uurwerk te repareren.
Opgemaakt op 22 maart 1701 in het bijzijn van Hendrik de Jongh en de schepenen Handrick Jan Voets, Paulus Handrik Smit, Handrick Lambert Voets, Handrick Lambers Bevers en Jan Willem van Heretum. Getekend. Mij present G.de Jonge.

Bronnen, noten en/of referenties
  1. Heemkundeblad derde jaargang nummer 2 bladzijden 24 en 25